Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

donderdag 15 september 2022

Transgenderwet

Een vreemde wet lijkt het licht te gaan zien, terwijl ik het idee heb dat de makers hiervan in duisternis verkeren.
De nieuwe transgenderwet gaat het mogelijk maken dat iemand die zich niet thuis voelt in zijn/haar lichaam – genderdysforie - dat wat gemakkelijker in de officiële paperassen kan aanpassen door middel van zelfidentificatie. Er komt dan geen professional meer aan te pas.
Ook voor kinderen onder de zestien wordt het gemakkelijker; een wettelijke vertegenwoordiger kan bij de rechtbank een verzoek indienen ook weer zonder tussenkomst van een professional.

De wetenschap die toch veel mensen  hoog in het vaandel hebben staan, wordt nu opeens naar de achtergrond verdrongen. Want de wetenschap maakt duidelijk dat tachtig procent van de jongeren over hun ‘genderdysforie’ heen groeien.

De biologische wetenschap zegt of een persoon mannelijk of vrouwelijk is. De menselijke soort is zogezegd binair. Er zijn twee mogelijkheden.
XX en XY.
(Er zijn er wel meer  - syndromen van Turner / Klinefelter - maar dat negeer ik nu even.)

Diezelfde wetenschap doet nu opeens niet meer ter zake, het gevoel van de mens wordt belangrijker geacht en daarom moet de wet aangepast worden.
Dat is best gevaarlijk. Ik bedoel: wanneer gevoelens tot leidraad worden bij grote beslissingen dan weet ik nog niet waar we uitkomen.
Het voelt niet goed. Eh....juist. 

Nu weet ik ook niet alles met betrekking tot al die termen die in deze tijd worden gebruikt: queer, pan-seksualiteit, genderessentialisme, transseksualiteit, transgenders en non-binair en zo zijn er nogal wat nog los van al die afkortingen.
Ik heb me voorgenomen om me daar pas in te verdiepen wanneer ik er direct mee te maken krijg. En dat is tot nu toe niet het geval. De tijd is ook voorbij dat ik van mezelf vond dat ik overal direct een mening over moest vormen.

Maar de term fluïde valt ook en dat denk ik te begrijpen.
In het dorp waar ik ben geboren was er een stel wat ik me nog goed kan herinneren. De man was/ is een ‘echte’ man, groot,  breed en harig. Een Bokito type. Zijn vriendin en later vrouw was/is een superslank blond meisje met op zaterdag krulspelden in haar haar en ze trippelde op van die pantoffeltjes met roze pluizige bolletjes erop. Ik keek mijn ogen uit.
Een bijzonder stel in mijn ogen, zo totaal verschillend.

Nu denk ik dat de man een hoog testosteron gehalte had/heeft en een heel laag oestrogeen gehalte en de vrouw precies andersom: een hoog oestrogeen gehalte en nauwelijks testosteron.
Ik kan me vervolgens ook voorstellen dat die spiegels bij iedereen een andere verhouding hebben. Een glijdende schaal.  Fluïde.
Dus genetisch kun je een man zijn maar door de afgifte van een te laag testosteron gehalte in de baarmoeder en/of een te hoog oestrogeengehalte kun je als man op mannen vallen. Bij vrouwen net zo.
Zo las ik in een artikel van Debra Soh: ‘De blootstelling aan testosteron is bepalend voor de manier waarop mannelijke en vrouwelijke hersenen groeien’.
Zij schreef in 2020 het boek: ‘The End of Gender’.

Naar aanleiding van dit berichtje heb ik weer wat oude boeken onder het stof vandaan gehaald: ‘Brainsex’ van Anne Moir uit 1989 en ‘Waarom mannen niet luisteren en vrouwen niet kunnen kaartlezen’ van Allan en Barbara Pease. Uit 1998.
Eigenlijk staat daarin alles precies beschreven.
In een blogbericht van tien jaar geleden schreef ik ook al iets.

Conclusie: ik ben tegen die wet. Die is te rigoureus. Maar ik ben wel voor een open houding met betrekking tot deze problematiek. O, wat ben ik weer tactisch.
Maar ik las ergens precies waar het ook volgens mij om draait:
‘Gaat het hier op aarde om zo goed mogelijk onze rol volgens ons biologisch geslacht te vervullen, zoals wij ooit geschapen zijn? Of kijken wij met de schepping reikhalzend uit naar wat gaat komen? Wijzen we een ander af omdat deze zijn/haar genderrol verkeerd invult, om omhelzen wij die zelfde persoon omdat wij één zijn in Christus?’

Het is zoals ik al meer opmerkte: sommige mensen staan met hun neuzen richting paradijs en hebben moeite met alles wat steeds maar anders wordt; anderen staan meer richting vernieuwde schepping waarbij we eerst nog door vele dalen heen moeten. Dat geeft frictie.

Mocht ik er ooit mee te maken krijgen dan hoop ik dat ik die ander liefdevol in de ogen kan blijven kijken.
Dat zou natuurlijk helemaal geen issue moeten zijn maar ja, ik heb ook moeite met die brede vrouwen die ooit man waren en met types die er zo ‘over-de-top’  vrouwelijk uitzien.
Vrouwen die man worden lijkt om de een of andere reden toch wat minder schokkend.
Wat blijft leven toch een gecompliceerde aangelegenheid.

 

 

woensdag 7 september 2022

Layout

Hoewel ik best hou van veranderingen....er zijn van die dingen die dienen te blijven zoals ze zijn.
Toch heb ik me deze keer gewaagd aan een layout verandering al heb ik voor de zekerheid de oude maar opgeslagen. Wellicht verandert er nog meer aan achtergrond en lettertype; eerst maar eens kijken of dit kan wennen.

maandag 5 september 2022

Ondergang van een illusie

In een poëzie verzamelbundel kwam ik dit gedicht tegen van Annie M.G. Schmidt (1911 – 1995).
De laconiciteit – is dat een woord? – sprak me wel aan.
Juist omdat we gisteravond in een preek hoorden dat het huwelijk, zeker in een kerkelijke gemeenschap, toch wel meer betekenis zou moeten hebben dan slechts een gezellig samenzijn.
 

Ondergang van een illusie

Je bent dus geen diep water, Jan Willem,
je bent maar een meneer op een fiets.
Je hebt wel een gezicht voor de film,
maar achter dat gezicht is – niets.

Je kon soms in het vuur zitten staren,
je ogen werden dieper en dieper…
Ik voelde dat het zielsconflicten waren!
 - Maar nee, je zat te denken aan de keeper.

Ik dacht zo dat we  samen zouden dromen
Over gedichten, kleur en klank en rijm…
Maar literair kon je niet hoger komen
dan bij de werken van E. Philips Oppenheim.

’t Is niet zo erg belangrijk. ’t Wordt geen ruzie!
Je moet niet denken dat mijn hart nu breekt!
Alleen – wat vang ik aan met mijn illusie
die ik met zoveel zorg heb opgekweekt?

Die ik gekoesterd heb in al die jaren…
Weggooien maar? Was het alleen maar kolder?
Ik zal haar in een oude doos bewaren
bij and’re malle dromen, op de zolder.

 



donderdag 25 augustus 2022

Vorsten van Albion


Een boek over de dynastie van de Plantagenets in Engeland.
Geschreven door Dan Jones (1981) in 2012, een historicus en journalist; vertaald in 2020.

Albion is een oude naam voor de Britse eilanden al wordt er meestal alleen Engeland mee aangeduid.
Ondanks dat dit blogberichtje heel schematisch is, las het boek als een trein.
De eerste ‘Plantagenet’ was Godfried, graaf van Anjou. Een Fransman die bekend werd omdat hij brembloesem op zijn hoed droeg.  In het latijn: Planta Genista.



Zijn zoon Henry II was zijn troon opvolger en kreeg via moederskant (Mathilde/Maud) Engeland in bezit.
Henry II trouwde met Eleonore van Aquitaine waardoor het Angevijnse rijk ontstond. Dat rijk bestond uit delen van Schotland, dat wat nu het verenigd koninkrijk is minus Wales en delen van Frankrijk tot aan de Pyreneeën. Best een heel groot rijk.

Hun zoon Richard Lionshearted  (Leeuwenhart) erfde de troon maar stierf kinderloos; broer  John Lackland (zonder land) was inmiddels de derde Plantagenet en zijn (klein)kinderen zette de tradities voort tot Richard II, de laatste Plantagenet. Na hem werd het stokje overgenomen door neef Henry IV (Bolingbroke) van het huis Lancaster. Zij hadden als embleem een rode roos. Het huis van York had een witte roos en kwamen later samen in de ‘Tudorroos’ van het huis Tudor.
Lancaster en York waren zijtakken van de Plantagenets.

De dynastie van de Plantagenets regeerden zo’n tweehonderdvijftig jaar over delen van Frankrijk en Engeland; van 1154 tot 1399.
Een weergave van de volgorde van de heren koningen en heel summier hun wapenfeiten.

Henry II (1133 – 1189), getrouwd met Eleonore van Aquitaine is bekend geworden vanwege
1. de moord op zijn vriend Thomas Becket,
2. Het begin van een vorm van rechtspraak
3. Voortdurend in conflict met de koning van Frankrijk: Louis VII, de ex-man van zijn vrouw en zijn zonen aan wie hij eer verschuldigd was.

Richard Lionshearted (1157 – 1199), zoon van Henry en Eleonore werd bekend vanwege
1. zijn deelname aan de derde kruistocht en gevecht met Saladin.
2. Eindeloos gedoe met zijn vader.
3. Hij was een vechtjas.
4. Hij bouwde Chateau Gaillard.

John Lackland (1166 – 1216)  Broer van Richard
1. Probeerde voortdurend zijn broer van de troon te lichten.
2. Na zijn troonsbestijging kalfde het rijk af doordat hij zijn leenmannen niet echt netjes behandelde.
3. Zo ontstond de eerste vorm van de Magna Carta, waardoor de macht van de koning aan banden werd gelegd. Onder dwang moest John hem ondertekenen. Zo werd het hooggerechtshof geboren.
4. Verloor Bretagne, Normandië, Anjou en Tourraine.

Henry III (1207 – 1272), oudste zoon van John.
1. Volgde zijn vader op op 9 jarige leeftijd. Hij was een vrome koning. Edward de Belijder was zijn grote voorbeeld.
2. Ook weer gedoe met de Franse koning, dit keer Louis VIII  en met zijn zwager Simon van Montfort.
3. Nam de regels van de Magna Carta niet echt serieus.
4. Hield van kunst en stimuleerde dat. Toch de genen van zijn oma?

Edward I (1239 – 1272), oudste zoon van Henry III.
1. Vermoorde Simon van Montfort.
2. Ging ook weer eens op kruistocht.
3. Lijfde Wales in. Liet zich inspireren door de legenden van King Arthur. Bouwde een ring van kastelen in Wales. Moeten we eigenlijk ook eens gaan kijken.
4. Zette de joden zijn land uit na eerst te hebben uitgezogen ten gunste van zijn schatkist.

Edward II (1284 – 1327), jongste zoon omdat de oudere jongens al jong stierven en de rest meiden waren.
1. Hield niet van regeren, flierefluiterde liever met zijn vriend Piers Gaveston, mogelijk een homofiele relatie. Liet het besturen teveel over aan zijn vrienden waardoor hij onder supervisie kwam te staan van de 'Lords Ordainers' waarvan Thomas of Lancaster de belangrijkste was.
2. Trouwde met Isabella, dochter van de Franse koning Philip IV. Over haar heb ik ooit wel eens een boek gelezen: ‘Isabella de Schone’ van Margaret Campbell Barnes. Veel weet ik er niet meer van. Het stond thuis in de boekenkast en ik was veel te jong toen ik dat las maar de voorkant was zo mooi. In mijn herinnering was zij schuldig aan de moord op haar echtgenoot. Iets met een beerput; het fijne weet ik niet meer en Jones noemt dit niet. Zij had de bijnaam: Wolf of France. Klinkt niet goed, maar vrouwen konden zelden goed doen.
Zij had een relatie met Roger Mortimer.
3. Verloor Schotland bij de 'Battle of Bannockburn'.
4. Werd gevangengenomen en afgezet ten gunste van zijn zoon Edward III. Onder supervisie van zijn moeder Isabella en Roger Mortimer.

Edward III (1312 – 1377), oudste zoon van Edward II.
1. Zodra hij de leeftijd had liet hij Roger Mortimer vermoorden en zijn moeder  opsluiten.
2. Start van de honderdjarige oorlog met Frankrijk. Winnaar van de slag van Crécy en Poitiers door het gebruik van bereden boogschutters.
3. Oprichter van de Orde van de Kouseband.  Het verhaal gaat dat bij hem de uitspraak vandaan komt:
‘Honi soit qui mal y pense’ : Schande voor wie er kwaad van denkt. Maar meer waarschijnlijk komt het bij een Engelse dandy vandaan Henry Grosmont, graaf van Lancaster die kousenbanden droeg voordat het een vrouwelijk attribuut werd.
Mijn vader gebruikte die uitspraak ook wel eens.
4. Ontwikkeling van het Lagerhuis tegenover het Hogerhuis.
5. Verloor steeds meer delen van Aquitaine (Guyenne) aan de Franse koning.
6. Stelde het Engels in als voertaal in rechtbanken en parlementen.

Richard II (1367 – 1400), zoon van de Zwarte Prins en kleinzoon van Edward III.1. Hij wilde wel maar kon het niet. Slechte adviseurs, depressies en toen hij eenmaal echt de macht had werd het een terreurbewind.2. Dapper was hij wel in zijn jonge jaren; ging te paard de boerenopstand te lijf. Beloofde van alles maar kwam niets na.Werd gevangen genomen door  Henry Bolingbroke (de latere Henry IV en één van de Lords Appellanten), zoon van John of Gaunt, in de Tower gevangen gezet en later vermoord.


En zo kwam er een eind aan het huis Plantagenet.
Ja, het is weer een boek wat geschreven is door een man. Heel veel historische figuren rondom de politieke besognes en de vele, vele veldslagen. Ze vochten wat af in vroeger tijden.
Het is niet anders, helaas. Ik ben dan toch altijd wel nieuwsgierig naar de invloed van vrouwen die achterbleven bij de veldslagen. Die invloeden zijn natuurlijk niet te meten.
Misschien is dat maar goed ook. Wanneer dat in schema's en tabellen terecht zou komen zou er onmiddellijk weer aan gesleuteld worden. 

zaterdag 6 augustus 2022

Ouderdom

Vorige week een boeiend interview in de krant (Trouw) met Andrea Maier.
Ze is hoogleraar Gerontologie in Leiden en vertelt dat we, wanneer we een beetje opletten, best honderdveertig zouden kunnen worden.
Dat opletten bestaat dan uit een regelmatige, ik noem het maar  ‘grote beurt’ om te voorkómen dat we ziek worden.
Het verouderen zelf is een ziekte die we kunnen behandelen.

Twee leden van het filosofische elftal, Désanne van Brederode en Bas Haring hebben zich daar ook eens over gebogen en verschillende punten passeren de revue.
Wíllen we wel zo oud worden? En is dat dan weggelegd voor rijkeren die nu al de middelen hebben om gezonder te kunnen leven? Wat moeten we op deze aardkloot met zoveel ouderen die mogelijkerwijs niet eens meer weten wie ze werkelijk zijn want herinneringen vervagen en delen met elkaar wordt steeds lastiger.
Dus ja, het zal technisch wellicht mogelijk worden om ouder te worden maar is het gewoon niet verstandiger om het stokje op tijd door te geven aan jongere mensen.

Ooit wilde ik ook wel driehonderd jaar worden want ik had nog zoveel plannen maar hoe ouder ik word hoe meer ik denk: laat maar. Ik heb niet meer overal energie voor.  En ik kan ook niet op commando positief in het leven staan.
Daarbij word ik liever wat minder oud mét mijn glas wijn in de avond. Kwaliteit boven kwantiteit.
Mensen komen op deze wereld, groeien op, doen een poosje actief mee en groeien er weer vanaf.
Opgaan, blinken en verzinken.
‘Er weer vanaf groeien’; in die periode zit ik en ik vind het niet erg.
Wanneer ik denk aan al dat plastic overal, de afhankelijkheid aan de techniek, de steeds jongere mensen waardoor we geregeerd worden. Niet om dat zij jonger worden maar omdat ik ouder wordt. Dat geruzie, het ongeduld en al die korte lontjes.
Wanneer alleen intelligentie nog telt en wijsheid niet meer. Wanneer het teveel draait om presteren dan om ‘zijn’. Wanneer de gesprekken gaan over het weer en de hoeveelheid stapjes die gezet zijn.
Dan denk ik: wat doe ik hier nog?
En buig me over mijn Geraniums en alle andere prachtige bloemen die staan te bloeien in mijn postzegeltuintje.

Op persoonlijk vlak is het (nog) wel leuk om ouder te worden en dat is vooral om dat we allebei gezond van lijf en leden zijn. Voor zover we weten. Ik ben me ervan bewust dat het in een paar seconden kan veranderen. Leven blijft tenslotte een hachelijke onderneming. 
Mijn vader had de gevleugelde uitspraak: ‘we handelen naar omstandigheden’.
In onze familie wordt ie nog erg regelmatig gebruikt.
Ouder worden betekent ook dat je de omstandigheden wat meer naar je hand kunt zetten. Dat is wel weer prettig. Ik heb niet overal meer zin in en zeg dat dan ook.
We hebben meer tijd; uit bed en rústig op gang komen kán gewoon.
Op vakantie gaan, doen we wanneer we willen.  Ook een luxe.
Een paar goede vrienden die met mij om kunnen gaan is ook een grote zegen die ik koester.
Maar honderdveertig worden?
Nou, nee.




  

donderdag 4 augustus 2022

Flauberts papagaai


Geschreven door Julian Barnes (1946) in 1984. Eerder las ik van hem 'Elizabeth Finch' en 'Arthur en George'; dat smaakte naar meer.
Ik las een elfde, digitale editie uit 2021.

Dit is een heel ander type boek dan de twee die ik eerder las en de titel in aanmerking nemende wist ik soms niet wie nu wat zei. Fungeerde Geoffrey Braithwaite als origineel denker en schrijver of als papagaai van Flaubert?
Dat maakte het boek juist wel boeiend en vaak humoristisch.  Maar dat moet je wel vatten. Zelf moet ik vaak even wennen aan iemands humor.



Geoffrey Braithwaite, een huisarts (net als mijnheer Bovary) in ruste onderzoekt het leven van zijn idool Gustave Flaubert. De schrijver van o.a. Madame Bovary en in mijn ogen een gecompliceerd mens.
Hij is weduwe geworden, heeft de tijd en vertrekt naar Frankrijk, bezoekt Rouen en Croisset waar Flaubert het grootste deel van zijn leven heeft doorgebracht, in een poging een biografie over hem te schrijven.
Zijn overleden vrouw Ellen Braithwaite (initialen: E.B. net als Emma Bovary) heeft een mislukte zelfmoordpoging gedaan, die Geoffrey heeft afgemaakt. ‘Ik heb haar uitgezet’
Zo zijn er meerdere overeenkomsten tussen de beide dames Emma en Ellen.

De gecompliceerde verhouding tussen Louise Colet en Flaubert krijgt de nodige aandacht. Louise was een niet onverdienstelijk poëzie schrijfster met prijzen op haar naam
Uit een brief aan haar: ' Critici! Eeuwige middelmatigheid die parasiteert op het genie door het te kleineren en uit te buiten! Een kudde meikevers die de mooiste bladzijden van een kunstwerk aan flarden hakt!'
Als ik het goed begrepen heb deed Flaubert niet anders bij haar schrijfsels. 

Tijdens het onderzoek en het schrijven krijgt Geoffrey allerlei associaties – hoe herkenbaar – met zijn eigen leven. Zo komt het dat er van alles door elkaar loopt.
Geoffrey ontdekt dat er in een hotel in Rouen een papagaai staat die op het bureau van Flaubert zou hebben gestaan. Maar in Croisset staat er ook één die op dat bureau zou hebben gestaan.
Welke papagaai is nu de echte en wie bepaalt dat?
Dat is naar mijn mening de vraag die dit boek opwerpt. Je kunt je nog zo in een ander verdiepen maar echt kennen en doorgronden?
Braithwaite fabriceert zelfs een heel alfabet op Flaubert.
 
Feit is in ieder geval dat Barnes zich uitgebreid heeft verdiept in het leven van Flaubert.
Nog een vraag die opgeworpen wordt en die mij deed denken aan het gedicht van Robert Frost: The road not taken oftewel de niet- geleefde levens.
Doen die er toe?
Volgens Flaubert/ Braithwaite/Barnes zullen die niet-levens toch altijd invloed uitoefenen op het leven dat geleefd wordt.
Daar moet ik dat eens over nadenken.
Er staan vele mooie dingen in:

‘In boeken krijg je dingen uitgelegd, in het leven gebeurt dat niet. Het verbaast me niets dat sommige mensen de voorkeur aan boeken geven. Boeken verklaren het leven. De enige moeilijkheid is dat de levens die ze verklaren die van anderen zijn en nooit dat van jezelf.’

‘Wat was de zin van de technische vooruitgang zonder zedelijke vooruitgang? De spoorwegen zouden er alleen maar  voor zorgen dat méér mensen zich verplaatsten, elkaar ontmoeten en samen stompzinnig zouden zijn.’

Passages van de echte of …..?

‘Kunst hangt af van de wijze waarop het verwezenlijkt wordt; een verhaal over een ploert kan even mooi zijn als het verhaal van Alexander. Je moet schrijven wat je voelt, zeker weten dat die gevoelens waarachtig zijn en maling hebben aan de rest.’

Dat laatste is het minst lastige. 

maandag 1 augustus 2022

Geraniums

Vaak hoor ik de opmerking dat men niet achter de geraniums wil gaan zitten. Een vreemde opmerking waarmee men bedoelt niet inactief te worden maar een actief leven te willen blijven leven.
Geen leven van ‘niets doen’.

Daar heb ik zo mijn bedenkingen bij. Waarom wordt zo’n plant zo denigrerend en associërend met saaiheid, zieligheid en niets doen gebruikt?
Als ik zo’n opmerking hoor reageer ik meestal met de opmerking dat geraniums prachtige planten zijn en dat ik wel akeligere dingen kan bedenken om achter te zitten; een beeldbuis met voortdurend sportspektakels bijvoorbeeld.
Dan verkies ik de stilte om te lezen en/of na te denken en het plezier aan mijn ogen wat een geranium mij geeft.
Gelukkig maar dat ieder mens anders is.

Een paar jaar geleden heb ik er eens één gekocht met een prachtige, bloedrode kleur.
Inmiddels heb ik verschillende bakken vol met kloontjes van deze ‘moederplant’.
In dat opzicht lijkt ik heel veel op mijn moeder die haar hele keukenraam vol had staan met stekkies van allerlei planten en lege sambalpotjes met – door kinderen, later kleinkinderen geplukte - madeliefjes en paardenbloemen. Alles werd gekoesterd.

Iedere keer verbaas ik me er weer over mijn geraniums; hoe mooi ze zijn. Bij elke lichtval weer een tikkie anders, fluweliger.
Ik zit er graag achter en hoop het nog lang te kunnen doen.