Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say
Posts tonen met het label Toonaangevend. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Toonaangevend. Alle posts tonen

vrijdag 10 maart 2023

Lunchconcert

Afgelopen woensdag weer eens naar een gratis lunchconcert geweest in de Doelen. Het is inmiddels vier jaar geleden dat ik er op deze manier was. Met al die Coronaperikelen zijn er zomaar pakweg drie jaren weggegleden uit mijn leven.
Het is niet te vergelijken met WO2 maar ook deze coronacrisis deelt mensenlevens in tweeën. 
Jordi Savall (1941) als dirigent. Een oude rot in het vak die ons steeds op de hoogte bracht van de muziek die het orkest ging spelen als hij zijn microfoon tenminste niet vergat.

Rebelse elementen stonden op het zeer verkorte programma samen met matrozendeuntjes en watergoden van Marais ; de ‘Hornpipe’ uit Händels Watermusic en iets van Rameau wat ongetwijfeld ook met de elementen te maken heeft gehad. Maar dat ben ik vergeten.
Het was een Barok programma maar dat is Savall’s specialiteit. Er werden echt heel veel nootjes weggewerkt, vooral door de violisten.

Op ons komende concert in mei spelen we ook delen uit de Watermusic van Händel. Een geheel Engels programma hebben we ervan gemaakt. Ja, ik zit in die commissie.
Behalve Händel ook de Londense symfonie van Haydn, muziek van Gulstav Holst en natuurlijk Edward Elgar.
Ergens las ik: de Brexit is een feit maar gelukkig hebben we de muziek nog. Zo is dat. 

De componisten Rebel en Marais kende ik helemaal niet. Zo vond ik het ook vreemd om op het podium een barbecue te zien staan.
Tenminste, zo leek het voor mij.
Het bleek echter een soort windmachine te zijn. Handmatig aangezwengeld door een percussionist bracht het een prachtig geluid van de wind voort. Heel zacht zoevend tot gierend zoals je dat in de herfst kunt horen wanneer de wind om gebouwen giert.

Het was genieten als vanouds en ik heb het in voorgaande jaren niet zo druk gezien in de Doelen tijdens een lunchconcert.
Maar wellicht zochten mensen een warm onderkomen.





 

dinsdag 12 april 2022

Concerten

En zo kwam het er toch nog van. Onze concerten die al twee keer zijn uitgesteld konden we het afgelopen weekend uitvoeren. Drie maal is scheepsrecht.
Waar komt die uitdrukking eigenlijk vandaan? Bij nazoeken: niet bekend.

Ik hoop dat het voor de luisteraars net zo’n feestje was als voor ons. Ook al hoorde ik van sommige medeleden dat ze nu al wel genoeg hadden van deze muziek: Mendelssohn, Bruch en Schubert, ik krijg er nooit genoeg van geloof ik.
Babette speelde de sterren van hemel in het vioolconcert van Bruch en ik raakte zo ontroerd dat de tranen weer opwelden en ik mijzelf spelende weg inwendig tot de orde moest roepen om de bladmuziek te kunnen blijven lezen.
Ook 'Die Unvollendete' van Schubert blijft mij raken, het duistere, geheimzinnige en soms verdrietig vragende.
Ik weet niet wat dat is maar het zijn dezelfde plekken in de muziek die steeds weer voor kippenvel zorgen.

Een flard van Bruch:




 

Voor iedere lezer die zich bij ons orkest wil aansluiten: hartelijk welkom, vooral strijkers. Daarvan kun je er nooit genoeg hebben.


woensdag 22 september 2021

Krimpen Klassiek


Afgelopen zaterdag ben ik weer eens bij een concert geweest in mijn woonplaats. Het was lang geleden door alle C-toestanden.

Met ons Krimpens strijk-ensemble mochten we in het voorprogramma een paar riedels spelen.
Daarna barstte het muzikale geweld pas echt los.
Het Erard Ensemble speelde stukken van o.a. Hahn, Duparc,  Fauré en Brahms.



 
Erard is de naam van een pianobouwer van piano’s met parallel liggende snaren. Daardoor blijven tonen apart klinken ook met een ingedrukt rechter pedaal.
Bij moderne piano’s liggen de snaren kruiselings. Het staat allemaal in een artikel van dagblad Trouw.

Zo’n piano was dus ook aanwezig. Een prachtexemplaar. En dan zo’n ensemble wat zo goed op elkaar is ingespeeld. De timing, de expressie. Prachtig.

En wat ook enorm fijn is met zo’n coronacrisis…..iedereen die maar een beetje snotterig en/of hoesterig is moet thuisblijven!
Daardoor was het ook echt stil tijdens de pianissimopassages. Dit zouden we tot in lengte van jaren moeten volhouden voor, in ieder geval, alle concertzalen.


 



 


maandag 19 april 2021

De Graaf van Monte Cristo


Om de andere week hebben we met ons orkest een Zoombijeenkomst om de banden niet te laten verslappen. De huishoudelijke mededelingen worden besproken en ieder van ons stuurt haar/zijn mooiste muziek(fragmenten) door naar de  dirigent die daar dan een Kahoot – trendy naam voor een quiz - van brouwt. Ik heb natuurlijk het derde deel uit de tweede symfonie van Rachmaninov al eens ingestuurd, een deel uit het pianoconcert van Ravel en het Warschau concerto van Addinsell.

Mijnheer dirigent is nu al beter op de hoogte van mijn muzikale voorkeur dan mijnheer Cathy.


Maar naar aanleiding daarvan ging ik na denken over het mooiste boek wat ik ooit heb gelezen. Dat is een stuk lastiger.
Een favoriet muziekstuk, daar kan ik rustig honderden keren naar luisteren zonder dat het me verveelt. Een boek lees je geen honderd keer al kan ik me wel herinneren dat ik in de derde klas lagere school – nu vijfde groep basisschool – vaak hetzelfde boek uit de kast ging halen wanneer we ‘stil’ mochten lezen. Het heette ‘Vleugellam’; de schrijver weet ik niet meer al vermoed ik dat het C. Th. Jongejan- de Groot was.

Wanneer ik mijn boekenkast langsloop zie ik zoveel moois. Umberto Eco gooit hoge ogen,  net als Dostojewski, Tolstoi, Grossman en Mercier maar het boek van Alexander Dumas: ‘Le Comte de Monte Cristo’ staat toch nóg wat hoger op de ranglijst.
Over het waarom loop ik nu al dagen te denken. Want het is al jaren geleden dat ik het heb gelezen. Het gaat over liefde, vriendschap, bedrog, vergeving, wraak, eenzaamheid, intens geluk, geduld, moed, doorzettingsvermogen, wijsheid, jaloezie, rancune, rijkdom en armoede.
Eigenlijk alles wat de verhalen uit de Bijbel ook zo boeiend maakt. Alles wat zo herkenbaar menselijk is. Best knap wanneer je dat in één boek kunt proppen.
Dus: na de Bijbel is dit het mooiste boek voor mij. Zodra er een ander boek mij te binnen schiet zal ik het hier melden.

De film die van dit boek is gemaakt, ligt ook in huis. De Franse wel te verstaan, met Gerard Depardieu in de hoofdrol. Die Amerikaanse edities zijn niet te pruimen.
En dan de muziek bij de film. Prachtig. Om bij te smelten. Van Bruno Coulais.
Hij is de Franse variant van Morricone, Williams en Zimmer.

Iemand zei eens: de filmmuziek is de hedendaagse klassieke muziek. Zit best wat in denk ik.
Ik weet niet hoe de vroegere componisten hun muziek bedachten. Misschien hadden ze beelden in hun hoofd.
De verschillende seizoenen zijn inspiratiebronnen gebleken als ik denk aan ‘De vier jaargetijden’ van Vivaldi, ‘Frühlingsrauschen’ van Sinding, ‘Winterdromen’ van Tsjaikovski en Les Partineurs van Waldteufel.
Allerlei natuurverschijnselen inspireerden de ‘klassieken’; ‘Mondscheinsonate’ van Beethoven, ‘Moonlight Serenade’ van Glenn Miller. Bloemenwalsen van Tsjaikovski en Gustav Lange.
‘De Hebriden’ van Tsjaikovsky werd hem ingegeven door een geheel andere natuur te zien en ervaren dan hij gewend was.
Emoties waren ook een inspiratiebron: Nocturnes zijn bekend van Chopin, Field en Mozart.
Maar misschien ‘kregen’ ze alleen een melodietje in hun hoofd wat verder al dan niet uitgebreid werd verwerkt.
Bij de filmmuziek zijn de beelden voorhanden, ook al zijn ze van een ander. De sfeer is bekend en daarop wordt muziek gecomponeerd die heel bepalend kan zijn.
Het lijkt meer doelgericht. Maar of het daardoor ook gemakkelijker wordt om te componeren geloof ik niet.

 


donderdag 23 april 2020

Ode aan een MP4 speler


In deze 'barre' tijden is het heel soms, echt heel soms aantrekkelijk om eens het een en ander op te ruimen. En dan vind je van die onverwachte dingen.
Mijn MP4 speler is al oud. Maar hij doet het nog prima behalve dat de batterij niet meer zo lang meegaat.
Bijna driehonderdvijftig nummers, waaronder grote symfonieën.
Ik speel hem random af maar het leuke is dat elk nummer echt mijn eigen uitgekozen nummer is. Ik heb er geen hele LP’s of CD’s op staan maar alleen de nummers die mij aanspreken.
Dus zeil ik van Brahms naar Beth Harth, van Grieg naar Giordano, van Ravel naar Richie en van Chopin naar Celine (op z’n Frans, want ze heeft een chansonstem, vind ik) met de daarbij behorende herinneringen en emoties.
Dat zijn er nogal wat.

Word ik nu toch zo oud dat ik achteruit ga kijken of is dit een gevolg van het thuiszitten vanwege de crisis?
Ik ben nooit zo’n achteruitkijker geweest. Wat vóór mij lag was interessanter, Maar er ligt niet zoveel meer voor mij. Dat versterkt het inactieve.

Mij melden bij een intensive care lijkt me ook niet handig want die zien er heel anders uit dan veertig jaar geleden toen ik nog met 'Astrupjes' door de gangen naar het lab moest rennen. En mijn rug gaat ook tegensputteren vermoed ik.
Allerlei vrijwilligers werk ligt ook stil en daar was ik nooit fan van. Hoe vrijwillig is vrijwilligerswerk?
Pas las ik bij Ephimenco in Trouw zo’n mooie kreet die daar voor mij mee te maken heeft: hij heeft een aparte box in zijn hoofd voor futiliteiten die hij moet aanhoren.
Dan moet ik wel grinniken. Bij mij klapt die box vanwege overvolheid regelmatig uit elkaar, dat heeft effect op mijn humeur en dan heb ik weer muziek nodig. Of een stevig, prikkelend boek.

Dus terug naar mijn MP4. Namen die ik nooit meer hoor staan erop zoals de ‘Mark and Clark band’. Een tweeling met een prachtig nummer uit 1977 met een sterke pianopartij. ‘Worn down Piano’.
Jostein Hasselgård: ook één keer een hit met ‘I'm not afraid to move on’ in 2003, het Songfestival en daarna nooit meer iets gehoord.
Van Alan Parson weet ik dat Eric Woolfson is overleden. Hij was de schrijver en de componist. Ja, dan houdt het op.
Net als Edith Piaf, Lou Rawls, Bob Marley en Leonard Cohen die zijn overleden en er ook allemaal opstaan.
Van The Eagles zijn er leden overleden, Neil Diamond zingt niet meer en ga zo maar door. Dat heb je met ouder worden. En dan heb ik het nog niet over die oude, gerenommeerde componisten; Mahler, Bruch, Beethoven, Mozart, Dvorak en Brahms, Gershwin en Rachmaninov.

Al die namen: Supertramp, Sting, Ramazotti, Fygi, Collins, Flairck, (ontdekt dankzij mijn bovenbuurman uit het appartementencomplex tijdens mijn opleiding en die een beetje verliefd op mij was, geloof ik), Georg Moustaki, Alice Cooper met dat ene mooie nummer, Katie Melua met haar prachtige stem maar 'jonge' teksten, voor zover ik daarna luisterde……en nog vele anderen.
Niet dat ik hen allemaal volgde; ik pikte er de voor mij mooie muzikale nummers uit.

Tjonge, wat een oude MP4 speler niet teweeg kan brengen.


Sorry, geen hymnen, psalmen en gezangen. Ze hebben hun eigen charmes maar voor mij zijn die muzikaal gezien niet interessant.


maandag 30 december 2019

Het Zwanenmeer 4+



Een kinderspecial in de Doelen, Rotterdam.
Weer een poging ondernomen om twee kleinkinderen enthousiast te maken voor de klassieke muziek. ‘Oma’s muziek’.
Een eerdere poging op 16 december 2017 met de oudste, strandde enigszins. Hij weet het nog.



Op zaterdag 28 dec waren er twee uitvoeringen. Alle twee nagenoeg uitverkocht. Aangezien ik een beetje laat was met bestellen van kaarten konden we alleen nog vier plaatsen naast elkaar krijgen helemaal op de hoogste rij. We hadden een prachtig overzicht.
Voor alle zekerheid toch maar mijn oordoppen meegenomen. De oudste heeft ze heel even gebruikt maar durfde het op een gegeven moment toch zonder.
Met die twee (en hun vader) de stad in was al een belevenis. Eerst de bus, dan de metro en vervolgens door die feestelijke stad met al die lichtjes. Dan ook nog die grote zaal met die vele kinderen met al die (groot) ouders.

Het was geen ballet zoals het oorspronkelijke Zwanenmeer, maar meer een toneeluitvoering met personages en beeldanimaties. Het was een succes.
Voor mijzelf natuurlijk de muziek van Tsjajkovski door het Rotterdams Philharmonisch maar ook het meebeleven van de kinderen met Odette, Siegfried en Roodbaard.
De dirigent was Corinna Niemeyer. Zij is sinds 2018 assistent dirigent naast Lahav Shani en wat mij betreft was ook zij een succes.






vrijdag 8 februari 2019

Rachmaninov en Tsjaikovski



Het was weer een onvergetelijk Russisch feestje. Ik heb iets met de cultuur van de Oost-Europeanen. Boris Giltburg speelde de sterren van de hemel in het derde pianoconcert van Rachmaninov onder leiding van Stanislav Kochanovsky. Voor mij onwerkelijk dat iemand dat zo kan spelen.
Het staat bekend als één van de moeilijkste pianoconcerten. Ik heb het weleens uitgedraaid en geprobeerd. Niet om door te komen. Maar het is prachtig en één van mijn klassieke favorieten.
Boris kreeg terecht een langdurige staande ovatie.

In de film ‘Shine’, over het leven van de Australiër David Helfgott komt dit pianoconcert ook voor. David stort in bij dit stuk en beland in een psychiatrische inrichting. Gott Helft hem niet altijd. Genialiteit en krankzinnigheid liggen dicht bij elkaar.


En dan de laatste symfonie van Tsjaikovski , de 'Pathetique' ...….ik dacht dat het voor mij een onbekende symfonie was maar het tweede deel met die vijfkwarts maat kwam me toch erg bekend voor.
Dat staat ergens in mijn muziekboeken.
Het eerste deel begint heel pianissimo, dan volgt de statige hobo. Mooie glissando’s naar boven in de vioolpartij.
Zo klonk het tenminste. Misschien waren het wel ‘gewoon’ heel snelle toonladders.
Het derde deel klonk als de lente met geflierefluit van de piccolo en soms een lentestormen.
Nee, met volgend jaar in Holysloot heb ik niet zoveel maar ik gun een ieder zijn eigen fantasieën. Zelf wil ik helemaal niet dat mijn geest op zo'n manier een bepaalde kant uit wordt gestuurd.
Het laatste deel was als een theatraal afscheid. Een versterven.
Gelukkig duurde het even voordat het applaus losbarstte.
De lichaamstaal van een dirigent is ook hier weer heel belangrijk; ook al is het zijn rug.





donderdag 17 januari 2019

Dirigente



Een apart kopje voor de eerste keer dat ik in de Doelen was en er een vrouwelijk dirigent op de bok stond. Elim Chan (1986)
Tijdens de gratis lunchconcerten die ongeveer één keer per maand worden gegeven en die ook duidelijk steeds meer publiek trekken werden er deze keer twee stukken gespeeld uit ‘Scheherazade’ van Rimsky Korsakov.



Hoewel ik een cd heb van deze muziek en ik die daardoor uitentreuren ken was het voor mij wonderlijk dat ik voortdurend met kippenvel zat en soms met de tranen in mijn ogen.
Wat een life- uitvoering al niet vermag.
7 februari mag ik weer, maar dan betaald. Dankzij een verjaardagscadeau van mijn kinderen.
Weer Russisch: Rachmaninov en Tsjaikovski.
Onder leiding van Stanislav Kochanovsky die ik al eerder heb ‘ontmoet’.
Dirigenten hebben echt grote invloed: voor ons eigen orkest hebben we net een paar sollicitatierondes achter de rug. Fascinerend wel. Heb ik ‘iets’ met degene die daar met die baton staat te zwaaien of niet; wil ik hem graag een plezier doen om samen mooie muziek te maken of niet? Is ie meteen duidelijk of moet je een beetje raden naar zijn bedoelingen? Nee, er zaten geen vrouwen bij.
Wij wachten nog even af.

Elim Chan gaat dit jaar van start als chef-dirigente van het Antwerps Symfonie Orkest.
Meteen zit ik me af te vragen wie nu eigenlijk de allereerste dirigente was.
Dat blijkt Antonia Brico (1902 -1989) te zijn. Geboren op Nederlandse bodem en heeft notabene de Berliner Philharmoniker gedirigeerd in 1930. Een orkest waar pas sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw ook vrouwen worden toegelaten. Er is eind vorig jaar een film over haar gemaakt - 'de dirigent' - die op dit moment draait in Pathé.
Eigenlijk best wel een reden om .....








woensdag 9 januari 2019

Waarom muziek?


„Muziek daagt het brein enorm uit. Bedenk eens wat er allemaal nodig is om viool te spelen in een orkest: de strijkstok hanteren, de vingers op de juiste plaats zetten, noten lezen, op de slag van de dirigent letten, toonhoogtes onderscheiden, de maat houden. Bij muziekactiviteiten zijn alle zintuigen betrokken. Het draait bij musiceren om motorische vaardigheden, in combinatie met begrip (cognitie) en emotie. Alles dus waar hersenen belangrijk voor zijn. Dat moet verklaren waarom kinderen die op muziekles zitten vaak beter presteren op school. Muziek maken bereikt werkelijk alle uithoeken van het brein. Daarom heeft musiceren ook een meerwaarde ten opzichte van het alleen maar luisteren naar muziek.”

Aldus neurowetenschapper Ben van Cranenburgh in het RD van 04-01-2019.
Ik wilde het maar even gezegd hebben, *grinnik*

Venezuela gold volgens de auteur in de jaren 70 als model voor de wereld. Een arm land, maar onder leiding van politicus én musicus José Antonio Abreu werden kansarme straatkinderen bijeengebracht in orkesten en koren. Criminaliteit en vandalisme namen sterk af. Dit Venezuelamodel is overal nagebootst. Helaas hebben wij in Nederland van het muziekleven een elitaire cultuurtempel gemaakt met onbetaalbare concerten, stelt Van Cranenburgh. Hij pleit daarom voor een laagdrempelig en veelzijdig aanbod van muziek. En dat lukt volgens hem niet als je het overlaat aan de vrijemarkteconomie.
Tsja ….wat lukt er nu eigenlijk wel in die vrijemarkteconomie wanneer die bevolkt wordt door hebzuchtige mensen?

Ik denk ook aan Gustavo Dudamel die bij Antonio Abreu orkestdirectie studeerde en in 1999 chef-dirigent werd van het nationaal jeugdorkest van Venezuela; het Simón Bolívar Symphony Orchestra. Een orkest dat voortgekomen is uit dat muziek-educatieprogramma en bestaat uit jonge mensen uit alle klassen (El Sistema)
Ik refereerde al eerder aan hem.
De oprichter van dit orkest in 1975, was die José Antonio Abreu. (1939 - 2018)

Onwillekeurig gaan mijn gedachten terug. Ik weet niet hoe het nu is met de muzikale opvoeding in het onderwijs. Er worden, geloof ik nog wel liedjes geleerd maar of het zo uitbundig gaat zoals bij ons vroeger: luidkeels in canon of in twee- of driestemmig met, op vrijdagmiddag, een paar klassen tegelijk.
Enthousiast bijgestaan door kinderen die niet zo goed konden zingen maar wel de tamboerijn en de sambaballen konden hanteren.

‘Blaad’ren in de lucht
blaad’ren op de gro-hond
Hersftstorm zingt zijn klucht
en hij maakt het bont.

Kind’ren zingen
dag zomer, straks komt winter
Stemmen klinken
Herfst is weer in t’ land.
(van deze laatste zin ben ik niet zeker)

Daarnaast kreeg ik als zes-jarige privémuziekles van Juf S.
Begonnen met een blokfluit, op mijn zevende orgel erbij, later altblokfluit en elektronisch orgel met eerst half en later volledig pedaal. Een soort van pré-kerkorgel.
De methode was, na Folk Dean, de elektronische van Carlo West. Een slechte methode denk ik achteraf.
De linkerhand werd niet goed mee ontwikkeld. Er stonden wel veel klassieke werkjes in die ik daardoor leerde kennen.
Later overgestapt naar een andere docent: dhr. de K. voor het kerkorgel.
Toen kreeg ik er op mijn zeventiende opeens genoeg van.
Ik zat daar met de ‘Cantabilé’ van Cesar Franck voor mijn neus te bedenken wat ik daar eigenlijk deed; achter dat grote gevaarte.
Ik was meer bezig met de technieken dan met de muziek.
Achteraf denk ik ook dat ik te weinig inspraak kreeg in wat ik speelde. Als gehoorzaam meisje speelde ik gewoon wat er voor mijn neus werd gezet.
Maar goed; dankzij al die muzieklessen kon ik later zelf gemakkelijk op piano overstappen en viool leren spelen. Muziek heeft mijn leven lang een niet onbelangrijke rol gespeeld.
En nu voel ik mij, als violiste, prima thuis in een amateur symfonieorkest en hobby ik af en toe wat op de piano.



woensdag 16 mei 2018

Lunchconcert/repetitie


Zomaar belandde ik vanmiddag weer eens bij een lunchconcert in de Rotterdamse Doelen. In mijn agenda staat het trouw aangegeven maar zonder de notitie wie er speelt of wat er gespeeld wordt.
Zo blijft het iedere keer weer een verrassing.
Deze keer was het niet echt een lunchconcert maar meer een openbare repetitie zoals het ook wel wordt genoemd. De meest dirigenten snappen wel dat de bezoekers graag een ferm stukje muziek horen en beheersen zich sterk met de interrupties.
Deze keer niets van dat al.
Op de standaards stond ( en staat officieel op 18 mei s ’avonds ) een stuk van de Nederlandse componist Willem Jeths.
Titel: ‘Conductus – Constructio’; een tweedelig werk over de vernietiging en wederopbouw van Rotterdam en wat meteen een wereldpremière voor dit stuk betekent want Jeths schreef het in 2015.
De componist zat ook in de zaal en werd af en toe geraadpleegd door de dirigent: Thomas Søndergård, een Deense dirigent. Helaas is er geen Nederlands pagina van hem.

Het stuk begon met glaasje draaien. Nee, niet op de occulte manier maar met de vinger over de rand van een wijnglas. Ik moest even zoeken waar het vandaan kwam, maar een percussiemijnheer was de gelukkige uitvoerder. (Er waren meerdere percussionisten en er stonden drie grote onaangeroerde harpen)
Die uiterst fragiele klank in een doodstille zaal werd overgenomen door de violen. Dat was een kippenvelmoment.
Nu zoef ik meteen even naar het einde van de repetitie want daar klonken de forse klanken van een klokkenspel door een andere percussionist.
En meteen toen ik buiten stond hoorde ik diezelfde klanken komen uit de toren van het stadhuis van Rotterdam. Zou de dirigent het erom gedaan hebben om vijf voor één de zaal te laten leeglopen? Al weet ik helemaal niet of het carillon ook echt het einde van het stuk is.
Het was een impressie wat we te horen kregen.
Nu word ik wel nieuwsgierig naar het hele stuk en dat was natuurlijk de bedoeling.
Ondertussen zat ik me wel te bedenken dat moderne muziek toch niet echt aan mij is besteed. Ik mistte een doorgaande melodielijn en een ritme. Maar dat kan aan de impressie hebben gelegen.
Wel hoorde ik mooie consonanten; het was niet zo ijselijk modern dat je nekharen gaan steigeren.
Later vond ik op het www nog dit ‘interview’ met de componist wat het een en ander verduidelijkt.

Op de foto is het de grote trompet met die demper die me nogal intrigeerde.





vrijdag 26 januari 2018

Russisch feestje


Toen ik via Facebook – waar ik nog nauwelijks kom vanwege die rare algoritmes en de oudbakken berichten van soms vijf dagen geleden – een bericht zag van het Rotterdams Philharmonisch over een concert met de tweede symfonie van Rachmaninov heb ik meteen kaarten besteld.
Die tweede symfonie is één van mijn klassieke muziekfavorieten.
Waarom weet ik niet. Ik hou van de klankkleur en het theatrale van de Russische componisten.
Het voelt alsof je deel uitmaakt van een eeuwenoude cultuur. Die hoor ik er in terug en dat bevalt me.
Misschien komt dat door de volksmelodieën die Rachmaninov maar vooral ook Chatsjatoerjan gebruikten.
Voor mijn eindexamen ooit heb ik op mijn eigen verzoek (want opgevoed met Urker- en Kamper-geestelijke-liederen-zingende mannenkoren) een doos met lp’s gekregen: ‘Europa in concert’. Tien lp’s uit tien verschillende Europese landen.
Rusland, Hongarije en Spanje waren favoriet. Op de tweede plaats: De Bohemen, Scandinavië en Engeland.
Van mijn kinderen heb ik voor mijn verjaardag eens een van moderne technieken voorziene, draagbare platenspeler gekregen zodat ik ze nog steeds kan beluisteren.











Gisteravond heb ik weer intens zitten genieten van dit echt Russische feestje want niet alleen de componisten waren Russen; ook de solist en de dirigent zijn dat. En wie kunnen deze stukken beter spelen en dirigeren dan mensen die daar geboren zijn?
Als eerste het vioolconcert van CHatsjatoerjan. (zoeken op Aram Khachaturian via Spotify) Hij is vooral bekend geworden door de muziek bij ‘The Onedin Line’ en zijn ‘Sabeldans’.
Dit vioolconcert - wat voor mij totaal onbekend was - werd gespeeld door Sergej Chatsjatrjan en gedirigeerd door Stanislav Kochanovsky.
Namen om je tong over te breken maar prachtig. Deze solist wist een zaal met vijftienhonderd mensen muisstil te krijgen.
Ook tijdens zijn toegift waarin hij een voor mij onbekend operalied speelde was het muisstil terwijl hij naar mijn idee maar met één stokhaar over de snaren ging.
Volgens mij hield iedereen zijn adem in. Hij kreeg dan ook een lange staande ovatie.

De tweede symfonie van Rachmaninov klonk vertrouwd en toch ook weer niet. Ook al ken ik alle klankkleuren, alle aanzwellende fortissimo’s en smeltende pianissimo’s; ‘ life’ horen spelen is toch ander dan via een cd.
Vooral het derde deel vind ik echt bloedmooi. Het is een inspirerende vrijage tussen blazers en strijkers.
Ontroerend.




zaterdag 16 december 2017

Lunchconcert


Regelmatig ga ik naar de gratis lunchconcerten in de Doelen. Dat is één keer in de vijf á zes weken op woensdagmiddag.

Nu had ik het snode plan opgevat om eens een keer samen met mijn kleinzoon te gaan.
Hij is nu nog vier jaar, mag in overleg met school flexibel omgaan met de lestijden dus een uitgelezen moment om hem te laten kennismaken met het grotere, serieuze muzikale werk oftewel ‘oma’s muziek’.
Zo mocht ik hem in overleg met de juf een uurtje eerder ophalen zodat we op tijd zouden zijn.

Op het programma stonden delen uit de werken van Prokofjev : Romeo en Julia (naar de tragedie van die beroemde mijnheer uit Stratford upon Avon) onder leiding van Gustavo Gimeno.
Prokofjev is een man van uitersten. Agressie en romantische liefde zijn thema’s uit dit ballet.

We hadden een mooi plekje uitgekozen, een beetje vooraan zodat hij het allemaal goed kon zien.
Wanneer je de moeite neemt om de link te beluisteren zul je merken dat Prokofjev helaas pas na een paar maten begint met de romantische liefde. Eerst.....
Zelf was ik er ook niet zo op bedacht maar het overviel mijn jonge nazaat ook nogal.
Hij barstte in tranen uit en sloeg zijn handjes voor zijn oren. Die zijn er het volgende half uurtje niet meer af geweest. Ik heb hem op mijn schoot getrokken en hem zo goed en kwaad als het ging proberen te troosten.
Gelukkig lukte dat wel.
Ik kon mezelf wel om de gevoelige oren slaan; ik had het toch kunnen weten!
Zelf heb ik er last van wanneer muziek te hard is en jongste zoon Cathy heb ik tijdens zijn eerste kerkgang ook krijsend de kerk uit moeten dragen omdat het orgel iets te enthousiast begon.

Ik hoop van harte dat het nog goed komt tussen kleinzoon en ‘oma’s muziek’.






donderdag 30 november 2017

Dvorak, Ravel, Brahms en dirigenten


Eén keer per jaar maken we als amateurorkest een uitstapje naar de ‘echte’ muzikanten van het Rotterdams Philharmonisch Orkest.
Deze keer hoorden we de
Ouverture Carnaval opus92 van Antonin Dvorak,
Pianoconcert in G van Maurice Ravel en
Symfonie nr. 4 van Johannes Brahms.
Het geheel stond onder de bezielende leiding van Lahav Shani, de toekomstige bokkenrijder, die het seizoen 2018 – 2019 de plaats gaat innemen van Yannick Nézet – Séquin als nieuwe dirigent en daarmee de jongste chef-dirigent ooit is. Voor het RPhO dan.

Mijn eerste ervaring met het RPhO was onder Edo de Waart. In die tijd mocht ik soms met een vriendin en haar ouders mee naar een concert. Ik weet er niet veel meer van; wel dat ik het indrukwekkend vond en dat de dames en heren toen nog in avondkledij rondliepen. Nu voel ik mezelf vaak ‘overdresst’ bij -voor mij -gewoon nette kleding. Maar dat deert mij niet echt.
Ik heb er eigenlijk wel inwendig pret om.
Valerie Gergiev kan ik me ook nog goed herinneren. Die woeste Rus, waar ik als gast ooit een repetitie bijwoonde en me er toen over verbaasde hoe ‘hap-snap’ er stukken werden gerepeteerd en iedereen maar meteen moest invoelen hoe er gespeeld diende te worden.
Bij Yannick Sequin was de indeling van het orkest weer heel anders: contrabassen links van de dirigent en de cello’s in het midden. Heel anders dan ik gewend was.

De muziek van deze componisten deze avond was om te genieten. Vooral het Adagio met zijn beheerste dissonanten in het pianoconcert van Ravel bracht kippenvel en tranen in mijn ogen. De pianist was Fransesco Piemontesi. (1983)
Volgens de concerttoelichting heeft Ravel dit stuk gecomponeerd naar het voorbeeld van het Adagio van Mozarts klarinetconcert. Laat ik dat nu niet hebben gehoord.
Ik hoorde in het hele stuk veel meer overeenkomsten met Gerschwin. Die is duidelijk beïnvloed door Ravel. Ravel geboren in 1875 en Gerschwin in 1898.
Na het applaus kregen we zowaar een zeer gewaardeerde toegift à quartre main van Shani en Piemontesi.
En Brahms is altijd mooi en meer om weg te dromen.

Een foto van het moment - na Dvorak - dat de piano omhoog kwam uit de vloer en werd klaargezet.






woensdag 29 maart 2017

Stabat Mater


Het afgelopen college over de wederzijdse beïnvloeding van muziek en literatuur kwamen we via Salieri en Mozart bij Alexander Poesjkin uit want hij schreef over de verhouding tussen Salieri en Mozart een toneelstuk in 1830.
In 1984 baseerde Milos Forman een film op dit toneelstuk en velen kennen die wel: ‘Amadeus’
Via Poesjkin en zijn andere werken; o.a. het gedicht: ‘Zing niet, schone vrouw, voor mij’ kwamen we bij Rimsky Korsakov die over Mozart en Salieri een opera schreef in 1897.
Ik was het mij nooit zo bewust maar dat gedicht lezende kwamen we erachter dat ‘auditiviteit’ hechter in de mens verankerd raakt dan ‘visualiteit’.
Of dat een troost is voor blinde mensen... dat weet ik niet.
‘Zing niet, schone vrouw, voor mij
de droevige liederen van Georgië:
mijn gedachten vliegen onmiddellijk
naar een ander leven en verre kusten.’


Een toegift was deze keer een inkijkje in de vele bewerkingen die zijn gemaakt op het Stabat Mater.
Een middeleeuws Latijns gedicht over Maria en haar verdriet, staande bij het kruis van haar Zoon.
In deze tijd van alle mogelijk uitvoeringen van de Mattheus Passion snap ik niet dat dit muziekstuk wat door vele componisten van een al dan niet gecompliceerde muzikale bewerking is voorzien zo weinig aandacht krijgt.
De uitvoering van Francois Poulenc uit 1951 vind ik tot nu toe het mooiste. Terwijl ik helemaal niet zo hou van koren en klassiek geschoolde stemmen.



vrijdag 24 februari 2017

Kruisbestuiving


Nieuwe collegereeks, nieuwe prikkels.
Deze keer over de kruisbestuiving tussen muziek en literatuur. Er gaat weer een wereld voor mij open.
Het start al heftig: ‘Der Erlkönig’ van Goethe met muziek erbij van Franz Schubert en Carl Löwe.

En wanneer ik deze you tube versie bezie heeft het behalve verschillende componisten ook genoeg schilders en tekenaars geïnspireerd. Kennelijk een tot de verbeelding sprekend gedicht.
Der Erlkönig uit 1782.

Wer reitet so spät durch Nacht und Wind?
Es ist der Vater mit seinem Kind;
Er hat den Knaben wohl in dem Arm,
Er faßt ihn sicher, er hält ihn warm.

"Mein Sohn, was birgst du so bang dein Gesicht?" –
"Siehst, Vater, du den Erlkönig nicht?
Den Erlenkönig mit Kron und Schweif?" –
"Mein Sohn, es ist ein Nebelstreif."

"Du liebes Kind, komm, geh mit mir!
Gar schöne Spiele spiel' ich mit dir;
Manch' bunte Blumen sind an dem Strand,
Meine Mutter hat manch gülden Gewand." –

"Mein Vater, mein Vater, und hörest du nicht,
Was Erlenkönig mir leise verspricht?" –
"Sei ruhig, bleibe ruhig, mein Kind;
In dürren Blättern säuselt der Wind." –

"Willst, feiner Knabe, du mit mir gehn?
Meine Töchter sollen dich warten schön;
Meine Töchter führen den nächtlichen Reihn,
Und wiegen und tanzen und singen dich ein." –

"Mein Vater, mein Vater, und siehst du nicht dort
Erlkönigs Töchter am düstern Ort?" –
"Mein Sohn, mein Sohn, ich seh' es genau:
Es scheinen die alten Weiden so grau. –"

"Ich liebe dich, mich reizt deine schöne Gestalt;
Und bist du nicht willig, so brauch' ich Gewalt." –
"Mein Vater, mein Vater, jetzt faßt er mich an!
Erlkönig hat mir ein Leids getan!" –

Dem Vater grauset's, er reitet geschwind,
Er hält in Armen das ächzende Kind,
Erreicht den Hof mit Müh' und Not;
In seinen Armen das Kind war tot.

Wanneer je de laatste regel leest begrijp je dat er iets sinisters aan de hand is en nog weer lezend zie ik de angst van een ziek, koortsig kind dat van alles ziet. Het kijkt met ‘magische‘ ogen terwijl de vader hem rustig realistisch antwoord. Verschillende levels.
Er zijn ook passages die heel vaag en onder de oppervlakte nogal duister zijn. In de derde, vijfde en zevende strofe heeft de vader een wonderlijk taalgebruik. Spreek je zo tegen een zoon van je?
Of speelt er iets anders?
Fascinerend.

In 1974 liet de Amerikaan Robert Piercing zich inspireren en schreef het boek >‘Zen en de kunst van het motoronderhoud'. Een moderne versie.
Wel geinig wanneer je zoveel weet dat je dit soort dingen tijdens het lezen weet te plaatsen.
Ik heb nog een eeuwigheid nodig.

Naar aanleiding van de Goldbergvariaties kwam natuurlijk Anna Enquists Contrapunt aan de orde maar ook de Oostenrijker Thomas Bernhard met zijn ‘Der Untergeher‘ waar het woord Goldbergvariaties twee en dertig keer in voorkomt. (naar het aantal variaties plus de eerste aria en als slotstuk een herhaling hiervan.)
Dat soort verborgen details kan ik zeer waarderen. Wanneer ik nog eens een boek ga schrijven.....
Uitvoeringen door Glenn Gould. De beste volgens de docent (dhr. Burgers)en ik geloof hem.

De Kreutzersonate van Beethoven werd besproken wat meteen de titel van een boek van Leo Tolstoj uit 1891 is en ook van Margriet de Moor uit 2001. Moet ik allebei nog lezen.

Ik mag nog zes keer.

zondag 29 januari 2017

Het Dodeneiland


Een symfonisch gedicht. Dat is ook leuk in de week van de poëzie.
Gecomponeerd door Sergej Rachmaninov (1873-1943) in 1903 naar aanleiding van een schilderij van Arnold Böcklin (1827-1901)
Het verhaal gaat dat Rachmaninov erg onder de indruk was van dit schilderij in een zwart- wit uitvoering en daarop dit muziekstuk componeerde.
Dies irae: de eerste woorden op de eerste tonen uit de mis van overledenen. Deze mis is in onbruik geraakt maar de eerste maten van het muzikale thema komen veel voor in de werken van Rachmaninov. Zo ook aan het einde van dit muziekstuk.

Samen met zijn tweede symfonie en zijn tweede en derde pianoconcert staat dit wel in mijn top-10 van klassieke muziekfavorieten. Het enige wat ik zelf redelijk kon spelen van hem - hij had heel grote handen - was de Prelude Opus 32, nr. 2 (sommigen zeggen Opus 3, nr. 2) waarbij ik iets te vaak in het 'agitato' gedeelte uit de bocht vloog.

Het dodeneiland heeft een sombere stemming; logisch wel. Het is soms op het lugubere af.
Dat komt, denk ik door die 'dwingende en onontkoombare' pauk die aan het einde langzaam wegsterft. Maar dat is juist ook weer indrukwekkend. In gedachten associeer ik het met de vaak nadrukkelijk tikkende klok in zeer gereformeerde huishoudens waar ik kwam bij terminale patiënten of de dreunende stappen van de, in het zwart geklede, kistdragers bij begrafenissen.
Je kunt het je voostellen: de veerman Charon (Griekse mythologie) die de doodsrivier, de Styx oversteekt om de overledene weg te brengen naar het dodenrijk.
Hij doet er - in een uitvoering van het Concertgebouworkest o.l.v. Vladimir Ashkenazy – éénentwintig minuten over.



woensdag 28 december 2016

Peter Grimes


Een kers op de taart van de week Wenen was wel de opera Peter Grimes van Benjamin Britten.
Het was zijn tweede opera en is voor het eerst uitgevoerd in 1945.

De Weense Staatsopera heeft het beroemdste operaorkest ter wereld en is een repertoiretheater.
Dat betekent dat er elke dag iets anders te zien en te horen is. Zo werd het ons verteld door de gids in het Musikverein. (van het jaarlijks uitgezonden concert op 1 januari)
Decors moeten snel omgebouwd worden.
Daar zit ook een klein beetje mijn probleem. Peter Grimes speelt zich af in Suffolk in het midden van de 19e eeuw. De decors zijn en blijven echter heel modern minimalistisch. Dat begrijp ik dan wel weer als Britten zit ingeklemd tussen het ballet Raymonda van Petipa en Glazunov op donderdagvond en ‘de barbier van Sevilla’ van Rossini op dinsdagavond.
Mooiere decors kunnen er zijn wanneer een opera een paar weken op dezelfde locatie wordt uitgevoerd.

Ondanks dat ik niet zo hou van klassiek geschoolde stemmen sleepte het verhaal mij toch mee.
Het was goed te volgen omdat bij elke plaats een opklapbaar systeempje zit waarop de tekst te volgen is in het Engels of in het Duits.

In grote lijnen het verhaal: Een ruwe visser, Peter Grimes, wordt het slachtoffer van roddel en achterklap en ziet daardoor maar één uitweg. Alleen Ellen, een schooljuffrouw blijft in hem geloven.
Wanneer aan het eind van de laatste akte de kustwacht van het dorp gewag maakt van een schip in nood wordt er gereageerd met: ach, weer zo’n gerucht.
Waarom beginnen oude tantetjes eigenlijk altijd met roddels?
Het orkest was schitterend.
Dirigent: Graeme Jenkins


vrijdag 23 december 2016

Achtste


Veertien december speelde het Rotterdams Philharmonisch Orkest de achtste symfonie van Beethoven met Yannick Nézet-Séguin op de bok. Het was een gratis lunchconcert en ik heb die Doelenzaal nog nooit zo vol zien zitten bij een lunchconcert.
Eén keer heb ik hem afgeladen gezien. Dat was bij een pianoconcert van Rachmaninov met Lang Lang in de hoofdrol achter de vleugel. Hij was toen nog niet zo bekend.

Muziekuitvoeringen beoordelen en muzikanten analyseren kan ik niet. Genieten des te meer. Af en toe met kippenvel van kruin tot tenen en soms mijn adem inhoudend. Daar krijg ik het dan wel benauwd van.
Yannick had een andere opstelling dat ik gewend ben: de contrabassen links vanaf mijn plaats gezien, daarvoor de eerste violen. Daarnaast de cello’s, altviolen en weer vooraan rechts de tweede violen.
De blazers zitten vertrouwd verdeeld over de achterste rijen.
Heel plezierig, zo’n half uurtje tussendoor.


donderdag 8 september 2016

September Morn


Stay for just a while
Stay, and let me look at you
It's been so long, I hardly knew you
Standing in the door
Stay with me a while
I only want to talk to you
We've traveled halfway 'round the world
To find ourselves again

September morn
We danced until the night became a brand new day
Two lovers playing scenes from some romantic play
September morning still can make me feel that way
.......


Op mooie septemberdagen zoals deze, wanneer het zonlicht in mijn tuin van helder naar goudgeel verandert heb ik de neiging om September Morn van Neil Diamond hard door het huis te laten galmen.
Het ware beter geweest wanneer ik in een psalm was uitgebarsten maar die spreken niet over die gouden gloed die over mijn nog steeds doorgroeiende en doorbloeiende vermoeide plantjes ligt.
De septemberochtend impliceert dat als vanzelf.
Daarbij dromend over de dingen die passé zijn en voorzichtig de emoties toelatend.
Zie je, ik word er lyrisch van.

Op begrafenissen en crematies kan ik me er ook over verbazen hoe gemakkelijk de stichtelijke en vrome liederen van vroeger zijn veranderd in hedendaagse toppers. Die ook nog eens veel gemakkelijker de emoties bespelen.
En daar houden we van.
Ik hou niet van Claudia en niet van Nederlandstalige liedjes maar op een dag ‘As the final curtain falls before my eyes’ zing ik, denk ik :

‘Mag ik dan bij U?’
God zij dank weet ik het antwoord al.




zaterdag 26 maart 2016

The Passion


Nee, ik behoor niet tot de doelgroep van dit jaarlijks terugkerende EO-spektakel en ik had me niet voorgenomen om te kijken.
Toch zat ik op de bank en ik keek ernaar en het raakte mij.

Al jaren verbaas ik mij over de liederenkeuze die zo eenvoudig te vertalen zijn naar een hoger doel. Maar wie weet hoe lang daarover gedacht en gepuzzeld wordt.
Waarom raakt mij dit meer dan de mooiste uitvoering van de Mattheüs Passion?
Mogelijk omdat het door ‘van de straat geraapte’ mensen wordt gemaakt, precies zoals het 2000 jaar geleden ook gebeurde.
Ze zingen niet zeer sophisticated – vanavond allemaal in het zwart mensen! – met klassiek geschoolde stemmen aria’s en gezangen.
Er is een gewone verteller, zoals op de ‘Young Matthew Passion’ van Tom Parker die het verhaal aan elkaar praat. Niemand die even één regeltje zingt dat Jezus nu naar Gethsémane gaat wandelen of iets dergelijks en dat zo maf op mij overkomt.
Het geheel is simpelweg minder gecultiveerd zodat het dichter bij de harde werkelijkheid staat.

Deze keer vond ik het heel aangrijpend dat Jezus werd afgevoerd in een oranje overall met een zwarte zak over zijn hoofd.
Waar heb ik dat toch meer gezien?............
Dan dringt het opeens tot je door: ja, die éénentwintig koptische christenen (en vele anderen) waren onschuldig in onze mensenogen, maar Jezus was echt onschuldig.
(hoe zou het trouwens op IS strijders overkomen wanneer ze zien dat we een ‘musical’ hebben gemaakt van een gevangene in oranje overall? Die eruit ziet als één van hún gevangenen?)

Nee, ik behoor niet tot de doelgroep van the Passion, ik behoor ook niet bij het elitaire gezelschap dat bij de Mattheus Passion zit. Ik ben nog steeds niet zo ver ontwikkeld dat ik Bach op zijn werkelijke waarde weet te schatten.
Tom Parker’s productie bevalt mij nog het meest.