Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

maandag 2 oktober 2017

Het achtste leven (voor Brilka)


Geschreven in 2014 door Nino Haratischwili. (1983) Ik las de derde Nederlandse druk van april 2017 die gebaseerd is op de achtste druk van de Duitse versie. Geleend van een schoonzus.
Een boek dat al verschillende prijzen in de wacht sleepte. Een familiekroniek uit Georgië die een eeuw beslaat. Een rode eeuw die zich afspeelde achter het ijzeren gordijn. Rood van het communisme maar ook van het vergoten bloed.
En Brilka houdt helemaal niet van rood.
Een pil van 1270 pagina’s.
‘Dankzij’ een ‘spit’ aanval las ik het boek binnen anderhalve week en kon ik lekker in het verhaal blijven. Zo heeft elk nadeel weer z’n voordeel. Of was het nu andersom?

De compositie van de zeven levens uit de familie Jasji maakt dat het gemakkelijk leest. De proloog komt aan het einde weer terug en dan weet je wat er allemaal is gepasseerd en waarom Nitsa het boek aan Brilka heeft geschreven: nl. voor dat achtste leven van haar nichtje Brilka. Want deze levens zijn met elkaar verbonden en wanneer je daar meer van weet kun je ook meer begrijpen en plaatsen. Aan Brilka de eer om dat achtste hoofdstuk in te vullen. De aansprekende vorm aan Brilka en de wetende blik van de schrijfster door middel van doorkijkjes tussen heden en verleden maakt dat het prettig leest.

Van de acht levens zijn er zeven van vrouwen. Eén deel gaat over een man: Kostja, een strenge Pater Familias. De enige man die op onaangename wijze zijn stempel heeft gedrukt op de familie. Maar alle levens zijn met elkaar verbonden als draden in een wandtapijt; en ieder weeft zijn eigen figuren in samenhang met de andere draden.
Chocola is ook een verbindende factor maar kwam op mij wat gekunsteld over. Ik kan me namelijk niet voorstellen dat er zo iets lekker bestaat dat de geur je wakker maakt en je er je bed voor uitkomt. En volgens mij zat er in dat spul uit het verhaal gewoon morfine of iets dergelijks.
Het geeft ook het theatrale van het boek weer. Maar dat was minder irritant aanwezig als bijvoorbeeld Lulu Wang’s ‘Lelietheater’.

Nitsa is de achter-achter-kleindochter van een welgestelde chocolatier. Deze krijgt vier dochters, drie bij zijn eerste vrouw Ketevan en nog één, Christine, bij zijn tweede vrouw.
Stasia is de jongste van de drie van Ketevan. Stasia en Christine spelen sleutelrollen.
Stasia wordt bijna honderd en beslaat daarmee ook bijna het hele verhaal als Mater Familias.
Kostja is haar zoon.
Het verhaal gaat primair over die mensenlevens maar op de achtergrond spelen de ontwikkelingen in Georgië en Rusland een grote rol. Kostja wordt een hotemetoot bij de NKVD.
De man van Christine is bevriend met de ‘Kleine Grote Man’, (Lavrenti Beria) Voorzitter van de ‘Tsjeka’, de voorloper van de KGB en dat heeft ook de nodige gevolgen.
Zo komen ook alle presidenten van de USSR weer langs waarvan ik er verschillende al bijna vergeten was: Andropov en Tsjernenko.

Toch werd ik ook verdrietig van dit verhaal. Ik geloof haar wanneer ze zegt in interviews dat het niet autobiografisch is maar dat ze met een scherp oog heeft rondgekeken is wel duidelijk.
Dan tel ik hier in het Westen mijn zegeningen maar weer, niet in de eerste plaats omdat wij het in het westen zoveel beter hebben maar vooral dat we gezegend zijn met een moreel kompas. Dat ontbreekt daar helemaal en dan zie ik een redelijk hoogstaande, welgestelde familie in een paar generaties vervallen tot armoede en stuurloosheid. Daar was het (in onze ogen corrupte) systeem debet aan, zeker, maar dat niet alleen.

De vele hoofdstukken worden aangegeven met een spreuk of dichtregel. Voor mij echter teveel om daar lezendeweg rekening mee te houden. Dat is leuk voor gevorderde Georgische en Russische lezers.
Over haar kinderjaren schrijft ze:

‘de Sovjet Unie was de rode ster als piek op de dennenboom die we met oud en nieuw opzetten. De Sovjet-Unie was de plek van de vriendschap tussen de volkeren en de folklore dansen, iedereen was welkom, behalve de ‘buitenlanders’. Want dat waren de kapitalisten (en in de wereld verhongerden mensen omdat het andere deel van de mensheid alleen geïnteresseerd was in geld en anderen armer maakte om zelf rijk te worden).
Het buitenland op zich, welk buitenland dan ook, was Sodom en Gomorra. Iedereen gebruikte er drugs en de staat interesseerde zich niet voor zijn burgers en liet ze creperen. Iedereen deed het met iedereen en verwekte kinderen, waar niemand naar omkeek en waar ook geen crèches voor waren. Het buitenland was een verderfelijk oord, vanwaar nog geen enkele Sovjetburger ooit was teruggekeerd. Het buitenland, dat waren gemene spionnen en mensenhandelaren. Daar had je nog slaven, en termen als broederschap en vriendschap tussen de volkeren kenden ze niet. Daar golden uitsluitend de wrede wetten van het geld of de illusie van een vreedzaam bestaan dankzij de leugenachtige religie, die zoals bekend opium voor het volk was.’


Fascinerend dat wij hier in het Westen juist zo tegen hén aankeken. Behalve die religie dan.
Een mooie zin over die verwevenheid:

‘En zonder te beseffen wat er met me gebeurde terwijl ik door de kier van de deur naar die vreemde verhalen luisterde, merkte ik wel degelijk dat dat moment voor mij gevolgen zou hebben. Misschien heb ik ook op die dag begrepen dat mijn korte, banale levensverhaal toen al vervlochten was met tal van andere verhalen, die een plaats hadden naast mijn eigen gedachten en herinneringen, die ik verzamelde en die mij voedden. En dat de verhalen die ik Stasia altijd probeerde te ontlokken, geen sprookjes waren die me meevoerden naar een andere tijd, maar de concrete bodem vormden waarop ik leefde.’

Een wonderlijke, naar mijn idee tegenstrijdige zin die mooi eindigt en iets van dat theatrale weergeeft:
‘De nachten aan het meer waren zacht en de sterren waren dichtbij. Ze hielden niet van elkaar. Ze bedreven alleen de liefde. En wenkten mij om op de wereld te komen.’



04-10-17
Ik heb een tijdje karikaturen gespaard die een tekenaar maakte voor het AD.
En ja, gevonden. De Russische leider Gorbatsjov. De woorden 'Glasnost' en 'Perestrojka' zijn onlosmakelijk met hem verbonden. Ik dacht dat ik Sjevardnadze, de Georgiër ook had maar die kan ik niet meer vinden.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten