Ondanks dat de melodieën van Bruch en Schubert nog steeds mijn brein geannexeerd hebben, heb ik toch het gratis Boekenweek geschenk gelezen. Een echte Pfeijffer. (1968)
Heerlijk. Een mooi verhaal in volzinnen wat zich afspeelt in Italië. Het was weer een leesfeestje. Zo horen boeken te zijn. Jammer dat het zo dun is.
Het thema van de Boekenweek is ‘eerste liefde’.
Het mooie gebied van Cinque Terre in Ligurië, waar wij ook eens zijn geweest,
is het decor van het verhaal van Carmen die opzoek gaat naar haar eerste liefde.
Of ze hem vindt laat ik maar even liggen.
In de hoofdpersoon Carmen herkende ik veel van mezelf. Zelf las en lees ik ook graag ‘echte boeken, waarin geflirt wordt met grote vragen die zij zichzelf steeds vaker stelt, waarin de actualiteit zich niet bij voortduring hinderlijk op de voorgrond probeert te dringen als een om aandacht jengelende smartphone en waarin een verhaal wordt verteld.’
Helaas dringt in dit echte boek de actualiteit zich wel op
in de vorm van de Boekenweek en de Corona quarantaine regels. Die smartphone
van Carmen wordt al snel gestolen dus daar heeft ze geen last meer van.
Humor.
En passant nog een verwijzing naar een gedicht van Vasalis: ‘Tijd’.
Voor mij was lezen ook een vorm van escapisme, bedenk ik me
weleens. Vroeger om mezelf af te sluiten voor de herrie en drukte van een groot
gezin en nu ‘omdat boeken haar bevrijden van de deprimerende beperking om
tussen de wieg en het graf slechts een enkel mensenleven te mogen meemaken.’
Toch is het ook niet bevredigend om verschillende plaatsvervangende
levens te leven. Want wie ben je dan eigenlijk zelf. Gelukkig lost Pfeiffer dat
aan het einde van het verhaal op een ludieke manier op want hij introduceert
zichzelf in het verhaal. Met de nodige zelfspot.
Zo belooft hij Carmen om haar verhaal te vertellen wat hij dan zojuist ook
heeft gedaan.
Als je erover nadenkt valt over ieder mens wel een boek te schrijven. Elk
mensenleven is uniek. Maar je hebt schrijvers nodig om er een verhaal van te
maken en er ongegeneerd een breder kader omheen te schilderen.
En dat kan ILP.
Zijn zonsopgang op pag. 84/85 is weergaloos.
En de kritiek die ik ergens las over de sherry drinkende
Carmen – want wie drinkt er nu nog sherry – slaat nergens op. Als je in boeken ook al niet meer mag drinken wat je lekker vindt, wanneer dan wel? Alsof iedereen maar trendy drankjes
drinkt zoals Spritz Aperol. Of is dat ook al passé?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten