donderdag 25 oktober 2012
Wat betreft de sterren
Omdat ik al vaker op een bepaalde plek in Turkije ben geweest wist ik dat de sterrenhemel daar zonder lichtvervuiling overweldigend is. Toen begreep ik voor het eerst dat Abraham de sterren niet kon tellen toen God hem vroeg omhoog te kijken en hoe talrijk zijn nageslacht zou worden. Daar is het toch wel iets anders dan in de Randstad.
Hier probeer ik het ook wel eens en de Grote en Kleine Beer, de Poolster, Cassiopeia en Orion herken ik wel.
De eerste avond dat ik daar weer was, met zoveel als mogelijk in mijn hoofd gepropt, -- want lezen in het donker blijft lastig -- viel het niet mee. Ik zocht Pegasus die aan de herfsthemel duidelijk zichtbaar zou moeten zijn. Er was wat sluierbewolking, zo dacht ik. Maar verhip, de tweede avond was die sluierbewolking er weer en ook nog op dezelfde plaats!! Een beetje golvend van oost naar west.
Weer eens in mijn boek gedoken kwam ik erachter dat het, o amateur die ik ben, de Melkweg was!
Inmiddels had ik mijn huisgenoten ook enthousiast gekregen en lagen we de avonden daarop met elkaar languit op de tuinstoelen in het donker naar boven te turen. We ontdekten Pegasus, het sterrenbeeld vissen en ook de Andromedanevel meende ik te zien: diagonaal tegenover de kop van Pegasus de ‘staart’ volgend en dan bij de derde ster rechtsaf.
Het was meer een ‘veegje’ en ik moest er ‘langs’ kijken om hem te zien met het blote oog. Wel heel fascinerend!
Zie ik sterren aan de hemel staan,
aan de donkerblauwe lucht de maan,
is het of de nacht mij noemt de Naam
van een machtig God.
Al met al krijg ik steeds meer de smaak te pakken. Het is even wennen aan de afstanden in het hemelgewelf. Jammer dat het hier in Nederland zo koud is en zo weinig helder, plus al de bijkomende lichtvervuiling. Dat alles maakt het er niet uitnodigender op.
Ooit heb ik voor Moederdag een telescoop gekregen van mijn kinderen en ook eens meegenomen naar Turkije. Wat dat allemaal heeft teweeggebracht komt misschien nog wel eens. Komische toestanden bij de douane enzo….
Maar het is beter volgens mij, om eerst met het blote oog en eventueel een verrekijker vertrouwd te raken met al die sterren en constellaties voordat ik gerichter in de weer ga met m’n telescoop.
Misschien moet ik maar eens een kamer huren, ergens op de Veluwe.
.....insidersjoke *hi-hi*)
woensdag 19 december 2018
Sterren, Seth en Maagd
Zo rond kerst word je geconfronteerd met de sterrenhemel. Niet alleen bij een heldere, koude hemel waar van alles te zien is. Zoals bijvoorbeeld de Orion die in het boek Job en Amos al worden genoemd.
Maar ook juist door het kerstverhaal. Wijzen die een bijzondere ster zagen en op pad gingen.
Dat begrijp ik nog.
Je kunt je weg vinden aan de hand van sterren/ hemellichamen wanneer je daar handig in bent geworden. Dat geldt zeker deze astronomen.
Maar dat een ster stopt boven een huis en de wijzen dan precies weten welk huis ze moeten hebben.....dat heb ik altijd te wonderlijk gevonden.
Hoe zit het eigenlijk met die sterren in de Bijbel?
In principe zijn ze geschapen ‘tot tekenen en tot vaste tijden’ (Gen 1:14 ) Die vaste tijden lijken mij duidelijk. De sterrenhemel draait per dag en per jaar.
De eerste keer dat een ster met diepere betekenis kan worden gezien is in het verhaal van Bileam. (van die sprekende ezel) Hij voorspelde in Numeri 24:
‘Er zal een ster voortkomen uit Jakob (Israël) , en er zal een scepter uit Israël opkomen; die zal de palen der Moabieten verslaan, en zal al de kinderen van Seth verstoren.’ (vernietigen lijkt mij niet de juiste vertaling)
Deze Bileam was een astronoom/astroloog uit Mesopotamië die door de koning van Moab, Balak, was ingehuurd om de Israëlieten te vervloeken.
Met die ster wordt Jezus bedoeld. Zo lezen wij als christenen dat erin terug. Maar waarom alle kinderen van Seth, de heilige lijn in de Bijbel, verstoord zullen worden is mij niet duidelijk.
Seth was als plaatsvervanger van Abel, de tweede uit het gezin van Adam en Eva. Via hem loopt de heilige lijn (Gods zonen) en via Kain, de oudste, de onheilige.
Iets dergelijks had ik al eerder wat uitgezocht.
Zo las ik ook ergens dat de zevende na Adam uit het geslacht van Kain, Lamech was, ook een moordenaar. En de zevende uit het geslacht van Seth was Henoch, die met God wandelde.
Dat zegt ook alweer genoeg. Helaas vermengden deze lijnen zich weer met elkaar met de zondvloed tot gevolg.
Zit ik meteen weer te bedenken waarom Cham als tweede zoon van Noach wordt genoemd. Dat was niet bepaald een heilige lijn. In Gen 9: 24 staat dan ook dat Cham de jongste zoon was.
Sem zou dan de doorgaande heilige lijn moeten zijn en tweede zoon. Want uit de lijn van de Semieten wordt Jezus geboren. Dat ook dat klopt zou je kunnen opmaken uit Gen 10:21 (HSV)
Dus het rijtje van Noachs zonen verandert voor mij vanaf nu in Jafeth, Sem, Cham.
Logisch.
Dat heb ik nu altijd. Ik begin ergens mee en beland dan in allerlei andere interessante zaken.
Terug naar de sterren.
Zou het kunnen, zo vraag ik mij af, dat de ster die door de wijzen werd gezien in het sterrenbeeld Maagd (Virgo) stond? De ‘dierenriem’ was toen al bekend. (zoeken op Dendera dierenriem)
Mogelijk is daardoor ook de verwarring ontstaan met de ‘maagd’ en ‘ jonge vrouw’ in Jesaja 7:14?
In het sterrenbeeld Maagd heet de grootste ster ‘Spica’: ‘Korenaar’.
De Hebreeuwse naam is ‘Tsemach’ wat ook vertaald mag worden als ‘Spruit’ en dát komt verschillende keren voor in het Oude Testament van de Bijbel waarvan wij geloven dat het om Jezus de Messias gaat.
Jes 4:2; Jer 23:1 en 5; Jer 33:15; Zach 3:1 en 8 en Zach 6: 8 en 12
Een Maagd heeft toch iets te maken met een Spruit.
Als je verbanden wilt zien zie je ze overal en altijd; dat weet ik, maar toch...
In een tijd, zoals vroeger, met weinig lichtvervuiling kun je echt heel veel zien, dat weet ik uit ervaring.
Maar wát ze dan precies hebben gezien weet ik niet.
Het Sterrenbeeld Maagd is na Hydra het grootste sterrenbeeld en haar dichtstbijzijnde ster staat 32 lichtjaren van ons verwijderd. (Vir Alaraph) De Spica ligt op 220 lichtjaar.
Dat is minder ver dan de 2,64 miljoen lichtjaren van de Andromedanevel die ik kon zien met het blote oog.
Alleen weet ik niet of het astronomisch klopt vanuit het oosten gezien, richting het westen.
En dan nog blijft het errug lastig om zo’n ster precies boven één bepaald huis te zien.
Misschien hadden die astronomen/astrologen toch speciale meetapparatuur.
vrijdag 17 mei 2013
Lente sterrenhemel
In de lente zijn er weer heel andere sterren en sterrenbeelden te bewonderen dan in de de herfst. Een volgend stapje in mijn carrière van amateurastronoom.
Het was weer even wennen aan de afstanden in het hemelgewelf maar daarna ontdekte ik op een heldere avond met behulp van mijn boek (nee, ik heb daar geen bereik op mijn telefoon om het via een app’je te doen en met een boek is het veel leuker) het sterrenbeeld Boötes of Berenhoeder of Ossendrijver.
Via de ‘steel’ van de Grote Beer was hij snel te ontdekken. Boötes bevat één van de grootste sterren: Arcturus (=berenhoeder) die rood van kleur zou zijn volgens mijn boek van Klaus Schittenhelm maar dat kon ik met het blote oog niet zien.
Links van Arcturus zag ik de Noorderkroon met de grootste ster Gemma die ook de naam Astharoth draagt. Zij, Astharoth of Astarte komt weer in de Bijbel voor als moedergodin. Of er een verband is weet ik nu niet.
Rechts van Arcturus, ontwaarde ik zelfs het Coma-sterrencluster. Daar moest ik weer een beetje langs kijken in verband met die blinde vlek. (de plaats waar de oogzenuw het oog verlaat en er dus geen staafjes en kegeltjes zitten om de beelden op te vangen)
Nog wat verder naar het zuidoosten zag ik de slang.
In de lente is de Melkweg nauwelijks te ontdekken. Hij zou zich aan de zuidelijke horizon bevinden maar ondanks dat het zicht naar het zuiden open is – ik kijk daar uit over de zee – is hij niet te zien vanwege de luchtvochtigheid.
het blijft allemaal heel fascinerend om je te realiseren dat je zover weg kunt kijken. De dimensie 'tijd' blijft een wonderlijk fenomeen.
Links de Noorderkroon. Wanneer goed kijkt zie je 6 sterren in een halve kring liggen. De grootste ster daarvan is Gemma.
maandag 22 mei 2023
Wat je zoekt, zoekt jou
Ondertitel: een mystieke reis door het leven van de Perzische dichter Rumi
Een ode aan de mysticus en dichter uit de dertiende eeuw: Molana
Djalal Eddin Mohammad Balchie Rumi.
Kortweg: Rumi.
Geschreven door Kader_Abdolah (1954) in 2022. Ik las een digitale editie.
Over het leven van Rumi is best het één en ander met zekerheid bekend omdat
zijn oudste zoon Walad een biografie heeft geschreven.
Rumi werd geboren in 1207 in Balch in, wat nu Afghanistan is.
In 1273 stierf hij Konya, het rijk van de Seltsjoeken in het huidige Turkije.
Toen hij rond de dertien jaar was moest hij met zijn vader op de vlucht voor de
‘grote leider’ Dzjengis_Khan.
De film 'Mongol' gaat over deze man.
Onderweg, op die vlucht, komt Rumi verschillende mensen tegen
en leert verschillende talen spreken. Omdat de vader van Rumi een bekende
mysticus en imam was: Bahao Eddin, ontmoet hij allerlei belangrijke schrijvers
en filosofen uit die tijd.
Ze wonen een tijdje in Bagdad waar Bahao een baan krijgt als gastgeleerde aan
de universiteit. Ja deze werd al in de elfde eeuw gesticht.
Rumi kan daar vanzelfsprekend ook studeren.
Op een reis naar Mekka ontmoeten ze Tusi, een jonge wiskundige en
sterrenkundige. Daar leert Rumi ook weer veel van.
Waarom vertel ik dit?
Tusi legt aan Rumi de Melkweg uit: ‘De Melkweg lijkt op de wolkenvelden,
maar hij is samengesteld uit een groot aantal kleine, sterk geclusterde
sterren. Door hun dichtheid lijken ze op de melkachtige wolkenvelden, maar het
zijn sterren.’
Dat raakte aan mijn eigen ervaring!
Rumi woont een tijdje in Mekka terwijl zijn vader verder
reist naar Laranda om het gezin weer te verenigen.
In Laranda ontmoet Rumi Gohar Khatoon en trouwt met haar. Ze krijgen twee
zoons.
Op vierentwintig jarige leeftijd overlijdt Bahao Eddin en blijft Rumi met vrouw en kinderen achter.
Hij kan echter zijn draai niet vinden, mist leiding en is blij wanneer een
vriend van zijn vader aanklopt: Tamarzi.
Deze stuurt zijn vrouw en kinderen weg en zorgt dat Rumi weer kan gaan studeren
en zich op zijn poëzie kan richten.
Maar Tamarzi vertrekt ook weer en sterft. Zarkoeb is zijn volgende ‘leider’, en
die wordt weer opgevolgd door ShamseTebrizi, volgens Wiki een soefi en derwisj.
Daar krijgt Rumi een verhouding mee terwijl hij
inmiddels voor de tweede keer is getrouwd. Tot …op een dag Shamse ook weer
verdwijnt.
Weggegaan of vermoord? Niets is zeker.
Maar juist door het gemis met de bijbehorende de pijn stijgt Rumi boven
zichzelf uit en wordt een beroemdheid.
Ik merk nu een verdeeldheid in mijzelf. Nu ik weet dat Rumi
en Shamse Tabrizi toch wel een heel bijzondere relatie hadden lees ik die
liefdesgedichten anders en dat irriteert me.
“Als je opeens mijn geliefde niet bent
valt alles uit elkaar
Mijn troost, mijn metgezel!
Het gaat niet zonder jou.”
Ik zal wel een bekrompen geest hebben maar op dit moment kan
ik echter niet anders. Misschien dat ik later de schoonheid van die gedichten (weer)
ga leren, maar op dit moment is het even een brug te ver. De laatste helft van
het boek waarin veel gedichten staan laat ik maar even voor wat het is.
Zouden mensen met een andere geaardheid de gedichten en liedjes die gaan over de liefde tussen een man en
een vrouw ook met zulke gemengde gevoelens lezen?
De titel van het boek zou zomaar een Bijbelse titel kunnen zijn: Wie zoekt, die
vindt. Wanneer je Hem hebt gevonden kom je erachter dat Hij al op zoek was naar
jou.
Voor Rumi is de zoektocht naar God vooral een zoektocht naar en in zichzelf.
vrijdag 4 januari 2019
De Antwoorden op de grote vragen
Geschreven door Stephen Hawking in 2018……althans….het was in wording ten tijde van zijn overlijden in maart 2018.
Oorspronkelijke titel: ‘Brief Answers tot the Big Questions’ en dat dekt de lading beter dan de Nederlandse titel. Want het zijn natuurlijk niet DE antwoorden.
Dit boekje stelt een aantal ‘grote’ vragen en Hawking geeft ZIJN antwoorden, puttend uit zijn persoonlijk archief. Wanneer je hem een beetje hebt gevolgd dan komen verschillende antwoorden je wel bekend voor.
Nu zijn ze nog eens compact en in eenvoudige taal samengevat.
Voorwoord is van Eddie Redmayne; hij speelde Hawking in de film ‘The Theory of Everything' en de inleiding is geschreven door Prof. Kip S. Thorne, een vakgenoot en vriend.
Deze Thorne is ook het brein achter de film ‘Interstellar’.
Het nawoord is van zijn dochter Lucy. Zou ze vernoemd zijn naar…..?
Mijn enige commentaar daarop is dat ik niet geloof dat het half maart nog steeds kerstvakantie is in Cambridge.
Waarom zouden we grote vragen moeten stellen?
Omdat het ons op zoveel punten verder brengt. Door het ruimtetijdperk zijn we anders tegen onszelf gaan aankijken en tegen de kwetsbaarheid van de aarde. Hoe werken dingen en hoe kunnen we – wat vooral nu speelt - duurzaam verder ontwikkelen.
Hoe is alles begonnen? Is er een God? Kunnen we de toekomst voorspellen? Wat zit er in een zwart gat? Zal kunstmatige intelligentie slimmer worden dan wij? Wat is daarin belangrijk?
Hij legt de informatieparadox uit: Informatie die verloren gaat in zwarte gaten ondanks dat volgens de wetten van de kwantummechanica informatie nooit helemaal verloren kan gaan.
Het belangrijkste is dat we ontwikkelingen de baas blijven. ‘Het is verleidelijk het idee van hoog intelligente machines af te doen als sciencefiction, maar dat zou een vergissing zijn en mogelijk de grootste vergissing die we ooit hebben gemaakt.’
Robots moeten ten allen tijde in dienst blijven staan van de mens en niet andersom. Maar daar loert wel een gevaar.
Zelf denk ik ook dat we ons moeten blijven realiseren dat uitvindingen in verkeerde handen kunnen vallen en dat niet iedereen zo empathisch is, richting de mensheid. Er zullen altijd machtswellustelingen blijven. Nou ja, daar zijn genoeg Bondfilms over gemaakt.
‘Onze toekomst is een wedloop tussen de groeiende macht van onze technologie en de wijsheid waarmee we die gebruiken. Laten we er voor zorgen dat de wijsheid wint.’
Een paar dingen snap ik niet: In het allereerste begin van het heelal waren er alleen waterstof en helium. Waar komen al die andere stoffen van het periodiek systeem dan vandaan?
Over ons DNA zegt Hawkings gewoon dat we niet weten waar het vandaan komt.
Over het al dan niet bestaan van God: ‘Ik heb helemaal niets tegen God. Ik wil niet de indruk wekken dat ik met mijn werk het bestaan van god wil bewijzen of ontkrachten. Mijn werk gaat om het vinden van een rationeel kader om het heelal te begrijpen.’
Toch vindt hij de vraag of God bestaat voor de wetenschap wel een geldige vraag en dat snap ik dan weer niet. God is transcendent maar ook immanent. En wanneer Hawking ervan overtuigd is dat er meerdere dimensies zijn – elf maar liefst – wat is er dan moeilijk aan om God in een andere dimensie te bedenken. Voor hem ligt ‘god’ vast in de natuurwetten. Hebben we die allemaal in kaart gebracht dan begrijpen we god. Voor mij is dat veel te beperkt.
Een striptekenaar hoeft zich toch niet te houden aan de wetten die hij een rol laat spelen in zijn strips?
God woont buiten de tijd in de eeuwigheid en dat staat al in dat Boek van 2500 jaar oud. (Jes. 57:15)
Jawel, door mensen geschreven maar wanneer die al zo wijs waren om God buiten de tijd te positioneren dan vraag ik mij af of het toch niet geïnspireerd is door die Grote Geest zelf omdat mensen van toen bij lange na niet wisten wat wij nu weten.
Hawking geeft hieraan een verklaring met behulp van negatieve energie, maar die is weer onderworpen aan natuurwetten.
*Cathy mompelt iets over cirkelredenering en verkeerde premisse.*
Tegelijk vraag ik mij dan af hoe het komt dat Hawking zo denkt. Zou hij niet anders kúnnen denken met zijn, op de rede gerichte brein of wíl hij dat niet?
‘Kijk naar de sterren en niet naar je voeten’.
Ik zou willen zeggen: ‘kijk voorbij de sterren en niet naar je voeten’.
Hou rekening met een Grote Intelligentie die alle dimensies kan doorkruisen.
woensdag 5 april 2023
Goede vrijdag
Good Friday
Am I a stone, and not a sheep,
That I can stand, O Christ, beneath Thy cross,
To number drop by drop Thy blood’s slow loss,
And yet not weep?
Not so those women loved
Who with exceeding grief lamented Thee;
Not so fallen Peter, weeping bitterly;
Not so the thief was moved;
Not so the Sun and Moon
Which hid their faces in a starless sky,
A horror of great darkness at broad noon –
I, only I.
Yet give not o’er,
But seek Thy sheep, true Shepherd of the flock;
Greater than Moses, turn and look once more
And smite a rock.
Goede Vrijdag
Ben ik een steen en geen schaap,
Dat ik kan staan, o Christus, onder Uw kruis,
Om drup voor drup het verlies van uw bloed te tellen,
En toch niet te huilen?
Niet zo geliefd bij die vrouwen
Die met buitengewoon verdriet over U klaagde;
Niet zoals de gevallen Petrus, bitter huilend;
Niet zo ontroerd als die rebel;
Niet zoals de zon en de maan
Die hun gezichten verborgen in een sterren loze hemel,
Een gruwel van grote duisternis op klaarlichte dag -
Ik, alleen ik.
Geef niet op Heer,
Maar zoek Uw schapen, ware Herder van de kudde;
Groter dan Mozes, draai en kijk nog eens
En kastijd een steen.
Christina Rosetti (1830 - 1894)
Het paasverhaal spreekt me niet altijd aan; zeker niet in een tijd dat 'men' zo lyrisch doet over de Mattheus Passion die je als ware christen elk jaar wel zou moeten bezoeken.
Innerlijk verzet ik me tegen dat melodramatische gedoe over een gruwelijk verhaal wanneer het 'moet'.
Wellicht had Rosetti daar ook last van.
donderdag 30 juni 2016
Genius
Met zijn blikken stem probeert hij jonge mensen aan het denken te zetten door middel van proeven die ze moeten uitvoeren.
Want iedereen die een beetje nadenkt kan een genius worden volgens hem. Die mogelijkheid laat ik mij natuurlijk niet ontglippen
Het zijn echt leuke programma’s die starten met een interessante vraag. Zo heb ik de afleveringen gezien met de startvraag: Are We Alone? En : ‘Why are We Here?
In ‘Are We Alone’ is de vraag of we in het universum alleen zijn. Eerst moesten de deelnemers visualiseren hoeveel sterren er alleen al in ons melkwegstelsel zijn. Dat bleken er zo’n 300 miljard te zijn.
Als elke ster door één zandkorrel wordt vertegenwoordigd dan is het toch al een hele grote berg zand.
Er zijn ongeveer 50 miljard planeten. Wanneer leven een kans wil maken dan moet er water zijn. Zo vallen er al weer veel af omdat ze te warm of te koud zijn. (voor zover we weten)
Neem daarbij de finetuning of het antropisch principe – verbeeld door een grote kogel die een olijf in een glas Martini moet wippen - en dan blijkt de kans dat er ergens anders in ons universum levende wezens zouden zijn bijzonder klein maar niet uitgesloten.
Ook luisteren we al een halve eeuw naar geluiden uit het universum. Het Seti- intitute houdt zich daarmee bezig.
Geluiden van aliens heeft men nog niet gehoord maar zo was er 15-juni wel weer een teken van een botsing tussen zwarte gaten.
In de aflevering ‘Why are We Here’ komen de multiversum in beeld. Of is het multiversa?
Daar heb ik nog steeds grote moeite mee.
Theoretisch is het misschien leuk om op deze manier de relativiteitstheorie en kwantummechanica met elkaar kloppend te krijgen maar mijn verbeeldingskracht laat dan te wensen over.
In principe komt het neer op de mogelijkheid dat je - met je vrije wil, waar ik niet in geloof - in elk universum een andere keus maakt en dat universum dan anders ontrolt, en allemaal parallel aan elkaar.
Zo begreep ik het uit die aflevering.
In het boek Iq84 van Haruki Murakami waren er twee universums; dat kon ik nog net volgen. Dat komt waarschijnlijk doordat ik mijzelf wel bewust kan terug trekken in een verbeeldingswereld.
Maar in de realiteit van je fantasie belanden..... Zoals Alice in Wonderland...en de Narniaserie van Lewis.
Ik roep wel eens dat ik naar mijn parallelle universum ga, maar dat kan ik niet in meerdere tegelijk. Ik ervaar wel dat ik in deze wereld ben en tegelijk met mijn gedachten in een andere, maar dan houdt het op. Het lukt niet tegelijkertijd in vier of vijf.
Ik moest ook denken aan een verhaal van Jorge Luis Borges uit 1941!:
Daarin heeft de grootvader van een chinees een boek geschreven over een labyrint...of was het boek het labyrint?
In ieder geval geloofde deze Chinese schrijver - verwoord door een Brit (dus eigenlijk Borges)-
“ in oneindige tijdreeksen, in een groeiend, duizelingwekkend net van uiteenlopende, bijeenkomende en parallelle tijden. Dit netwerk van tijden die elkaar naderen, zich splitsen, elkaar snijden of elkaar eeuwenlang onbekend zijn, omvat alle mogelijkheden. In het merendeel van die tijden bestaan wij niet; in sommige bestaat u, en ik niet; in andere ik, niet u; in andere wij beiden.
In deze, die een gelukkig toeval mij deelachtig doet zijn, bent u naar mijn huis gekomen; in een andere heeft u mij bij het doorkruisen van de tuin dood aangetroffen; in een andere zeg ik deze zelfde woorden, maar ben ik een vergissing, een fantoom.”
Het verhaal heet: ‘de tuin met de zich splitsende paden’ en is onderdeel van ‘de Aleph en andere verhalen’.
In de filmwereld wordt er ook mee gespeeld: ‘Sliding doors’ en 'the Butterfly effect' zijn er een paar. Die heb ik echter nog niet gezien.
Kennelijk houdt het de mens wel bezig.
Toch eerst maar eens wachten op een sluitend bewijs.
maandag 8 april 2019
Metamorphosen
Hij heeft dit geschreven tussen 5 en 10 AC.
Af en toe buig ik me eens over oude schrijvers. Mits zij betekenis hebben voor de dag van vandaag. Omdat dit boek ter sprake kwam op de colleges Symboliek heb ik de tweede hands winkels afgestruind naar dit boek. Ik werd nieuwsgierig.
Deze editie is een dertiende druk uit 2005 in een vertaling van M. D’Hane – Scheltema in 1993.
Dat vind ik knap gedaan. Want het is poëzie.
Alle verhalen heb ik niet kunnen onthouden, maar de thema’s zijn zoiets als hoogmoed komt voor de val, zonde wordt gestraft en deugd beloond.
Het begint bij de Oer-Chaos en eindigt met een lofzang op keizer Augustus die dan nog in leven is.
De goden van toen keken niet op een goden- of mensenleven. Velen werden veranderd in stenen, bomen en dieren. En het ging er soms behoorlijk bloederig aan toe.
Vooral in het XIIe boek; de geschiedenissen rondom Troje.
Voornamelijk werd er in die vroege tijden gevochten of vrouwen verleid en vaak viel dat samen.
In villa Borghese staat het mooie beeld van Bernini dat Hades/ Pluto die Persephone / Prosperina schaakt, uitbeeld.
Hades is de personificatie van het dodenrijk.
Een prachtig beeldhouwwerk. Het blijft mij verbazen dat zoiets, in die tijd, uit marmer mogelijk was.
(eigen foto's: ik zeg het er maar even bij.)
Een mooi verhaal wat niet alleen de schilder-, maar ook de beeldhouwkunst door alle tijden heen inspireerde is het verhaal van Pygmalion die genoeg heeft van al die onkuise vrouwen in zijn leven.
‘Omdat Pygmalion die vrouwen jarenlang in zonde had zien verkeren en een afkeer voelde van het kwaad dat de natuur zo ruimschoots in de vrouwenziel gelegd heeft, (ja, ja...) bleef hij steeds vrijgezel en vrouwloos en zijn bed was eenzaam.’
Hij maakt van blank ivoor een beeld van zijn ideale vrouw en raakt steeds meer verliefd op haar. Dan vraagt hij aan Venus, godin van de liefde of zij dat beeldhouwwerk niet tot leven kan wekken en jawel, zijn gebed wordt verhoord en ‘negenmaal had de maan haar sikkel tot een schijf gevuld, toen Paphos werd geboren’. (Cyprus)
De psychologie van dit verhaal lijkt mij duidelijk. Ik moest ook denken aan de film ‘Pretty Woman’ en ‘My Fair Lady’ van G.B. Shaw.
Waar de naam Galatea vandaan komt die vaak in deze combinatie wordt genoemd, is mij niet helemaal duidelijk, Ovidius noemt haar niet in dit verhaal. Zij is een waternimf en speelt een rol in een ander verhaal.
Geschilderd door Ernest Normand. (1857 - 1923)
Maar bijvoorbeeld Auguste Rodin heeft ook een prachtig sculptuur ervan gemaakt. Of was het toch Camille Claudel…………?
Bijzonder om te lezen dat Pythagoras inderdaad geloofde in de onsterfelijkheid van de ziel:
‘Uw ziel zal nimmer sterven, maar haar oude woonhuis steeds
verruilen voor en nieuw en in dat nieuwe verder leven.’
En dat hij zo’n gedreven vegetariër was. Dat is niet specifiek aan de orde gekomen tijdens de colleges filosofie.
Een gedeelte uit een lange verhandeling van hem door Ovidius:
‘Foei! Wat een misdaad om je eigen pens met pens te vullen,
je eigen gulzig vlees te spekken met veel ander vlees
en zelf te leven door een levend wezen te vermoorden!
De Aarde, liefste aller moeders, schenkt ons zoveel rijkdom
en desondanks wil men alleen nog maar zijn wreed gebit
in trieste hompen zetten en tekeer gaan als Cyclopen?
Het allerlaatste deel, slotwoord van de dichter:
‘Ik heb een werk voltooid dat nooit door ’s hemels ongenade
of vuur vernield kan worden, noch door strijd of vraatzucht van
de tijd. Nu mag het uur verschijnen, dat mij slechts mijn lichaam
ontnemen zal en mij mijn onvoorspelbaar einde brengt,
dan nog stijg ik voor eeuwig met mijn beter deel tot boven
de hoge sterren en mijn naam zal onverwoestbaar zijn.
En tot in verre landen, waar Romeinse macht zal heersen,
zal men mij lezen en ik zal door alle eeuwen heen
- als dichterswoorden waarheid zingen – roemvol blijven leven.'
Hoevelen zouden iets dergelijks hebben durven schrijven en zijn toch in de vergetelheid geraakt?
Die arrogante Ovidius heeft warempel gelijk gekregen.
maandag 9 februari 2015
Baruch
Wie kan de woonplaats van de wijsheid vinden?
Wie is in haar schatkamers doorgedrongen?
Waar zijn de leiders van de volken, zij die macht hebben over de dieren, zich vermaken met de vogels, en zilver en goud vergaren, schatten waarop mensen bouwen – aan al dat vergaren komt nooit een eind –, waar zijn zij die belust zijn op geld, hun grootste zorg – van al hun moeite blijft niets over.
Verdwenen zijn ze, afgedaald in het dodenrijk; anderen namen hun plaatsen in.
Een nieuw geslacht kwam de aarde bevolken, maar de weg naar de kennis vonden ze niet, haar paden bleven voor hen verborgen; ze taalden niet naar wijsheid. En hun nageslacht is nog verder afgedwaald.
Ook in Kanaän werd niets van de wijsheid vernomen, in Teman was ze evenmin bekend. Zelfs Hagars kinderen, overal op zoek naar kennis, en de wereldwijze kooplieden van Merran ( mogelijk Midian ) en van Teman (stad in Edom) en de dichters en anderen die inzicht zoeken, zij vonden de weg naar de wijsheid niet, ze hadden geen oog voor haar paden.
[.....]
Wie is naar de hemel opgestegen, wie heeft de wijsheid van daar gehaald en haar uit de wolken naar de aarde gebracht?
Wie is de zee overgestoken en heeft haar aan de overkant gevonden en haar gekocht voor kostbaar goud? Niemand is er die haar wegen kent, niemand die haar paden wil weten.
Maar Hij die alles weet, kent haar, zijn inzicht heeft haar ontdekt. Hij schiep de aarde voor eeuwig en bevolkte haar met dieren. Hij stuurde het licht op weg, en het ging, Hij riep het, en het kwam, in diep ontzag.
De sterren op wacht schitterden vreugdevol; Hij riep, en ze antwoordden: ‘Hier zijn we,’ vol vreugde schitterend voor hun schepper.
Hij is onze God! Niemand kan zich met Hem meten. De weg naar de wijsheid had voor Hem geen geheimen. Hij gaf haar aan zijn dienaar Jakob, aan Israël, die hij beminde; daarna verscheen ze op aarde en verkeerde onder de mensen.
Baruch 3
woensdag 11 juli 2012
De Goddelijke Komedie/ La Divina Commedia II
Na de hel beginnen Dante het Vergilius aan de beklimming van de louteringsberg. Dit voorgeborchte is een typisch Rooms katholiek dogma. Het protestantisme kent zo’n soort tweede kans niet. Volgens Paulus is het de dood en daarna het oordeel, er zijn geen twijfelgevallen. Het zou namelijk ook betekenen dat de werking van de Heilige Geest tijdens het leven niet krachtig genoeg zou zijn geweest en daar geloof ik ook niets van.
In 2007 heeft paus Benedictus/Ratzinger officieel het voorgeborchte voor ongedoopte, overleden kinderen afgeschaft. Zoals dat toen in de kranten stond wekte dat wel mijn lachlust op. Iets wat jarenlang als feit wordt geleerd kan kennelijk door de paus ‘even’ worden afgeschaft. Wie weet wat er nog volgt.
Het eerste deel, de hel, spreekt zeer tot de verbeelding maar de laatste twee delen vond ik de meest intrigerende. Er wordt meer logisch in gedacht en er wordt een poging gedaan om antwoorden te vinden op de vragen van het leven.
De berg bestaat uit een strand, een toegangsgebied met een poort en zeven omgangen die overeenkomen met de zeven hoofdzonden: trots, afgunst, toorn, traag, gierigheid en verspillers, vraatzuchtigen en wellustigen. Waarom Francesca da Rimini (O.a. afgebeeld door Rodin in ‘de Kus’) dan in de tweede hellekring zit begrijp ik niet. Deze omgangen hebben overeenkomsten met de hellekringen. Waarschijnlijk is de mate van die bepaalde zonde dan maatgevend. Daar kom ik niet goed uit.
In het eerste Canto wordt iets interessants besproken: volgens de noot (13) wordt in het apocriefe evangelie van Nicodemus (caput V (XXI)) gesproken over het feit dat Christus tussen Zijn dood en opstanding een aantal zielen uit de hel heeft verlost. Toen ik als puber hoorde van de dominee dat Jezus in de hel is geweest tijdens de drie uren duisternis op Golgotha heb ik ‘catechisatievragen’ gesteld, want in de Apostolische geloofsbelijdenis staat het ‘nedergedaald ter helle’ nà Zijn dood. Dat klopte volgens die dominee niet, dat was later bijgevoegd. Daar geloof ik nu niets meer van, het toont aan dat hel en dodenrijk doorelkaar werden/ worden(?) gebruikt met de nodige verwarring tot gevolg.
Er worden wat kwesties besproken zoals de onstandvastigheid van de vrouw, dat volgens de noten van van Dooren in de middeleeuwse literatuur vaker schijnt voor te komen. Ik ken alleen Thomas van Aquino wat dat betreft. Er worden niet veel woorden aan besteed, maar de weinige die er wel aan worden besteed vielen mij natuurlijk wel op. *grinnik*
Deze kerkvader wordt vaker aangehaald. Hij zit trouwens in de Hemel. De leer dat mensen twee zielen zouden hebben (volgens de noot was dat Plato) wordt weerlegd.
De vrije wil wordt gepropageerd maar daarbij wordt aangenomen dat de oorsprong van alle gebeurtenissen niet van ‘de hemel’ afhangen. (XVI) Daar zit volgens mij dan de knoop waardoor ik er een andere mening op na houd.
Een betoog over de liefde in Canto XVII.
Een foetus krijgt de Goddelijke geest ingeblazen wanneer de ontwikkeling van de hersentjes is voltooid. (XXV) Mooie gedachte. In onze tijd is dat nog steeds een vraag waar we niet goed raad mee weten.
Er staat een prachtige verhandeling in dit Canto over de voortplanting en groei van de foetus als ‘zeezwam’. “Hoe de ontwikkeling van dier tot redelijk wezen verloopt, ziet ge nu nog niet. Dat probleem is zo moeilijk dat zelfs een wijzer man dan gij, namelijk Averroës (een Marokkaans, islamitisch arts , jurist, filosoof en Aristoteleskenner), erdoor op een dwaalspoor is geraakt….”
Als Dante nu toch eens in de biologieboeken kon kijken…..zou hij het geloven?
Grappig is ook dat de uitdrukking ‘met een lantaarntje op je rug lopen’ er ook in voor komt. (XXII)
De sfeer is op de Louteringsberg nog niet echt ‘vrolijk’ te noemen. Meer zwaarmoedig. Ieder overdenkt zijn zonden en wil graag dat er op aarde voor hen wordt gebeden zodat ze uiteindelijk toch in de Hemel kunnen komen.
Aan het einde van de Louteringsberg is het aardse paradijs. Daar verdwijnt Vergilius plotseling. Vergilius mag de hemel niet betreden want hij is een heiden en ongedoopt. Beatrice neemt de leiding over oftewel: de rede/filosofie moet achterblijven en het geloof/ theologie mag de hemel binnengaan en God ontmoeten. Dante wordt gedwongen om uit de rivier de Lehte te drinken om zijn zonden te vergeten (XXXI) Dat is met recht een ‘rivier van vergetelheid’. Daarna volgen apocalyptische beelden en is Dante zelf “ook gelouterd en klaar om op te stijgen naar de sterren.”
dinsdag 12 april 2022
Concerten
En zo kwam het er toch nog van. Onze concerten die al twee keer zijn uitgesteld konden we het afgelopen weekend uitvoeren. Drie maal is scheepsrecht.
Waar komt die uitdrukking eigenlijk vandaan? Bij nazoeken: niet bekend.
Ik hoop dat het voor de luisteraars net zo’n feestje was als voor ons. Ook al
hoorde ik van sommige medeleden dat ze nu al wel genoeg hadden van deze muziek:
Mendelssohn, Bruch en Schubert, ik krijg er nooit genoeg van geloof ik.
Babette speelde de sterren van hemel in het vioolconcert van Bruch en ik raakte
zo ontroerd dat de tranen weer opwelden en ik mijzelf spelende weg inwendig tot
de orde moest roepen om de bladmuziek te kunnen blijven lezen.
Ook 'Die Unvollendete' van Schubert blijft mij raken, het duistere, geheimzinnige en soms verdrietig vragende.
Ik weet niet wat dat is maar het zijn dezelfde plekken in de muziek die steeds weer voor kippenvel zorgen.
Een flard van Bruch:
Voor iedere lezer die zich bij ons orkest wil aansluiten: hartelijk
welkom, vooral strijkers. Daarvan kun je er nooit genoeg hebben.
maandag 2 oktober 2017
Het achtste leven (voor Brilka)
Een boek dat al verschillende prijzen in de wacht sleepte. Een familiekroniek uit Georgië die een eeuw beslaat. Een rode eeuw die zich afspeelde achter het ijzeren gordijn. Rood van het communisme maar ook van het vergoten bloed.
En Brilka houdt helemaal niet van rood.
Een pil van 1270 pagina’s.
‘Dankzij’ een ‘spit’ aanval las ik het boek binnen anderhalve week en kon ik lekker in het verhaal blijven. Zo heeft elk nadeel weer z’n voordeel. Of was het nu andersom?
De compositie van de zeven levens uit de familie Jasji maakt dat het gemakkelijk leest. De proloog komt aan het einde weer terug en dan weet je wat er allemaal is gepasseerd en waarom Nitsa het boek aan Brilka heeft geschreven: nl. voor dat achtste leven van haar nichtje Brilka. Want deze levens zijn met elkaar verbonden en wanneer je daar meer van weet kun je ook meer begrijpen en plaatsen. Aan Brilka de eer om dat achtste hoofdstuk in te vullen. De aansprekende vorm aan Brilka en de wetende blik van de schrijfster door middel van doorkijkjes tussen heden en verleden maakt dat het prettig leest.
Van de acht levens zijn er zeven van vrouwen. Eén deel gaat over een man: Kostja, een strenge Pater Familias. De enige man die op onaangename wijze zijn stempel heeft gedrukt op de familie. Maar alle levens zijn met elkaar verbonden als draden in een wandtapijt; en ieder weeft zijn eigen figuren in samenhang met de andere draden.
Chocola is ook een verbindende factor maar kwam op mij wat gekunsteld over. Ik kan me namelijk niet voorstellen dat er zo iets lekker bestaat dat de geur je wakker maakt en je er je bed voor uitkomt. En volgens mij zat er in dat spul uit het verhaal gewoon morfine of iets dergelijks.
Het geeft ook het theatrale van het boek weer. Maar dat was minder irritant aanwezig als bijvoorbeeld Lulu Wang’s ‘Lelietheater’.
Nitsa is de achter-achter-kleindochter van een welgestelde chocolatier. Deze krijgt vier dochters, drie bij zijn eerste vrouw Ketevan en nog één, Christine, bij zijn tweede vrouw.
Stasia is de jongste van de drie van Ketevan. Stasia en Christine spelen sleutelrollen.
Stasia wordt bijna honderd en beslaat daarmee ook bijna het hele verhaal als Mater Familias.
Kostja is haar zoon.
Het verhaal gaat primair over die mensenlevens maar op de achtergrond spelen de ontwikkelingen in Georgië en Rusland een grote rol. Kostja wordt een hotemetoot bij de NKVD.
De man van Christine is bevriend met de ‘Kleine Grote Man’, (Lavrenti Beria) Voorzitter van de ‘Tsjeka’, de voorloper van de KGB en dat heeft ook de nodige gevolgen.
Zo komen ook alle presidenten van de USSR weer langs waarvan ik er verschillende al bijna vergeten was: Andropov en Tsjernenko.
Toch werd ik ook verdrietig van dit verhaal. Ik geloof haar wanneer ze zegt in interviews dat het niet autobiografisch is maar dat ze met een scherp oog heeft rondgekeken is wel duidelijk.
Dan tel ik hier in het Westen mijn zegeningen maar weer, niet in de eerste plaats omdat wij het in het westen zoveel beter hebben maar vooral dat we gezegend zijn met een moreel kompas. Dat ontbreekt daar helemaal en dan zie ik een redelijk hoogstaande, welgestelde familie in een paar generaties vervallen tot armoede en stuurloosheid. Daar was het (in onze ogen corrupte) systeem debet aan, zeker, maar dat niet alleen.
De vele hoofdstukken worden aangegeven met een spreuk of dichtregel. Voor mij echter teveel om daar lezendeweg rekening mee te houden. Dat is leuk voor gevorderde Georgische en Russische lezers.
Over haar kinderjaren schrijft ze:
‘de Sovjet Unie was de rode ster als piek op de dennenboom die we met oud en nieuw opzetten. De Sovjet-Unie was de plek van de vriendschap tussen de volkeren en de folklore dansen, iedereen was welkom, behalve de ‘buitenlanders’. Want dat waren de kapitalisten (en in de wereld verhongerden mensen omdat het andere deel van de mensheid alleen geïnteresseerd was in geld en anderen armer maakte om zelf rijk te worden).
Het buitenland op zich, welk buitenland dan ook, was Sodom en Gomorra. Iedereen gebruikte er drugs en de staat interesseerde zich niet voor zijn burgers en liet ze creperen. Iedereen deed het met iedereen en verwekte kinderen, waar niemand naar omkeek en waar ook geen crèches voor waren. Het buitenland was een verderfelijk oord, vanwaar nog geen enkele Sovjetburger ooit was teruggekeerd. Het buitenland, dat waren gemene spionnen en mensenhandelaren. Daar had je nog slaven, en termen als broederschap en vriendschap tussen de volkeren kenden ze niet. Daar golden uitsluitend de wrede wetten van het geld of de illusie van een vreedzaam bestaan dankzij de leugenachtige religie, die zoals bekend opium voor het volk was.’
Fascinerend dat wij hier in het Westen juist zo tegen hén aankeken. Behalve die religie dan.
Een mooie zin over die verwevenheid:
‘En zonder te beseffen wat er met me gebeurde terwijl ik door de kier van de deur naar die vreemde verhalen luisterde, merkte ik wel degelijk dat dat moment voor mij gevolgen zou hebben. Misschien heb ik ook op die dag begrepen dat mijn korte, banale levensverhaal toen al vervlochten was met tal van andere verhalen, die een plaats hadden naast mijn eigen gedachten en herinneringen, die ik verzamelde en die mij voedden. En dat de verhalen die ik Stasia altijd probeerde te ontlokken, geen sprookjes waren die me meevoerden naar een andere tijd, maar de concrete bodem vormden waarop ik leefde.’
Een wonderlijke, naar mijn idee tegenstrijdige zin die mooi eindigt en iets van dat theatrale weergeeft:
‘De nachten aan het meer waren zacht en de sterren waren dichtbij. Ze hielden niet van elkaar. Ze bedreven alleen de liefde. En wenkten mij om op de wereld te komen.’
04-10-17
Ik heb een tijdje karikaturen gespaard die een tekenaar maakte voor het AD.
En ja, gevonden. De Russische leider Gorbatsjov. De woorden 'Glasnost' en 'Perestrojka' zijn onlosmakelijk met hem verbonden. Ik dacht dat ik Sjevardnadze, de Georgiër ook had maar die kan ik niet meer vinden.
woensdag 30 december 2015
Hebben en Zijn
Het werkwoord hebben en het werkwoord zijn;
Hiermee was tijd, was eeuwigheid gegeven,
De ene werklijkheid, de andre schijn.
Hebben is niets. Is oorlog. Is niet leven.
Is van de wereld en haar goden zijn.
Zijn is, boven die dingen uitgeheven,
Vervuld worden van goddelijke pijn.
Hebben is hard. Is lichaam. Is twee borsten.
Is naar de aarde hongeren en dorsten.
Is enkel zinnen, enkel botte plicht.
Zijn is de ziel, is luisteren, is wijken,
Is kind worden en naar de sterren kijken,
En daarheen langzaam worden opgelicht.
Ed Hoornik (1910-1970)
woensdag 23 mei 2012
Tournee
Als u het Leven kent, geeft u mij dan alstublieft zijn adres
Deze diepzinnige spreuk torent uit boven de daken van Weimar waar ik was vanwege een tournee met het amateur symfonieorkest waarvan ik lid ben en wat dit jaar 30 jaar bestaat.
Een van de beste beslissingen in mijn leven is geweest dat ik ooit met alle bijeen vergaarde moed het orkest heb gemaild of ik eens mocht komen kijken. De reactie was al hartverwarmend: welkom en neem meteen je viool maar mee. En zo is het gekomen.
Daarna heb ik nog best veel tijd nodig gehad om me echt thuis te voelen en het gevoel te krijgen dat ik wat te bieden heb. Studeren is leuk en uitdagend geworden door de muziekkeuzes die gemaakt worden. Over verhogen van levensgeluk gesproken….
De week in Weimar, Halle en Leipzig was heerlijk; veel cultuur en veel muziek, omgeven door lieve en leuke mensen variërend in leeftijd van 17 tot 70 jaar.
Weimar is bekend geworden vooral door Goethe und Schiller, Leipzig door natuurlijk Bach en Halle door Händel.
Altijd al ben ik dol op zwarte kriebeltjes op een witte ondergrond; of het nu lettertjes zijn of bolletjes op een stokje. Als ik me goed herinner ben ik met allebei tegelijk begonnen in mijn 5e levensjaar: lezen en muziek maken op mijn sopraanblokfluitje. Om me goed te voelen heb ik een dagelijkse dosering nodig. Net als geluiden, en dan bedoel ik niet het zinloze gekakel van mensen die zichzelf belangrijk voelen en zichzelf graag horen. Er zijn maar weinig menselijke stemmen die mij weten te raken, wat klank betreft.
Er werden stadswandelingen georganiseerd en dan is het wel erg leuk om tijdens zo’n wandeling te stuiten op een aanplakbiljet met de aankondiging van ‘ons’ concert.
Wat architectuur betreft had ik in deze steden veel meer verwacht uit de jugendstilperiode, maar een gids vertelde dat (oost) Duitsland wat conservatief was en van deze stijl niet alles wilde weten. Maar soms verraste een deurkruk mij weer. En natuurlijk de herinnering aan de Belg Henry van de Velde in Weimar, het Bauhaus.
Veel is in verval geraakt door 40 jaar communisme. Maar je ziet wel dat er hard gewerkt wordt om het allemaal weer zo veel mogelijk en in stijl toonbaar te krijgen. Soms gaat het niet meer en moet er worden afgebroken. In plaats daarvan komen moderne gebouwen. Zo wordt het op den duur weer een heel eigen mengelmoes van stijlen.
In Elsevier 19 stond nog een leuk artikel over het nut van muziek. Deze vraag is voor evolutiepsychologen interessant. Voordat de mens ten tonele verscheen zongen de lijsters en nachtegalen al de sterren van de hemel, dus muziek was er eerder dan wij. Maar het nut ervan heeft nog niemand ontdekt. Steven Pinker maakt het helemaal bont: muziek dient nergens toe, het is als drugs een nutteloos iets wat ons heftig kan beroeren.
Maar in die beroering zit volgens mij dan de kneep: wanneer je naar muziek luistert en je daardoor beter gaat voelen dan heeft dat effect op je medemens. Er kan een onzichtbare positieve spiraal ontstaan. Noem dat maar nutteloos.......
Ik zie muziek als een gift van God. En dan natuurlijk alleen de muziek die ik mooi vind…..de rest is muzak.
*grinnik*
Nu maar proberen om die sfeer nog een tijdje vast te houden; door deze reis heeft de Schotse symfonie (nr 3) van Mendelssohn bij mij een apart plekje gekregen door alle associaties die ik er bij krijg. Net als Tschaikovsky’s ‘Souvenir d’un lieu cher’.
Heel toepasselijk.
vrijdag 8 februari 2019
Rachmaninov en Tsjaikovski
Het was weer een onvergetelijk Russisch feestje. Ik heb iets met de cultuur van de Oost-Europeanen. Boris Giltburg speelde de sterren van de hemel in het derde pianoconcert van Rachmaninov onder leiding van Stanislav Kochanovsky. Voor mij onwerkelijk dat iemand dat zo kan spelen.
Het staat bekend als één van de moeilijkste pianoconcerten. Ik heb het weleens uitgedraaid en geprobeerd. Niet om door te komen. Maar het is prachtig en één van mijn klassieke favorieten.
Boris kreeg terecht een langdurige staande ovatie.
In de film ‘Shine’, over het leven van de Australiër David Helfgott komt dit pianoconcert ook voor. David stort in bij dit stuk en beland in een psychiatrische inrichting. Gott Helft hem niet altijd. Genialiteit en krankzinnigheid liggen dicht bij elkaar.
En dan de laatste symfonie van Tsjaikovski , de 'Pathetique' ...….ik dacht dat het voor mij een onbekende symfonie was maar het tweede deel met die vijfkwarts maat kwam me toch erg bekend voor.
Dat staat ergens in mijn muziekboeken.
Het eerste deel begint heel pianissimo, dan volgt de statige hobo. Mooie glissando’s naar boven in de vioolpartij.
Zo klonk het tenminste. Misschien waren het wel ‘gewoon’ heel snelle toonladders.
Het derde deel klonk als de lente met geflierefluit van de piccolo en soms een lentestormen.
Nee, met volgend jaar in Holysloot heb ik niet zoveel maar ik gun een ieder zijn eigen fantasieën. Zelf wil ik helemaal niet dat mijn geest op zo'n manier een bepaalde kant uit wordt gestuurd.
Het laatste deel was als een theatraal afscheid. Een versterven.
Gelukkig duurde het even voordat het applaus losbarstte.
De lichaamstaal van een dirigent is ook hier weer heel belangrijk; ook al is het zijn rug.
zondag 14 juli 2013
Dirigenten Masterclass
Vier mannen van uiteenlopende snit wierpen zich gisteren weer voor de leeuwen; dat zijn wij, het orkest. Natuurlijk worden we vooraf geïnstrueerd door onze dirigent, net als de deelnemers. Zij krijgen ook van te voren hun partituren en een avond waarop die worden doorgesproken.
Het is heel apart om met die uitstralingen te maken te krijgen. Bij de één heb je meteen een klik en gaat het als vanzelf om de sterren van de hemel (proberen) te spelen en bij de ander moet je je daartoe zetten. Je wilt ze tenslotte allemaal een leerzame dag bezorgen.
Zo leer je ook weer eens hoe belangrijk lichaamstaal is en hoe belangrijk het is om uit je eigen comfortzone te komen wanneer je als dirigent echt iets wilt bereiken.
Grappig dat we ook hoorden dat een grote angst van een dirigent is om een verkeerde beweging te maken waarop het orkest zou kunnen reageren. Ik heb gemerkt dat het inderdaad zo werkt vanuit je onderbewustzijn. Je bent bezig met de muziek en wanneer de dirigent dan iets doet wat je niet verwacht raak je even de weg kwijt. Natuurlijk ga je mee in de muziek met alle anderen om je heen maar wanneer er meerderen zijn die dat hebben voel je de onrust toenemen.
Zo gaat dat ook met onduidelijke arm/stok bewegingen.
Dus een dirigent moet zijn/haar lichaam volkomen beheersen en ook nog eens het overzicht en overwicht houden via oren en ogen.
De opmerking dat een orkest ook zonder dirigent zou kunnen spelen is maar half waar. Dus eigenlijk niet waar. Natuurlijk kun je dan als orkest door de muziek heen komen maar wanneer er iemand voor staat die met zijn/ haar energie/charisma de boel weet op te zwepen en weer intomen gaat het allemaal een stuk gemakkelijker en relaxter en dát hoor je weer terug in de muziek.
Respect ook voor onze eigen dirigent die onvermoeibaar analyseerde en met humor de moeilijkheden en hobbels van de deelnemers helder in woorden en in beelden wist te vangen.
donderdag 18 februari 2016
Desiderata
Sta op goede voet met alle mensen, zonder jezelf geweld aan te doen.
Zeg je waarheid rustig en duidelijk en luister naar anderen; ook zij vertellen hun verhaal.
Mijd luidruchtige en agressieve mensen: ze belasten de geest.
Wanneer je je met anderen vergelijkt zou je ijdel en verbitterd kunnen worden, want er zullen altijd kleinere en grotere mensen zijn dan je zelf bent. Geniet zowel van wat je hebt bereikt als van je plannen.
Blijf belangstelling hebben voor je eigen werk, hoe nederig dat ook moge zijn: het is een werkelijk bezit in het veranderlijk fortuin van de tijd.
Betracht voorzichtigheid bij het zakendoen, want de wereld is vol bedrog. Maar laat je niet verblinden voor de bestaande deugd: veel mensen streven hoge idealen na en overal is het leven vol heldendom: Wees jezelf.
Veins vooral geen genegenheid. Maar wees evenmin cynisch over de liefde, want bij alle dorheid en ontevredenheid is zij eeuwig als het gras.
Volg de jaren met gratie, verlang niet naar een tijd die achter je ligt.
Kweek geestkracht aan om bij onverwachte tegenslag beschermd te zijn. Maar verdriet jezelf niet met spookbeelden. Vele angsten worden uit eenzaamheid en vermoeidheid geboren.
Leg jezelf een gezonde discipline op, maar wees daarbij lief voor jezelf. Je bent een kind van het heelal, niet minder dan de bomen en de sterren. Je hebt het recht hier te zijn en ook al is het je wel of niet duidelijk, toch ontvouwt het heelal zich zoals het zich ontvouwt en zo is het goed.
Heb daarom vrede met God, hoe je ook denkt dat Hij moge zijn en wat je werk en aspiraties ook moge zijn: houd vrede met je ziel in de lawaaierige verwarring van het leven.
Met al zijn klatergoud, somberheid en vervlogen dromen is dit toch nog steeds een prachtige wereld.
Wees waarachtig. Streef naar geluk.
Deze tekst is ooit gevonden in de oude St. Pauluskerk te Baltimore.
Gedateerd 1692
Zo is het tenminste tot mij gekomen.
Echter, bij het naspeuren op het wereldwijdeweb ontdekte ik dat het een tekst is van Max Ehrmann uit 1927.
Het wordt er niet minder fraai om.
donderdag 26 januari 2012
Christelijk geloof/ Evolutietheorie
Altijd boeiend om te volgen. In het verleden hield ik me er meer actief mee bezig, nu probeer ik me te beheersen….wat weer niet is gelukt.
Ik begrijp maar steeds niet, ja ik begrijp het wel maar wil het niet begrijpen, waarom men zo aan die letterlijke interpretaties hangt. Het is een Oosters boek, daar gaat het om de bedoeling en niet zozeer om de feiten in het verhaal. Het verhaal is een kruiwagen om de boodschap over te brengen.
Wat voor nut heeft het om die kruiwagen aan alle kanten te bediscussiëren? Dan schiet je toch het doel voorbij?
Dat gebeurt ook wanneer je leest door een 21ste eeuw bril.
Aan de Goddelijke inspiratie wordt waarde gehecht. Ja natuurlijk is die er, alleen, probeer die niet naar je eigen hand te zetten.
Vaak heb ik gemerkt dat men bang is om van het geloof te vallen wanneer die eerste hoofdstukken niet letterlijk waar blijken te zijn. Want als iets begint te schuiven, gaat alles schuiven. Het hellend vlak argument.
Als je zo denkt ben je al van je geloof gevallen. …nee, dan heb je niet eens geloof. Het geloof is een gave van God. (Ef 2:8) Als je bang bent het op deze manier kwijt te raken is dit een motie van wantrouwen naar God toe, dus ongeloof.
Wat volgt is een tekst van Augustinus die ik ook al eens op dat forum heb gepost:
"Doorgaans weet een niet-Christen iets over de aarde, de hemel en de andere elementen van deze wereld, over de beweging van sterren en zelfs van hun grootte en relatieve posities, over de voorspelbare verduisteringen van zon en maan, de rondgang van de jaren en de seizoenen, de soort dieren, struiken, stenen enz. en op grond van redelijk verstand en ervaring beschouwt hij deze kennis als zeker.
Nu is het schandelijk en gevaarlijk wanneer een ongelovige een Christen, zogenaamd als uitleg van de Heilige Schrift, over deze onderwerpen onzin hoort praten; en we zouden alles in het werk moeten stellen om zo'n gênante situatie te voorkomen, waarin mensen bij een christen een peilloze onwetendheid aantreffen en hem daarover vol minachting uitlachen.
De schande is niet zozeer dat een onwetend persoon wordt uitgelachen, maar dat de mensen buiten de kring van gelovige christenen gaan denken dat de auteurs van onze heilige teksten er zulke opvattingen op na hielden en dat zij, tot groot verlies van degenen die we proberen te redden, als onwetende mensen worden afgeschilderd en afgewezen.
Wanneer ze merken dat een christen een fout maakt op een gebied waarvan zij zelf goed op de hoogte zijn en hem dwaze meningen horen verkondigen over onze boeken, hoe zullen ze dan aan deze boeken en aan zaken als de wederopstanding van de doden, de hoop op het eeuwige leven en het koninkrijk van God geloof kunnen hechten, als ze denken dat deze boeken vol staan met feitelijke onjuistheden over zaken die ze zelf uit ervaring in het licht van de rede geleerd hebben?"
The Literal Interpretation of Genesis 1:19–20 Chapt. 19 [A.D. 408])
maandag 15 oktober 2012
donderdag 12 juli 2012
De Goddelijke Komedie/ La Divina Commedia III
De Hemel die Dante onder leiding van Beatrice betreedt bestaat uit negen kringen met namen van planeten. Daarbuiten is het empyreum, de plaats waar God woont. Dantes ogen moeten langzaam wennen want het wordt steeds maar lichter en lichter. De mensen zijn hier schimmen, hebben een toestand van gelukzaligheid waardoor hun verschillende willen eerst in elkaar en daarna in de ene Wil van God opgaan. (III)
Wat mij verbaasde in Canto V is dat Dante een betoog van Beatrice door God geïnspireerd noemt. In feite noemt hij dus zijn eigen betoog door God geïnspireerd. Dat is nogal wat om van jezelf je zeggen. Ik denk dat je God pas achteraf kunt zien en duiden. Ex 33: 18-23.
In VII komt het nog een keer voor wanneer Dante bij monde van Beatrice zegt: “Volgens mijn onfeilbaar inzicht…..” Ook al een beetje last van een te groot ego?
In datzelfde Canto staat een kwestie waarover ik ook al zo vaak het hoofd heb gebroken: Waarom God ons op deze manier heeft willen verlossen, de manier van Christus kruisdood. Waarom die hele ‘constructie’ van in zonde vallen en verlossen?
Om de verhandeling die Dante erover geeft goed samen te vatten is lastig. Een poging: De mens is in zonde gevallen en heeft allerlei privileges verloren. Daardoor is hij ook zijn waardigheid kwijtgeraakt. Nooit zal hij tot zijn vroegere waardigheid terugkeren als hij geen boete doet.
De privileges die hij heeft verloren kunnen op twee manieren worden terugverdiend: ofwel God vergeeft de zonde ofwel doordat de mens (aan God) genoegdoening schenkt.
Maar de mens zou binnen de hem gestelde grenzen (gevallen staat) nooit genoegdoening hebben kúnnen verschaffen. Dat was uitgesloten. Dus moest God de mens eerst weer herstellen in zijn ongerepte staat. Daarom moest God gebruik makend van de middelen die Hem ten dienste stonden: Of alleen van Zijn barmhartigheid of van Zijn barmhartigheid en rechtvaardigheid samen. Door Zijn liefde heeft Hij alle wegen die voor Hem openstonden bewandeld om de mensheid weer op te richten.
‘God was door Zichzelf te geven, teneinde de mens in staat te stellen zich weer op te richten, meer goedertieren dan wanneer Hij hem alleen maar vergeving had geschonken.’
In principe kan ik hier wel een eind in meekomen, God kan niet ónbarmhartig zijn of ónrechtvaardig. Dat zou niet kloppen met Zijn Wezen. Door niet alleen barmhartig te zijn maar ook rechtvaardig geeft Hij inderdaad de mens zijn waardigheid terug. Naar menselijke maatstaven dan welteverstaan. Ik moet hier toch weer eens wat langer over nadenken.
Dante komt in de hemel ook een verre voorvader tegen die gesneuveld is bij één van de kruistochten. Hij gaat er trouwens als vanzelfsprekend vanuit dat we elkaar zullen herkennen in hel en hemel.
Canti XXV en XXVI zijn een soort persoonlijke geloofsgetuigenis van Dante, wanneer hij wordt ondervraagd door Petrus en Johannes. Ze zijn dan aanbeland in de achtste hemel. De hemel van de ‘vaste sterren’ en cherubijnen.
In de negende hemel wordt hem alles verteld over de engelen. En passant wordt Hiëronymus weerlegd met zijn idee dat de engelen eeuwen vóór de mensheid zijn geschapen. De engelen zijn degene die alles op aarde in werking hebben gezet en zouden die zo lang hebben moeten wachten voordat alles in beweging kon komen? Aan de val van engelen wordt ook nog een zin gewijd maar er wordt niet echt op in gegaan.
In de laatste hemel ontmoet Dante Bernhard van Clairvaux en Maria. Een sneeuwwitte roos is de verbeelding van Christus met de gelovigen. Er is nog een enkel leeg plekje o.a. voor Hendrik VII. (van Luxemburg) Dante zag in hem een redder van Italië; hij ging er volgens de noot achterin ook vanuit dat de wederkomst aanstaande was en dat de hemel dus bijna vol was. We vinden er o.a. Sara, Rebekka en Augustinus. Wonderlijk eigenlijk dat het 'eindtijddenken' zo van alle tijden is
In het Empyreum ziet Dante dan God als een drievoudige cirkel, het eeuwige Licht.
Wat heb ik er nu aan door dit boek te hebben gelezen? Mmmmm, het is een belangrijk werk uit de literatuurgeschiedenis, dus kan ik het afvinken van mijn lijstje. *grinnik*
Maar het heeft toch wel veel invloed gehad op van alles en nog wat en ik hoop dat ik nu beter dingen kan herkennen en kan duiden. B.v. in de literatuur en de beeldende kunst.
Herkenning geeft namelijk zo'n goed gevoel.
Ten diepste is het ook een poging meer grip te krijgen op de werkelijkheid om mij heen.