woensdag 22 januari 2014
Is de Bijbel betrouwbaar?
Omdat ik zelf ook niet meer zo van de letterlijkheid overtuigd was, ben ik de Bijbel anders gaan lezen. Dat voelde voor mijzelf als een bevrijding. Bijvoorbeeld: de boeken Jona en Job als een midrash (leerverhaal) lezen is vele malen bevredigender en prikkelt mij tot meer nadenken, ook over de andere Bijbelse verhalen. Zo kan ik nu ook uit de grond van mijn hart zeggen dat de Bijbel betrouwbaar is. Betrouwbaar om er méé en eruit te leven en te leren.
Het OT is heilsgeschiedenis, geen wereldgeschiedenis of een veredeld biologieboek.
Omdat het voor de Joden wél ‘vaderlandse geschiedenis’ is, blijft het wel een beetje een dilemma. Ik denk dat in de verhalen na Gen. 11 in ieder geval een kern van waarheid zit.
Dat geven de verschillende vondsten ook wel aan.
Alle feiten op een rijtje voor zover we die nu kennen (rijtjes zijn altijd gemakkelijk):
Voor het Oude Testament:
Menerptah stele : uit 1209 BC, gevonden in 1896 bij Thebes. Inscriptie van de Egyptische koning Menerptah die regeerde van 1213-1203 BC en hoogstwaarschijnlijk Israël (Isrir) noemde. Staat in het museum van Cairo.
Mesa stele : Uit 840 BC ontdekt in 1868. Beschrijft de overwinning op koning Omri (vader van Achab) van Israël. Daarop wordt ook voor het eerst YHWH genoemd en mogelijk het huis van David. Staat in het Louvre. Op deze steen wint de koning van Moab de strijd tegen Israël, (Israël ging voor altijd volkomen ten onder – frase 7) en wordt er niets vermeld van het offeren van zijn zoon. Tsja.....Geschiedenis wordt geschreven door overwinnaars. (Dat geldt dan dus ook voor de Joodse geschiedenis.) Het verhaal staat in 2 Kon 3: 1-27.
De zwarte Obelisk : Uit 825 BC., Ontdekt in 1846. Te zien is hoe Jehu knielt voor koning Shalmaneser III. Staat in het British Museum. Koning Jehu staat voornamelijk beschreven in 2 Kon 9 en 10. Dat hij voor de Assyrische koning knielde heb ik nog niet in de Bijbel kunnen vinden.
(eigen foto's)
Tel Dan stele : Uit 870 -750 BC, gevonden in 1993. Inscripties van ws. Hazael koning van Damaskus waarin ook Israël wordt genoemd en het huis van David. Staat in het museum in Jeruzalem.
Voor het Nieuwe Testament zijn er, behalve de wetenschapper Lucas die ooggetuigenverslagen maakte en de vele andere kerkvaders ook de volgende buiten- Bijbelse bronnen:
Tacitus (56 -117) een Romeins historicus en schrijver. Hij spreekt in zijn annalen, over Christenen en Christus in Hoofdstuk 15/ 44
Flavius Josephus (37 – 100) een Joods historicus schreef in zijn ‘oude geschiedenis van de Joden' op twee plaatsen over Jezus.
In mijn eigen boek is dat Boek 18 – hfst 3 – par 63 en boek 20 –hfst 9 – par 199
(een Ambo/ Amsterdam uitgave, vierde druk uit 2005)
Lucianus van Samosata (120 – 180), een satiricus schreef ietsie pietsie badinerend:
The Christians, you know, worship a man to this day,--the distinguished personage who introduced their novel rites, and was crucified on that account.
Lees ook pericoop 13
Plinius Secundus of Plinius de Jongere (62 – 113) een letterkundige en politicus, hij schrijft ook over christenen in het laatste stukje van een brief aan een zekere Trajan.
Mara bar Serapion een stoïcijnse filosoof uit Syrië schreef een brief aan zijn zoon. De brief wordt gedateerd tussen 72 - max 300 AD en we kennen de man alleen uit deze brief.
Beginnen bij......"What are we to say,..." rond de nummertjes 18 en 19.
Er zijn nog meer bronnen maar die blijken toch weer niet zo betrouwbaar te zijn. Ook Flavius Josephus is omstreden maar voorlopig hou ik die erin.
Verder nog wat emotionelere argumenten:
Een boek wat al zo oud en toch het meest gelezen boek ter wereld is; een boek dat in staat is om mensenharten ten goede te veranderen waardoor ze gericht raken op de gans Andere en het welzijn van de medemens, een boek dat een doel, hoop en perspectief biedt; een boek dat talloze mensen heeft getroost in moeilijke omstandigheden en houvast biedt; een boek waarin je kunt blijven lezen en studeren en wat nooit gaat vervelen.
Dat is best een heel bijzonder Boek en stijgt uit boven alle anderen.
vrijdag 3 juli 2015
Het echte conflict
Geschreven door de Amerikaanse filosoof van Friese afkomst Alvin Plantinga (1932) . Vertaald door Arend Smilde.
Het boek is verschenen in 2011 als ‘Where the Conflict Realy Lies.’
Ooit las ik van hem ‘God, Freedom and Evil’ in het Engels maar dan ben ik toch steeds bang dat ik dingen verkeerd begrijp of over het hoofd zie. Daarom heb ik van dit boek de Nederlandse vertaling maar afgewacht.
Is er een conflict tussen wetenschap en theïstische religie? Ja, maar dat is een conflict van oppervlakkige aard. Ten diepste is er harmonie tussen wetenschap en theïstische religie.
Er is een oppervlakkige harmonie tussen wetenschap en naturalisme, maar daar zit nu juist het echte conflict en dat gaat heel diep.
Handig om te weten is dat Plantinga het naturalisme ziet als een wereldbeschouwing die verder gaat dan atheïsme namelijk in de overtuiging dat God echt niet bestaat. Daarom is naturalisme ook iets wat valt onder het vage begrip ‘religie’. Het is een quasi-religie. Het vervult namelijk één van de hoofdfuncties die religie heeft nl. hoe de werkelijkheid in elkaar steekt.
Zo komt hij tot de conclusie dat er een conflict is tussen wetenschap en religie maar dan bedoelt hij de quasi- religie naturalisme.
Wat is dat conflict? Even wat kort door de bocht want ik vond dit hoofdstuk het moeilijkste: Wanneer je er naturalistisch van uitgaat dat alles door toeval is ontstaan dan kun je niet op je kenvermogen vertrouwen, want wie zegt dat dat betrouwbaar is? Het is betwijfelbaar of de naturalistische evolutie de juiste overtuigingen opleveren.
Hij vervalt in dit hoofdstuk in filosofische technieken zoals:
‘ (1*) P(MB/N&E) is klein’.
Dan moet ik toch afhaken of op een dag het blijven lezen tot ik het snap maar in ieder geval: ‘there is Where the Conflict Really Lies’….
De theïstische evolutie kent dat probleem niet want gelovigen hebben het kenvermogen van God gekregen en die is betrouwbaar.
Tussendoor worden Dawkins en Dennett aangepakt en op hun fouten gewezen en neemt hij het op voor Michael Behe met zijn pogingen om op wetenschappelijke wijze proberen aan te tonen dat er irreducibly complex systems bestaan. (Intelligent Design)
Waarom is er geen echt conflict tussen theïstisch geloof en wetenschap? Omdat theïstisch gelovigen ervan overtuigd zijn dat de evolutie is geleid. Ongeleide evolutie is niet te rijmen met het christelijk geloof.
Verder behandelt hij altruïsme, de moraal, de historisch kritische Bijbelwetenschap, het handelen van God in deze wereld, de finetuning en nog meer. De vraag die Plantinga stelt is of al deze theorieën ondermijners zijn van het christelijk geloof of juist versterkers.
Dat werkt hij dan grondig uit.
Wel jammer dat hij niet ingaat op het al dan niet realistische van de Bijbelverhalen. Maar ja, bij hem gaat het om een gesloten filosofisch denk-bouwwerk en gaat het niet om de theologische voetangels en klemmen. Dat mogen theologen verder uitwerken.
Zo denk ik dat hij denkt. Zo zou ik ook denken. *grinnik*
Voor geïnteresseerden in deze materie is het een aanrader.
dinsdag 3 september 2013
Flatliners
Hoofdrollen door allemaal bekenden: Kevin Bacon, Julia Roberts, Kiefer Sutherland (zoon van Donald), William Baldwin(broer van Alec) en Oliver Platt die veel meer lengte heeft dan ik in mijn hoofd had.
Ik las pas iets over deze film en warempel kwam hij afgelopen zaterdagavond/nacht op TV.
Het gaat over een aantal medische studenten die BDE’s gaan opwekken (a flat line) bij zichzelf.
Ze hebben de know how en middelen om dat te doen en kunnen elkaar ook weer ‘terughalen’. Ze willen als echte wetenschappers nu wel eens weten of er echt iets is ‘aan de overkant’.
Religie en filosofie hebben gefaald dus nu is het de beurt aan de wetenschap.
Alles wordt voorbereid en de bedenker, Kiefer Sutherland is degenen die ‘mag’. Na hem willen de anderen echter ook en wordt het opbieden wie het langste ‘weg’ durft. (in een prachtig Art Nouveau/Art Deco decor)
Uiteindelijk gaan ze allemaal een keer behalve Oliver. Alles wordt op film vastgelegd voor de eventuele eeuwige roem.
Helaas blijkt het niet alles rozengeur en maneschijn aan de andere kant. Wat ze in eerste instantie allemaal verzwijgen is dat ze last krijgen van hallucinaties die te maken hebben met (vermeende) fouten uit hun verleden.
Kevin Bacon is de eerste ( en atheïst) die direct de koe bij de horens vat; de persoon op wie het onrecht betrekking had opzoekt en vergeving vraagt.
Het onderwerp is intrigerend; wie wil nu niet eens weten of er echt iets is, met bewijzen gestaafd.
O.a. Pim van Lommel en Dick Swaab deden/doen daar ook aan mee.
Wie heeft gelijk? Zijn de overeenkomstige ervaringen van mensen met een BDE slechts een chemisch proces in de hersenen? (Swaab) of is er toch meer? (Lommel)
Ook de film blijft inhoudelijk een hulpeloze poging.
Als ik alles met mijn Hollandse boerenverstand overweeg dan zullen we het nooit weten tenzij we zelf de lijn overgaan. Er is nu eenmaal nooit iemand teruggekomen van áchter die definitieve lijn.
Daarom blijft het, ook wetenschappelijk, speculeren.
Ik gelóóf er wel in. Omdat ik de God van de Bijbel die erover spreekt betrouwbaar acht; omdat Jezus is opgestaan.
Ik zie ook hoe mensen een groot potentieel in zich mee dragen voor allerlei dingen waar ze in dit korte leven vaak niet aan toe komen. Zou dat potentieel er voor niets zijn?
Maar hoe dat dan vorm krijgt weet ik niet, ook al probeer ik er soms een voorstelling van te maken.
Meestal draait het uit op een wat meer paradijselijke voortzetting van dit leven.
Maar of dat klopt of toch totaal anders is zal ik ook dán pas weten.
04-09
Vanmiddag, toen ik languit aan het Nederlandse strand (jawel!) lag, lag ik nog na te mijmeren over deze film.
Ik vergat een aangrijpend moment te melden wanneer Kevin Bacon als atheïst zijn excuses aanbied aan God en meteen in verontwaardigd verzet komt wanneer het er op lijkt dat Kiefer Sutherland - die voor de tweede keer 'weg' is - komt te overlijden.
Soms ben ik jaloers op mensen die het oneens zijn met God zo durven te uiten.
Ik denk dat ik vroeger te bang gemaakt ben met hel en verdoemenis om zo voluit het leven te durven leven.
dinsdag 31 januari 2012
Jezus wel/niet Messias
Jesaja 2,11, 42 en 59:20
Jeremia 23, 30, 33, 48:47, 49:39
Ezechiël 38:16
Hosea 3:4, 5
Micha 4
Zefanja 3:9
Zacharia 14:9
Daniel 10:14*
Waaraan zal de Messias worden herkent:
Het allerbelangrijkste in het Judaïsme is dat de Messias wordt herkent aan de vervulling van de profetieën. Zo zal hij een eind maken aan oorlog en lijden (Ezechiël 38:16);
hij zal de joden terug laten keren naar Israël en zal Hij Jeruzalem herbouwen (zie Jesaja 11:11-12; Jeremia 23:8; 30:3; Hosea 3:4-5);
hij zal een regering in Israël vestigen dat zowel voor Joden als niet-joden het centrum zal zijn. (zie Jesaja 2:2-4; 11:10; 42:1);
hij zal de Tempel herbouwen (Jeremia 33:18 ); hij zal het religieuze rechtssysteem in eer herstellen (Jeremia 33:15).
Zolang er niemand is die dit allemaal vervult, wordt er gewacht op de Messias.
Maar waarom is Jezus volgens hen niet de beloofde Messias: behalve dat Hij de profetieën niet heeft vervuld zal volgens 2 Sam 7: 12-16 (en 1 Kron. 17) het zaad van David voor eeuwig op de troon zitten. De lijn moet dan via Salomo verlopen en deze mist in het geslachtsregister van Lukas. Daar wordt Nathan als zoon van David genoemd. (2e zoon van Bathseba en deze 2e koning van Israël!!) Dat het de stamboom van Maria zou zijn is niet echt aan te tonen en is irrelevant. Num. 1: 18. De stamboom uit Mattheus correspondeert niet met 1 Kron. 3, de basisstamboom van David. Bovendien wordt in Mattheus koning Jechonia genoemd die in Jer. 22:24-30 wordt vervloekt door Jeremia en wordt uitgesloten van rechtmatige afstamming. Daardoor wordt de geslachtslijn onderbroken.
Dat Jezus de adoptiefzoon van Jozef zou zijn is alleen van belang bij het verdelen van een eventuele erfenis maar hij heeft dan verder geen rechten. De stamboom blijft verlopen via de biologische vader.
Dat er iemand voor de zonden van een ander zou kunnen sterven druist tegen de Tenach (OT) in: Ex 32: 31-33, Num. 35: 33, Deut. 24:16, 2 Kon 14: 6,
Een lam, waarmee Jezus vaak vergeleken wordt, kon allen maar doorgaan voor een spijsoffer of brandoffer en niet voor een zondoffer. Voor zondoffers werden geiten, bokken of stieren gebruikt. Gen 22: 7-8, Num. 28: 30, 29: 5, 11, 16, Lev 16: 15, Ez 43: 21, Ez 46: 13,
(Uitzondering vond ik in Lev 5: 6 en 14: 12,13 waar een lam voor een schuldoffer mag dienen o.a bij een melaatse/ onreine maar over het algemeen klopt de tegenwerping wel.)
Volgens de Tenach moest het Paaslam worden opgegeten en de resten worden verbrand. Ex 12: 6-10.
De Tenach verbiedt mensenoffers: Lev 18: 21, Deut. 18: 10, Jer. 7: 31, Ez. 23: 37-39. Dit laatste argument is voor mij juist een belangrijk argument tegen de gedachte dat Jezus ‘slechts’ een goed mens was. Juist omdat Hij ook God was, kon Hij het verlossingswerk volbrengen. Was Jezus niet óók God geweest dan had God de Vader het niet kunnen accepteren.
Dan Jes. 53. In het bovenstaande lijstje komt dit hoofdstuk niet voor terwijl het voor christenen toch een hoofdstuk bij uitstek is.
Met de knecht uit Jes. 53 wordt Israël bedoeld. Dat blijkt uit de meervoudsvormen waar wij een enkelvoud hebben vertaald bijvoorbeeld vs. 8: “Hij is uit den angst en uit het gericht weggenomen; en wie zal Zijn leeftijd uitspreken? Want hij is afgesneden uit het land der levenden; om (vanwege!) de overtreding Mijns volks is de plage op hen(!) (niet "hem") geweest."
De knecht is een pluriform meervoud en geen individu. En staat bovendien allemaal in de verleden tijd. Pffft, misschien moet ik toch maar eens Hebreeuws gaan leren.
Maar…enkele prominente rabbijnen zoals Rambam (Maimonides 1135-1204) en Ramban (Nachmanides 1194-1270) vonden Jes. 53 ook wel degelijk slaan op de komende Messias.
Waarom lezen de joden dan niet op een andere, geestelijkere manier? (zie ander blog) Dus niet peshat maar remez of derash (midrasj)bijvoorbeeld. Dat gaat niet, alleen de simpele, letterlijke manier van lezen geldt als bewijstekst waar je dan natuurlijk wel andere gedachten op kunt loslaten maar de basis is dat de teksten letterlijk en grammaticaal eerst allemaal moeten kloppen voordat je dat kunt doen.
Conclusie: om nu te zeggen dat de joden gewoon ‘blind’ zijn of een bedekking hebben vind ik te simpel gedacht. Ze hebben wel degelijk vanuit hun tradities goede argumenten voor hun opvattingen.
*Link gevonden:
Link 1
en deze is ook boeiend maar erg ‘anti’
Link 2
maandag 21 maart 2016
Herinneringen
Rob Schouten klaagt erover in Trouw in zijn column ‘nestwarmte’ dat hij zich niets kan herinneren van de eerste jaren.
Aan mijn eigen kinderen heb ik ook eens die vraag gesteld en de antwoorden bleven wat vaag.
Iets over de kleuterschool; eerste jaren basisschool. Verder terug konden zij in hun herinneringen niet komen.
Ik heb hen nooit naar een peuterspeelzaal laten gaan omdat ik niet wilde dat andere mensen invloed zouden uitoefenen op míjn kinderen in die eerste belangrijke jaren.
Zelf kan ik mij herinneren dat ik in het ziekenhuis lag. In een hoog wit bed met een meisje naast mij met rood haar en zwarte lakschoenen (zag ik later, toen we naast elkaar zaten te wachten om naar huis te gaan).
Ik kon uitzien door een deur of raam naar een grotere zaal waar meer kinderen lagen. Het was er druk.
Bij ons tweeën was het rustiger.
Mijn moeder kwam op bezoek en zat aan het bed. Ze was anders dan anders; ze was het wel maar toch ook weer niet.
Ik kreeg een roze plastic badje met een popje erin. Het had een rood-wit gestreept jurkje aan.
Ik was toen twee en een half jaar oud en was daar vanwege een tonsillectomie. (het knippen van de amandelen)
Maar dat hoorde ik pas later.
Toen ik twaalf was lag mijn broertje in het ziekenhuis en mocht ik mee op bezoek. Hij lag in hetzelfde kamertje als ik, tien jaar eerder. Ik herkende de omgeving meteen. Toen ik dat bij mijn moeder navroeg, bevestigde zij dat.
Bij mijn weten heb ik daar geen trauma aan over gehouden maar je weet eigenlijk nooit zeker welke invloed dit soort ervaringen op je heeft. Onderzoeken naar herinneringen zijn nog steeds in volle gang.
De band met mijn moeder is niet echt stevig geweest. Achteraf vraag ik me af of die gebeurtenis invloed heeft gehad op mijn verhouding met haar.
En of het gevoel altijd overal alleen voor te staan daar ook vandaan komt.
Te vroeg teruggeworpen op mij zelf.
De keren dat ik op iemand vertrouwde en het faliekant fout liep; dat waren echt heel nare ervaringen. Zo schokkend voor mij dat ik mij al jong voornam me dat nooit meer te laten gebeuren.
‘Wees betrouwbaar en vertrouw niemand’ werd een lijfspreuk.
Nee Rob, dat je niets weet over je eerste jaren is helemaal niet erg. Misschien betekent het wel gewoon dat er niets schokkends is gebeurt in die eerste periode van je leven.
Cathy: psychologe van de kouwe grond.
dinsdag 11 juli 2017
En de aarde bracht voort
Op 22 juni jl. verschenen tijdens onze vakantie.
Ik ben ontzettend blij met dit boek. Al heel lang had ik daar behoefte aan. Iemand die de kennis en de moed heeft om nauwgezet en systematisch probeert de theologische consequenties te doordenken wanneer definitief zal blijken dat de evolutie waar is.
‘Stel dat het waar is wat dan...’
Hoe lezen we dan de eerste hoofdstukken uit de Bijbel en specifieker: van Adam en Eva, over de zondeval, erfzonde en verlossing, hoe duiden we het lijden in de wereld, hoe denken we dan over natuurlijke selectie en voorzienigheid en over moraal en openbaring. Valt het geloof dan om als dominostenen zoals zovelen denken? Ik heb inmiddels de ervaring van niet, maar daar overtuig ik mensen niet mee.
Ongetwijfeld zal hij veel kritiek krijgen maar dit is een aanzet om erover na te denken en wie weet komen er nog meer boeken met nog betere ideeën. Dan is dit boek gewoon een tussenvorm.
Is dat ook geen ontwikkeling=evolutie?
Velen haken af van het geloof omdat zij hun hersens willen blijven gebruiken. En wanneer je zegt dat je gelovig bent en de wetenschap ook betrouwbaar acht word je niet meer als christen/ gelovige serieus genomen. Ik word te oud om me er persoonlijk iets van aan te trekken maar ik vind het wel heel erg.
En van den Brink ook, gezien zijn laatste regel: ‘Niet- christenen hoeven niet te denken dat ze om christen te kunnen worden iets wat voor hen zo evident is zouden moeten afzweren.’
Van den Brink, uit een zelfde soort religieus nest als ik (Gereformeerde Bond binnen de PKN), beschrijft in de inleiding eerst de probleemstelling en vervolgens in hoofdstuk 2 en 3 wat evolutie eigenlijk inhoudt en hoe er in het verleden door gelovigen over gedacht en mee omgegaan is.
Want ook Augustinus heeft zich er al mee beziggehouden.
In de verdere hoofdstukken met de ‘problemen’ beschrijft hij eerst zo objectief mogelijk wat zoal de gangbare meningen zijn die er toe doen. Vervolgens beschrijft hij de problemen van al die visies en daarna laat hij weten wat hij zelf de beste vindt en waarom.
Hij zet alle vraagstukken waar de orthodox gelovigen tegenaan lopen systematisch op een rijtje.
Bij elke vraag, het geheel overziend, vraagt hij zich af: ‘welke uitleg het meest adequaat is, in de zin dat die verenigbaar is met de basisuitgangspunten van een orthodox-christelijke (verbonds)theologie en tegelijkertijd de wetenschappelijke inzichten over de menselijke oorsprong serieus neemt’.
Hij legt niets dwingend op maar laat de lezer de vrijheid om zelf een mening te vormen. Soms zijn er meerdere mogelijkheden. (bijv. P 178)
In hoofdstuk tien vat hij alles nog eens kort en kernachtig samen.
Wat vond ik zelf van dit boek.
Omdat ik mij ook al jaren in deze materie heb verdiept bracht het boek voor mij niet echt heel veel nieuwe dingen. Alleen de onderbouwingen van bepaalde standpunten zijn veel degelijker en overzichtelijker. Daar kan ik zeker mijn voordeel mee doen.
En ik heb het verschil geleerd tussen concordisme en perspectivisme. Dat zijn van die dingen die je intuïtief wel weet maar nu in definities gevat ziet.
Concordisme is de hermeneutische visie dat Bijbelse uitspraken over de fysische wereld overeenkomen met de wetenschappelijke feiten. (p 114) Men denkt dat die er in verborgen zitten.
Perspectivisme is de hermeneutische visie dat we bij het interpreteren van de Bijbel de theologische inhoud moeten onderscheiden van het wereldbeeld waarin deze inhoud ingebed is. (P 122)
Adam en Eva kun je zien als verbondshoofden, als model voor ons allen. Komt een beetje overeen met John Walton.
Deze wordt ook in het boek genoemd.
Persoonlijk denk ik dat de tekst uit Gen 2:7 iets bijzonders zegt wat nog niet eerder in de wereldgeschiedenis is voorgekomen en wat de heilsgeschiedenis inluidt. Dat kan heel lang geleden zijn geweest. Van den Brink noemt ergens vijfenveertigduizend jaar geleden.
Nu kan ik de grotten van Lascaux ook beter plaatsen. We waren er een aantal jaren geleden en maakte diepe indruk op me. Een aanrader om eens te bezoeken!
God blies dat mensenpaar de levensadem in. (sensus divinitatis)
Ik vertaal dat als de eerste paar mensen tussen al die andere hominiden, die iets Goddelijks kregen wat wederkerigheid zou opwekken. (iets soortgelijks staat op p 224)Een relationeel wezen richting de Schepper, die zich veel later in de geschiedenis (ik zou bijna zeggen: in een tempo zoals het de evolutie= ontwikkeling betaamt…..) bekend maakte als JHWH.
Het zijn allemaal langdurige processen. Gods tijd is niet onze tijd. ‘God zet steeds nieuwe stappen om de mens te laten beantwoorden aan Zijn bedoelingen’ (p 330)
Wanneer de mens een zelfbewustzijn heeft gekregen is het ook mogelijk dat hij bewust voor zichzelf kiest en in zonden valt, dus niet instinctmatig in de fout gaat. (zie ook van Veluw: ‘waar komt het kwaad vandaan’ p 391. Gek dat Dr. A.H. van Veluw bij van den Brink helemaal niet in beeld komt terwijl dat andersom wel het geval is.)
Het probleem van het lijden blijft ook wat liggen. Ook al geloof je in de zondenval, op welke manier dan ook, dan is het lijden dat de dieren hebben ondergaan al die eeuwen voordat de mens zijn intrede deed, niet echt verklaarbaar. Maar, zo schrijft hij, wij zijn ook niet in de positie om dat te kunnen beoordelen en uitspraken over te doen. (p166 en 328)
Dit is de meest adequate reactie van het sceptisch theïsme.
Een paar opmerkingen die bleven hangen:
Charles Kingsley: ‘we know of old that God was so wise that He could make all things; but behold, He is so much wiser than that, that He can make all things make themselves.’
‘we weten vanouds dat God zo wijs was dat Hij alles kon maken, maar Hij is zoveel wijzer dan dat, Hij kan alle dingen maken zodat die zichzelf maken.’
‘Onze evolutionaire ontwikkeling heeft ons ook tot de intuïtie gebracht dat onze zintuigen in het algemeen betrouwbaar zijn, dat ons geheugen ons gewoonlijk niet bedriegt en dat we via wetenschappelijk onderzoek de waarheid op het spoor kunnen komen. Als deze intuities nu waar zijn (en daar gaan we doorgaans van uit), waarom zou geloof in objectieve morele waarden en geloof in God, dat via hetzelfde soort natuurlijke processen tot stand kwam, dan misplaatst zijn?
Het boek staat bomvol voetnoten en die staan gelukkig niet achterin maar op elke bladzijde onderaan. Dat voorkomt veel geblader.
Meteen een oproep aan uitgevers om dit altijd zo te doen!
Of wel achterin maar dan doortellen van 1 tot 2000 ofzo.
Niet elk hoofdstuk opnieuw beginnen te tellen want dan raak ik de weg kwijt.
In ieder geval is dit een boek wat ik nog wel vaker zal pakken om weer eens stukken na te lezen.
01-09-17
Via het 'Logos-instituut' vond ik een artikel van Jan van Meerten. Onder dat artikel staan chronologisch alle reacties die zo her en der te horen en te lezen zijn over dit boek. Dat is best handig want ik kan niet alle kranten lezen.
Het wordt regelmatig aangevuld want de laatste woorden zijn nog niet gesproken over deze materie.
Zeker nu er van Prof. Dr. M.J. Paul ook een boek is verschenen - 'Oorspronkelijk'- met een tegenovergestelde mening.
Het Logos-instituut is opgericht door nogal ehh...fanatieke creationisten.
21-10-17
Sinds 11 oktober jl. hebben ze op Logos de mogelijkheid tot het reageren op artikelen afgesloten.
Een kwalijk teken.
donderdag 13 mei 2021
Stop met redelijk zijn
Zeer aansprekende titel van een boek van Eleanor Gordon-Smith. (1989)
Ondertitel: 'waarom je met argumenten niets verandert'.
Een Australische filosoof/ schrijver/ radiomaker die dit boek schreef in 2019. Zij heeft onderzocht hoe vatbaar mensen zijn voor redelijke argumenten.
Zelf dacht ik ook altijd dat wanneer je maar genoeg goede argumenten je kunt aanvoeren voor jouw standpunt, de ander dan wel luistert en overstag gaat voor jouw mening.
Nee dus. Eigenlijk wist ik dat wel maar wilde daar niet aan. Zus Cathy die ooit in de ban was van Vrieswijk luisterde toen niet naar onze redelijke argumenten en doet dat weer niet nu ze in het - in mijn ogen - verkeerde algoritme zit van de Coronaconspiracy.
Zelf roep ik altijd wel dat ik gevoelig ben voor goede argumenten maar dan zit
het venijn in dat ‘goede’. Ze zijn meestal niet goed genoeg om mij van mening
te doen veranderen. Want de maatstaf voor dat ‘goed’ ben ik zelf.
Toch denk ik dat goede argumenten wel een zetje kunnen geven aan een denkproces. Dat merk je dan niet meteen maar is voor de lange adem.
Eleanor was ook zo. Ondersteun je analyse met bewijzen en
iedereen gaat overstag. Toch?
Aan de hand van verschillende casussen die zich afspelen in Sydney probeert ze
te ontdekken hoe dat nu zit: de relatie tussen rede en emotie. Waardoor laten
we ons nu het meest leiden? Alles gelardeerd met haar eigen filosofische
bespiegelingen.
Zo ging ze het gesprek aan met mannen die haar nafloten en probeerde hen te
overtuigen dat vrouwen dat niet waarderen. Mislukt. Hoe komt dat? Ze zat notabene
ooit in de finale van debaters in Qatar.
Aan haar debateer techniek kan het niet hebben gelegen.
Waarom verlaat iemand de veiligheid van een religieuze groepering; waarom blijven vrouwen bij een
man die hen slaat? Alle redelijke argumenten voor een andere beslissing ten spijt.
Wat herinner je je precies. En klopt dat wel. Is dat te beïnvloeden?
Wat is dat eigenlijk: redelijkheid. Wanneer er genoeg bewijzen zijn? Maar wat
is eigenlijk een bewijs? Er zijn zoveel zaken die we aannemen op goed
vertrouwen zonder een greintje bewijs.
In hoeverre speelt de emotie een rol bij het nemen van beslissingen? Nou, een
hele grote volgens Gordon- Smith. Groter dan we denken en ooit zullen toegeven.
Daar was Pascal ook al van overtuigd gezien een quote in het boek: ‘Mensen
komen vrijwel altijd tot hun overtuigingen op basis van wat ze aantrekkelijk
vinden, en niet op basis van feiten.’
Emotionele beslissingen nemen is dan niet iets ‘vrouwelijks’.
Wat ik ook maar even gezegd wilde hebben.
En dan is er nog de vraag of dat we, wanneer we rationeel beslissingen nemen, nog
wel ethisch verantwoord bezig zijn. Ook
best een vraag die je altijd in het achterhoofd moet houden lijkt mij.
Mensen maken hun eigen ‘narratief’; hun eigen verhaal met de persoon die ze
willen zijn. Maar is die interne verhalenverteller wel betrouwbaar? Je creëert
namelijk je eigen bewijzen en belandt in een cirkelredenering.
Naar mijn ervaring doen sommigen dat zodanig sterk dat je aanvoelt dat ze eigenlijk
niet echt zijn. Niet ‘authentiek’. Lastig omgaan.
Kun je van narratief veranderen? Het kan volgens de ‘Alex’ in het boek. Het
kost wat moeite maar een bevredigende persoonlijke ontwikkeling doormaken mag toch wel
wat kosten?
Er staat zoveel in het boek om over na te denken; een aanrader.
maandag 3 juli 2023
Italiaanse herinneringen
Na de Franse herinneringen nu de Italiaanse.
Onze eerste herinneringen waren niet geweldig. Vanuit een bewolkt Schoorl en dreigende
regen met twee kleine kinderen met tent in één keer door, via Oostenrijk, naar
Bolzano. Naar het Lago di Caldaro.
Alles was wennen: de taal, de warmte, de verplichte siësta’s. Daar heb ik
verder geen slechte herinneringen aan.
Een volgende keer gingen we naar Toscane. Op een camping in Marina die Massa
kregen we een plek toegewezen waar kennelijk een type Romafamilie recht op
meende te hebben en ons uit onze slaap hield en wachtte tot we zouden
vertrekken.
Nu, dat deden we snel. Ik begrijp nog steeds niet waarom wij die plek
toegewezen hebben gekregen.
Panne met de auto en een garage die ons niet wilde helpen omdat het siësta tijd
was en we maar moesten zien hoe we in dat loeihete industriegebied onze tijd
doorbrachten met drie kleine kinderen.
Later een oude pompbediende die ons onder dreigende blikken nieuwe
ruitenwissers en nieuwe banden probeerden aan te smeren.
Een parkeerwachter in Venetië die ons een plek wees bleek ook al niet
betrouwbaar en werd door de carabinieri gesommeerd zijn activiteiten te
stoppen.
Gelukkig verliep die dag verder prettig en natuurlijk hebben we een
gondelreisje gemaakt tegen woekerprijzen. Herinneringen zijn tenslotte
waardevoller dan die pegels.
Nee, voor ons was het een maffialand.
Later is dat wel veranderd. De camping bij Livorno waar we s
’avonds tegen sluitingstijd aankwamen en we even vriendelijk nog een plekje
kregen.
S ’morgens zagen we mensen met kinderen, beladen met strandspullen voorbij
komen. We zijn ze, nieuwsgierig als we waren, gevolgd en wat bleek: het was een
camping aan het strand met een eigen bewaakt stukje. We lieten tijdens de siësta
en s ‘avonds gewoon onze spullen op het strand liggen. Niemand die ze meenam.
We hebben er een heerlijke vakantie gehad ondanks het vele stof, met bezoeken
aan Florence, Siena, Pisa en Carrara.
Ook zoiets wonderlijks wanneer je over zo’n marmerberg loopt. Het Carrara marmer
is wereldberoemd maar daar is het niets bijzonders wanneer het zo onder je schoenen
knarst.
We hebben toch maar wat brokken mee genomen naar huis.
Nog weer later een keer naar Rome met vier kinderen. Ik had
een camping gezocht in Ladispoli met een treinstation zodat we gemakkelijk Rome
in konden. Maar mijnheer Cathy vond dat maar gedoe en reed met auto en ons Rome
in; de borden ‘Centro’ volgend.
Vlakbij de muren van Vaticaanstad was een vrij parkeerplekje waar we dankbaar
gebruik van maakte.
Onze jongste was toen vijf jaar en was onder de indruk van het St Pietersplein
en met een grote zucht waar verlangen uitsprak zei hij: ‘wat kun je hier lekker
skeeleren!’
Helaas was ik niet kuis genoeg gekleed om de St Pieter in te gaan en hebben de
oudste twee de filmcamera daarbinnen flink rondgedraaid.
Rome uit en terug naar de camping was een ander verhaal in die tijd. We kwamen
er maar niet uit ondanks mijn vragen in het Italiaans die ik nog snel van een
Teleac cursus had opgeslagen. De vragen stellen ging wel maar die antwoorden hè….in
dat snelle Italiaans.
We hadden zo ongeveer alle buitenwijken van Rome gezien toen we hebben besloten
om als Indianen op de zon te gaan rijden. Die stond al aardig westelijk en Ladispoli
lag in het westen dusss…….en jawel, dat lukte. Pffft.
Zonder kinderen zijn we nog een paar keer in Rome geweest en
heb ik de St Pieter met eigen ogen bekeken.
Vier jaar geleden naar Ravenna en nu een week van onze vakantiemaand naar Florence. Vlakbij onze
belommerde camping was een bushalte en kwamen we gemakkelijk en zonder stress
in de stad.
In juni heb je het voordeel dat overal de geur van de bloeiende Toscaanse
jasmijn hangt waarmee je zelfs in slaap valt. Hoe heerlijk wil je het hebben in
je tentje dat s ‘avonds weer zo gemakkelijk afkoelt? Want warm was het weer.
Ook al staat er nog het één en ander op mijn verlanglijstje
voor Italië zoals Sicilië, Sardinië, de Amalfikust en de ‘hiel’ van de laars; toch
vinden we Frankrijk als vakantieland prettiger. Wellicht omdat we er veel vaker
zijn geweest en het dus vertrouwder is geworden. De snelwegen zijn al
aangenamer. In Italië zijn er hele stukken met een hoge vangrail waardoor je
net niets ziet van de omgeving.
Ach, wie weet waar de toekomst ons nog brengt. En zo niet……dan hebben we vele
goede herinneringen en wie van zijn/haar herinneringen weet te genieten leeft
dubbel.
zaterdag 28 november 2015
Hannah Arendt, de studie 3
Volgens Plato is het de behoefte om de verwondering en bewondering (pathos)van deze kosmos te concretiseren.
Volgens Kant komt het door de behoefte om de grenzen van de kennis te overstijgen; volgens Hegel om verzoend te raken met de loop der dingen en volgens Hannah/ de moderne filosofie om te zoeken naar betekenis. (p 214)
Waarbij ik mij dan afvraag of het zoeken naar betekenis niet een terrein is van de theologie of op zijn minst daaraan grenst. Het is dan wel weer zo dat de theologie helaas terrein verliest en dat ‘moet’ kennelijk worden opgevuld.
Ik denk bijvoorbeeld aan ‘religie voor atheïsten’ van de Botton .
Hannah noemt nergens de theologie, het zoeken naar betekenis wordt opgevuld door o.a. de filosofie, literatuur/ poëzie en de ‘denkdingen’ van de beeldende kunst. Al deze takken ontspringen aan het denken.
Door na te denken wát ons aan het denken zet zoeken we naar manieren om het denkende ego ter verleiden om zich te vertonen. (p215) Om grip te krijgen zoek Hannah naar een model en vindt dat in Socrates, de zuiverste denker van het Avondland (het Westen) omdat hij niets heeft opgeschreven.
‘Want wie vanuit het denken begint te schrijven, moet onvermijdelijk lijken op mensen die tegen een al te sterke rukwind beschutting zoeken.’
Wel Hannah, dan geven we elkaar maar de hand. *grinnik*
Ergens op dit blog heb ik haar geciteerd: "Ich muss verstehen. Bei diesem verstehen gehört bei mir auch das schreiben. Das schreiben ist noch in dem vertehen's prozess."
Dat lijkt mij iets anders dan beschutting zoeken.
Socrates is voor haar de ultieme denker, die niets anders deed dan wat elke mens zou moeten doen. Hij was de horzel, hij wist te prikkelen, hij was een vroedvrouw omdat hij wist hoe hij anderen van hun gedachten moest verlossen maar zelf onvruchtbaar was en, wetende dat hij niets wist was hij niet van plan om zich daarbij neer te leggen. Maar Socrates besefte dat het denken eindigde in ‘radeloosheid’, in aporie. Tegen een muur.
In deze tijd is dat de – postmoderne- twijfel, maar deze houdt je wel wakker en voorkomt dat je verzandt in het automatisme van het alledaagse.
Daarom is denken gevaarlijk wanneer het alle doctrines opnieuw onderzoekt, oude waarden omkeert. Mensen houden daar niet zo van.
Maar niet denken is nog gevaarlijker. Hannah grijpt dan terug naar Nazi Duitsland waar waardevolle morele waarden werden omgekeerd. Dat gebeurde niet plotseling maar heel langzaam en de meesten ging mee.
Zoals – denk ik - het kokende kikkerssyndroom. Wat trouwens een mythe blijkt te zijn. Kikkers springen wel degelijk uit de pan wanneer het hun te heet onder de pootjes wordt. Maar het beeld maakt wel iets duidelijk.
Ik denk dat in onze tijd de bankencrisis op deze manier kon ontstaan.
Vragen stellen opent de semantische speelruimte, de pluraliteit, terwijl antwoorden deze ruimte sluiten. Wanneer dat teveel gebeurt verandert de wereld in totalitarisme.
We ‘moeten’ dus onze vragen blijven stellen, de ruimte openhouden. Ook al leidt het misschien nergens toe.
(Dan weet ik nu alvast dat er geen antwoorden van haar zullen komen in de rest van haar boek.)
In de zoektocht naar betekenis komt Hannah uit bij de liefde, de Eros. Het denken is een soort van verlangende liefde en richt zich op schoonheid, rechtvaardigheid, wijsheid enzovoort
Lelijkheid is een gebrek aan schoonheid, kwaad is een gebrek aan goedheid enz. en hebben daarom geen eigen wortels. Negatieve begrippen worden door het denken herleid tot betekenisloosheid.
Even terug naar de twijfel. De twijfel is leidend bij de mens die op zoek is naar bestaanszekerheid. Die twijfel is geen ‘pathos’(verwondering/bewondering)zoals bij de oude Grieken. De mens wil vaste grond onder de voeten, een vast fundament. Het moderne denken is rationeel, altijd op zoek naar wat betrouwbaar en vooral beheersbaar is.
Daaruit is de vraag van Leibniz ontstaan: ‘Waarom is er iets en niet veeleer niets?’
Voor Leibniz was de ultieme grond: ‘God’.
Ook Aristoteles kwam hier eerder op uit: ‘de Onbewogen Beweger’.
Zelf noem ik Hem als het zo uitkomt altijd de ‘Bewogen Beweger’ en kan ik op het nodige commentaar rekenen.
Kant ging een stapje verder en vroeg zich af in ‘de kritiek van de zuivere rede’ waar God dan vandaan kwam en sloeg theoretisch de verschijningsgrond voor al wat bestaat als bodem onder de filosofische bouwwerken vandaan.
Zo kan Hannah schrijven over ‘de metafysische misvatting van de twee wereldentheorie’ omdat datgene wat verschijnt (de fenomenale wereld) niet minder waard zou zijn dan hetgeen niet aan ons verschijnt; de vroegere ideeënwereld van Plato en de, voor mij, Goddelijke wereld. Zij houdt daar gewoon geen rekening meer mee.
Zij spreekt ook wel over twee werelden, maar dan de fenomenale en noumenale (het zijn, de gedachtewereld).
Nog iets opmerkelijks:
In het Griekse denken is de kosmos het Zijn, het Ene. Naar dit onvergankelijke moet de sterfelijke mens geest (nous) met zijn/haar denken zich richten.
In het Christendom is het omgedraaid: de kosmos komt op een goede dag ten einde en de mens wordt onsterfelijk door geloven.
Disclaimer: dit blogbericht gaat niet alleen over haar boek maar ook over hetgeen in de lessen wordt besproken en waarvan ik voor mezelf een samenhangend geheel probeer te maken.
dinsdag 3 januari 2017
Woorden van Christus
Michel Henry was een Franse filosoof en schrijver. Hij overleed in 2002 vlak voor dit boek uitkwam.
Een fenomenologische filosoof. Pas op latere leeftijd kreeg hij interesse in het Christendom. Zijn laatste drie boeken gaan daarover.
Dat heb ik uit deze studie.
Op een fenomenologische manier heeft hij de teksten van Jezus uit de Bijbel gelezen en geïnterpreteerd. Jezus was God én mens. Hoe kan dat? Hoe betrouwbaar is dat? En dat impliceert dat Zijn woorden Goddelijk en menselijk waren/zijn. Hoe kunnen we dat te weten komen.
Dat legt hij allemaal uit. Best wel taal-toegankelijk maar het is lezen en herlezen en weer lezen om te begrijpen wat hij bedoelt.
Zijn denken wordt bepaald door één vraag: wat is léven? Wat betekent dat fenomenologisch, want Henry blijft filosoof en geen theoloog. Het leven is de openbaring aan zichzelf. Het is een fenomenologie met gesloten ogen. Van datgene wat zichzelf ervaart. Van immanentie. Van ‘het bij zichzelf blijven’ (p123) en ‘het spreekt een taal waarvan alle eigenschappen zijn bepaald door de eigenschappen waarmee het leven zelf spreekt’. (p 124)
Deze taal van het leven is het Woord waarin God spreekt.
In het biologische leven, het uitwendige, zit geen kwaad. Want daar zit niets ‘menselijks’ in. Dat zit in het hart. Daar zitten de intenties en verlangens, ook bijvoorbeeld hebzucht en moordzucht. De ethiek van Jezus richt zich daarop.
Die ethiek zet de wereldse 'condition humaine' op zijn kop. Het menselijk hart (het vlees) is het principe van die condition humaine. En daarin schuilt het kwaad, onreinheid. Voedsel kan dus bijvoorbeeld niet meer onrein zijn.
De wereld is het zichtbare en het leven het onzichtbare. Menselijk leven is zelfs meer waard dan dat van de vogels en bloemen op het veld. Waarom reikt de mens dan naar datgene wat in de wereld is? Hij devalueert zichzelf daarmee.
Ook wanneer je de mens ondergeschikt maakt aan wetten devalueer je de mens. ‘De sabbat is er voor de mens; de mens niet voor de sabbat’.
Terwijl mens zijn, léven is en leven God.
‘Wij weten wat God is omdat wij levende mensen zijn en omdat er geen levend mens is zonder dat hij in zichzelf het leven heeft, niet als een hem onbekend geheim maar als precies dat wat hijzelf zonder ophouden voelt, als dat waarin hij zichzelf gewaarwordt, als zijn eigen wezen en zijn eigen werkelijkheid.’
Hij spreekt over de taal van de wereld en de taal van het leven. Bij dat laatste denk ik dat wij dat de ‘geloofstaal’ noemen en te maken heeft met de bevinding/ervaring.
De ‘wereldtaal’ kan geloofwaardig overkomen maar hoeft dat niet te zijn terwijl wij in onszelf het leven voelen en ervaren, iets wat we onszelf niet hebben gegeven maar waarvan we weten dat het er is. Dat is het Woord in ons en is God en is Waarheid; kan niet liegen.
Taal op basis daarvan is de levenstaal. Het luisteren naar dat Woord is ieder mens gegeven maar niet iedereen wil of doet dat. Of raakt geïrriteerd of gaat de discussie aan. Zie gelijkenis van de Zaaier in Matt 13; Marcus 4; Lukas 8 die hij op zijn eigen wijze uitlegt.
Het verbaast mij ook niet dat hij het evangelie van Johannes zo vaak noemt. Het is het meest filosofische evangelie. Daar wordt gesproken over het Woord, de basis van alles (‘Er zij licht’)en dat Woord is in het menselijke vlees gekomen.
Nog even een uitstapje: Henry vindt Karl Marx één van de belangrijkste christelijke denkers. Daar kijk ik niet gek van op. Tijdens mijn middelbare school en de lessen geschiedenis die over Marx gingen kon ik ook niet anders concluderen. Iemand die pleitte voor het gelijk verdelen van alle geld en goederen…dat was een uitermate christelijke-doe-gedachte.
Maar, zo kwam ik zelf tot de conclusie, vanwege de zondigheid in de mens, zijn hebzucht en machtswellust zou dit nooit haalbaar zijn en gedoemd te mislukken. Jammer.
Dat is ook gebleken bij de val van het communisme.
Henry benadert Marx iets anders dan deze huisvrouw. Volgens Hernry die twee boeken over Karl Marx schreef had Marx kennelijk ook door dat het kapitalisme een systeem is waarin de mens nog slechts uitgedrukt wordt in geld. Het leven als ervaring is eruit geweken.
"To be born is not to come into the world. To be born is to come into life."
Een quote uit een ander boek van hem: ”I Am the Truth. Toward a Philosophy of Christianity”. Het past ook bij dit boek.
maandag 19 september 2016
De brand van Rome
Eerder las ik ‘het Rama- document’ en dat boeide mij.
Ook dit boek is spannend en geschreven vanuit het perspectief van de burgemeester van Rome in de tijd van keizer Nero. Deze Flavius Sabinus is twee keer door Nero aangesteld als ‘stadsprefect’.
Zijn broer Vespasianus werd na Nero, Galba, Otho en Vitellius keizer van het Romeinse rijk. Die laatste drie regeerden zeer kort.
Nero is bekend om zijn wreedheid, niet in het minst ten opzichte van de christenen die hij de schuld in de schoenen schuift van de brand van Rome in het jaar 64.
De feiten die Maier noemt zijn betrouwbaar en worden verantwoord achter in het boek.
Veel heeft hij van de oude geschiedschrijvers Tacitus, Suetonius en Flavius Josephus.
Om de feiten heen heeft hij het verhaal gesponnen wat heel goed zo gebeurd zou kunnen zijn.
Petrus en Paulus wandelen ook nog binnen. Het is onbegrijpelijk dat Paulus zich ooit heeft beroepen op keizer Nero. Een gruwelijke moordenaar. Maar veel werd in het begin van zijn regeren onder de pet gehouden. Toen echter Seneca en Burrus, twee belangrijke raadsmannen, hun grip verloren op Nero was het hek van de dam en werden er complotten gesmeed om Nero om t brengen.
Wat ik niet wist is dat Nero zich meer kunstenaar dan staatsman voelde. Hoe dramatisch.
Bij zijn dood sprak hij volgens Suetonius: ‘Een groot kunstenaar gaat met mij verloren!’
Uit de Annalen 15.44 van Tacitus, vertaald door Ben Bijnsdorp het stukje over de christenen:
15.44.2. Maar noch door menselijke middelen, noch door schenkingen van de keizer of verzoeningsdiensten voor de goden kon de schande weggenomen worden dat men geloofde dat de brand op bevel was aangestoken. Derhalve heeft Nero, om dit gerucht radicaal uit de weg te ruimen schuldigen verzonnen en met de meest geraffineerde straffen laten boeten; dat waren degenen die, gehaat om hun schanddaden, het volk 'Christenen' noemde.
15.44.3. De man aan wie deze naam ontleend is, Christus, was onder de regering van Tiberius door de landvoogd Pontius Pilatus ter dood gebracht en, hoewel dit verwerpelijke bijgeloof voor het moment onderdrukt was stak het toch weer de kop op, niet alleen in Judea, de bakermat van dit kwaad, maar ook in de stad, waarheen nu eenmaal van alle kanten alle afschuwelijks of schaamteloosheid bijeenkomt en in ere gehouden wordt.
15.44.4. Zodoende zijn eerst degenen die er voor uit kwamen gevangen genomen, vervolgens op hun aanwijzingen een zeer grote menigte die in staat van beschuldiging gesteld werd, niet zozeer aan het aanstichten van de brand als wel aan haat jegens de mensheid. En men bespotte hen bij hun dood door ze, bekleed met de huiden van wilde dieren, om te laten komen, verscheurd door honden of aan het kruis genageld ofwel moesten ze, voor de vuurdood bestemd, bij het vallen van de avond dienen tot verlichting bij nacht.
15.44.5. Nero had zijn eigen tuinen voor dit schouwspel aangeboden en bood circusspelen aan terwijl hij zich in de uitdossing van een wagenmenner mengde onder het volk of werkelijk op een wagen plaats nam. Als gevolg hiervan kwam er medelijden op voor hen die dan wel schuldig waren en de meest ongehoorde straffen verdiend hadden maar die, zo vond men, niet aan het belang van de staat geofferd werden maar aan de wreedheid van deze man.
zaterdag 17 maart 2018
John Locke
We zijn zo’n gezellig tolerant landje. Dat meen ik echt. Het is fijn wanneer (vervolgde) mensen hier een plekje weten te vinden.
Empirisme: wat kan er proefondervindelijk, uit de ervaring, uit de zintuigen begrepen worden. Dit in tegenstelling tot het Rationalisme dat het verstand als belangrijkste kenbron heeft. Verder hebben die twee best veel raakvlakken.
Natuurlijk laat Locke zijn verstand niet bepaald ongebruikt maar hij heeft zo zijn reserves bij de mogelijkheden van het verstand. Daarom noemt hij zijn eerst werk: ‘An Essay concerning Human Understanding’. (1689)
Voor welke dingen is ons verstand geschikt en voor welke niet. De kentheorie.
Je komt ter wereld als een onbeschreven blad, een ‘tabula rasa’ en dat wordt gevuld met ideeën. Locke gelooft niet in Platoonse en Cartesiaanse aangeboren ideeën of principes. Hierin volgt hij Aristoteles.
Alle prikkels uit de buitenwereld gaan via de zintuigen van de mens en worden ‘verbouwd’ tot ideeën en op die manier worden we ons bewust en krijgen we een algemeen begrip van de dingen om ons heen. Gewaarwording en reflectie. ‘Ideas of Sensation’ en ‘Ideas of Reflection’.
Dan begint het indelen:
Er zijn enkelvoudige en complexe ideeën en primaire en secundaire kwaliteiten.
Enkelvoudige ideeën zijn ideeën die niet verder kunnen worden onderverdeeld. Bijvoorbeeld ‘geel’.
Complexe ideeën zijn combinaties van enkelvoudige ideeën en onder te verdelen in ideeën van substanties, modes en relaties.
Substanties zijn ideeën, materieel of immaterieel uit de buitenwereld. We kunnen ze inventariseren maar de essentie van een substantie niet echt kennen.
Een ‘real essence’ is wat iets maakt wat het is en wat we niet echt kunnen kennen en een ‘nominal essence’ is een abstract idee dat we daarvan maken en zijn dus cultuurafhankelijk.
Dit is even heel kort gezegd maar anders snap ik het niet meer.
‘Modes’ zijn complexe ideeën over kwaliteiten die afhankelijk zijn van hun bestaan. We kunnen er kennis van hebben. Bijvoorbeeld driehoek, moord, diefstal, dankbaarheid. Ze bestaan niet op zichzelf maar zijn afhankelijke van onze definities. En op deze definities kunnen we verder bouwen of dat nu binnen de wiskunde is of de moraal.
Dan heb je ook nog ‘mixed modes’ maar dat vind ik wel best.
Later in zijn essay schrijft hij dat intuïtieve kennis het meest betrouwbaar is. Maar dat komt dan voort uit ons kenvermogen.
Primaire kwaliteiten zijn de objectief waar te nemen kenmerken van dingen. En Secundaire kwaliteiten zijn de eigenschappen die samenhangen met het subject (persoon) zoals smaak, geur en kleur maar hebben het vermogen om primaire kwaliteiten op te wekken.
Op deze manier denken geeft de mogelijkheden om te meten en een onderzoeksprogramma op te stellen…het begin van de moderne natuurwetenschap. Hij schept kaders.
Daarop wordt vrolijk verder gebouwd – positief of negatief - door bijvoorbeeld Georg Berkeley, David Hume en John Stuart Mill.
Ook op politiek terrein heeft Locke veel nagedacht en geschreven maar daar hebben we het niet over gehad.
Hoe zit het met deze filosoof en God?
Daar heb ik slechts zijdelings iets over gehoord dus ben ik zelf maar op onderzoek uit gegaan
Hij schreef namelijk in 1685 een ‘Epistola de Tolerantia’ als reactie op de burgeroorlogen en massale religieuze vervolgingen die in Europa waren losgebarsten als gevolg van de Reformatie en later door het herroepen van het edict van Nantes door Lodewijk de Veertiende.
De kern van Lockes gedachtegang is dat het geloof door geen enkele uitwendige macht afgedwongen kan en mag worden.
Dit was niet echt nieuw maar hij werkte het argument verder uit en liet zien dat gewetensvrijheid ook godsdienstvrijheid impliceerde. Het hoort bij het begrip tolerantie dat mensen hun geloof in het openbaar kunnen uitdragen, mits de gemeenschap van gelovigen zich aan de landelijke wetten houdt.
Alleen voor atheïsme was geen plaats. Want als God en het hiernamaals zouden wegvallen zou dat op termijn de politieke orde ondermijnen.
De mens is geschapen in een natuurstaat naar Gods beeld en is begiftigd met rede en een geweten.
Hoe hij dat combineert met ‘tabula rasa’ begrijp ik niet en ook wel wonderlijk dat Locke ervan overtuigd is dat onze zintuigen het enige medium zijn tussen onszelf en de werkelijkheid en toch in God gelooft.
Volgens ‘Oriëntatie in de filosofie’ van Prof. Dr. Gijsbert van der Brink heeft Locke in zijn latere leven nog commentaren geschreven op de brieven van Paulus.
Jammer dat in onze gezindte filosofie niet populair is. Wie weet hoeveel interessants hij nog bedacht heeft wat niet paste in de voorgekauwde kennis van de kerk.
Isaac Newton vond tenslotte ook iets interessants in 1 Joh 5:7 en 1 Tim 3:16.
Op een dag moet ik de filosofen toch maar eens zelf gaan lezen.
Op Lucepedia heb ik nog iets kunnen vinden en er staat een heel ‘lockeproject’ op het wereldwijdeweb van onze docent waar je een tekst kunt aanklikken bij 'Texts' en ‘List with scriptural passages (1695-1697)’
Disclaimer: Mijn schrijfsels zijn niet een exacte weergave van wat er op de Erasmus universiteit allemaal verteld wordt; ik denk graag zelf na en associeer er lustig op los. Dit is meer een poging om het gehoorde en gelezene enigszins voor mijzelf in overzichtelijke brokken samen te vatten.
zondag 4 oktober 2020
God is machtig, maar hoe?
In 1984 geschreven door Ds. P.B. Suurmond. (1921 – 2010)
Hoe ik aan dit tweedehands boekje komt weet ik niet meer maar ik ben wel altijd
geïnteresseerd in gedachtegangen over de verhouding kwaad/ lijden en de
voorzienigheid van God.
In het eerste deel zegt deze dominee ook gewoon wat hij denkt en waar hij
moeite mee heeft. Het tweede gedeelte lijkt op de ‘Pensées’ van Blaise Pascal.
Van welke ligging een dominee is maakt mij niet zoveel uit. Zelfs vrijzinnigen
kunnen soms vrij zinnige dingen zeggen.
Alles wat helpt om deze wereld beter te begrijpen is welkom.
Voor we de Bijbel opendoen weten we al hoe God moet zijn;
welke eigenschappen Hij moet hebben om het predicaat ‘God’ waardig te zijn en
daar gaan we al in de fout.
God is één en God is Liefde.
Zo vaak horen we: God is genadig maar ook…… vul maar in. Maar wij hebben geen
god met een Januskop. Daar moeten we vanaf want God is één.
Zelf heb ik ooit besloten dat je eigenlijk alleen kunt zeggen: ‘God is’.
Een Zijnde. Precies wat de naam JHWH zegt. Alles wat je meer over Hem zegt
beperkt Hem.
Suurmond gaat toch verder en zegt dat Hij liefde is. Eén/Liefde. Misschien zou
je dan ‘Licht’ ook nog wel toe kunnen voegen.
Jezus is God en God is Jezus. Dus wie Jezus heeft gezien die heeft de Vader
gezien.
Hoe Jezus kijkt, kijkt ook de Vader.
Jezus zegt ergens dat Zijn Vader meer is, maar dat wil niet zeggen dat Hij
anders is.
Voor Suurmond werd dit een hermeneutische sleutel om de Bijbel te lezen.
Ik denk dat daar wel iets inzit. Zelf nam ik Zijn bestáán altijd als
vaststaande zekerheid. De X in die leuke lange vergelijkingen op het wiskundebord
vroeger.
Met die gegeven X kon je hem oplossen. Zo kun je met de zekerheid van Zijn
bestaan de ‘vergelijkingen’ in het leven te lijf gaan. Liefde nu dus toevoegen.
Suurmond zat als kind en puber ook met die lastige vragen over de
voorzienigheid, de uitverkiezing en de verborgen en geopenbaarde wil van God en
zijn ondoorgrondelijkheid waarmee we alles kloppend kunnen krijgen om toch maar
vooral Zijn ‘eer’ hoog te houden. Alsof dat van ons moet afhangen.
Zijn gedachten die hoger zijn dan de onze en dat je niet al te nieuwsgierig mag
zijn. Enzovoort.
De hele mikmak aan onbevredigende verklaringen herkende ik. (je zou toch
verwachten dat men eens wat bij leerde, maar nee, gelovigen houden kennelijk
graag vast aan verklaringen die voor henzelf een mensenleven voldoen.)
Zo besloot Suurmond als kind dat God een monster was die voor zijn eigen
plezier een verschrikkelijk toneelspel speelde met deze wereld en haar
bewoners.
Toch kwam hij ook niet los van Hem.
Dat kwam mede door de houding van zijn vader die hem gelijk gaf toen hij de
moed had om hierover te spreken.
Maar deze wijze vader voegde daar aan toe dat we dan toch ergens een fout maken
in onze gedachten omdat, wanneer God echt een monster was, Hij nooit naar deze
wereld zou zijn gekomen om aan een kruis heel deze wereld vast te houden.
Geheel vrijwillig, uit Liefde.
Zelf heb ik ook altijd het idee gehad dat we in de Liefde
het antwoord zouden vinden voor het grote waarom van dit tranendal. Maar ik kan
daar nooit goed handen en voeten aan geven laat staan woorden voor vinden om
het tot een logisch geheel te vlechten.
Wel had ik ook het idee dat God op de één of andere manier een deel van zijn
almacht had afgestaan omdat Hij bijvoorbeeld niet kan liegen. (Tit 1:2) en niet
Zichzelf verloochenen (2 Tim 2: 13) dus onveranderlijk is.
Zo is Hij betrouwbaar en niet wispelturig. Ik bedoel: wat zou het uitmaken
wanneer Hij, als de machtigste van al, wel zou liegen of zichzelf zou
verloochenen? Hij is aan ons geen verantwoording schuldig.
Maar Hij wil een relatie in liefde en vertrouwen. Het einddoel wil Hij bereiken via de wegen van
de liefde.
Uit liefde schiep Hij ( en daarmee bedoel ik de Drie-enige) deze aardkloot. Uit
liefde zette Hij daar bomen in. De boom des levens kan ik dan begrijpen; de
boom van kennis niet.
Suurmond schrijft dat gedwongen liefde geen liefde is. Dat ben ik wel met hem
eens maar toch…waarom niet meteen ‘liefdevolle hemelbewoners’ van ons gemaakt?
Waarom die gigantische omweg – zoals het Joodse volk – door een woestenij die
aarde of ruimte/tijd heet?
Uiteindelijk komt Suurmond er ook niet uit en blijft ook voor hem alles
raadselachtig. Hij zegt dan: ‘geloven is niet: je uit de raadselachtigheid
vandaan redeneren of rekenen, maar in die raadselachtigheid blijven zeggen: ‘en
toch…’
Ik denk dat je dat niet uit jezelf kunt. Dat wordt je gegeven. En ook het
waarom dáárvan blijft raadselachtig.
Dit boekje helpt mij wel om meer te focussen op die Liefde
van God. Te proberen om te kijken via Zijn ogen en op die manier gelijkvormig
te zijn aan Jezus zoals Paulus oproept in Rom. 8:29.
Take a look through My eyes
There are things in life you learn
And oh in time you'll see
It's out there somewhere
It's all waiting
If you keep believing
So don't run
Don't hide
It will be alright
You'll see
Trust me
I'll be there watching over you
Just take a look through my eyes
There's a better place somewhere out there
Just take a look through my eyes
Everything changes
You'll be amazed what you'll find
(There's a better place)
If you look through my eyes
There will be times on this journey
All you'll see is darkness
But out there somewhere
Daylight finds you
If you keep believing
So don't run
Don't hide
It will be alright
You'll see
Trust me
I'll be there watching over you
Phil Collins
zaterdag 26 februari 2022
De Grote Poort van Kiev
Een muziekstuk van Modest Moessorgski uit zijn
Schilderijententoonstelling. Deze muziek schreef hij naar aanleiding van de
schilderijen van Viktor Hartmann.
Met ons orkest hebben we ook wel eens delen gespeeld: het Baba Yaga en de grote
poort van Kiev.
Een machtig stuk met koraalachtige delen als einde van de tentoonstelling. Het
doet mij soms ook denken aan Ouverture 1812 van Tsjaikovski. Daarom hou ik van
die Russische componisten. Je hoort er het rijk historische verleden in terug.
Drie maal raden hoe ik daar nu op kom.
Het Russische leger heeft die ‘Grote Poort’ in een snel tempo bereikt. Het val
mij tegen van Poetin dat hij heeft doorgezet. En de retoriek die hij
gebruikt…..hij is door mijn mand gevallen.
Ik had stiekem toch wel respect voor hem. Grote leiders op deze wereld liegen
en bedriegen allemaal wanneer het hen zo uitkomt en hij moet een groot land
leiden, maar dit had ik niet verwacht.
Om in deze tijd, wanneer elk land er op uit is om onafhankelijk te worden, te proberen
om het grote Russische rijk zoals het vroeger was weer vorm te geven is een
utopie. Had Poetin mij eerst maar om raad gevraagd dan zou ik hem dat gezegd
hebben.
Misschien had Angela Merkel nog iets kunnen betekenen.
Al die demonstraties helpen ook geen fluit maar geeft mensen een idee dat ze
iets doen. Daar houden we van. Of al die sancties enig effect zullen hebben
is ook nog de vraag. Het bevriezen van de tegoeden van de ‘tsaar’ lijkt mij ook
een lachertje. Die heeft hij allang veilig gesteld. Zulke oorlogszuchtige stappen
bedenk je niet in een dronken bui. Hij is er al jaren mee bezig geweest.
Gesprekken met Erdogan en Xi Jinping enzo.
Rutger Bregman is ook geen profeet gebleken door te stellen
dat een conventionele oorlog er niet meer zou komen omdat dat te duur zouden
zijn.
En Nederland is er trots op dat ze Stinger luchtdoelrakketten hebben gestuurd
naar Oekraïne. Het wordt breed uitgemeten in het NOS journaal. Nog even en
Poetin staat op de Dam.
Of hij schiet een raketje af richting Pernis.
Eéntje is genoeg want de bommen liggen er al.
Nu stop ik met politiek geleuter want ik weet in deze tijd niet meer wat er nu
waar is en wat niet met al dat fake nieuws. Niets en niemand is meer te betrouwbaar.
Verdrietig is het allemaal wel. Hoeveel mensenlevens gaat
dit weer kosten? Zelfs de muziek heeft er onder te lijden. Valery Gergiev is
niet meer welkom wanneer hij geen afstand neemt van het handelen van zijn grote
vriend.
We wachten het af en bidden voor alle nabestaanden van de slachtoffers.
He’s got ev’rybody in His hands.
He’s got the whole World in His hands.
maandag 23 april 2012
de troop-leraar
Nu dan de troop-teacher......dat klinkt prettiger. Muzikaler.
Volgens het boek zelf een eigentijds spookverhaal. Ik vraag me af of de schrijver dat zelf zo genoemd heeft. Daar geloof ik eigenlijk niets van; bij de Engelse titels vind ik het niet.
Het geheim zit ook in de titel. Troop is een stijlfiguur (metafoor, metonymie, synecdoche, ironie) en als de hoofdpersoon, die een autobiografie wil schrijven al op de eerste pagina klaagt over ‘versterkingen, opgeworpen rond het gebied van diep verzonken herinneringen die het gegraaf weerstonden’ dan zou het duidelijk moeten zijn. Maar dat ontdek je achteraf.
Wel fascinerend hoe Potok denkt dat de menselijke geest kan kronkelen en oplossingen kan produceren om bij verdrongen herinneringen te komen.
Misschien weten psychiaters hier meer van.
Het ‘Warum’ speelt een belangrijke rol. Zijn er verbanden te leggen tussen allerlei gebeurtenissen? Voor in het boek is een fantasie van Schumann opgenomen met de titel ‘Warum’. Want troop in de muziek is een kenmerkende cadens aan het slot van een melodie. De troop-teacher is een eerste wereldoorlogsslachtoffer van joodse komaf die Benjamin Walter, de hoofdpersoon, de Thora moet leren voorlezen. Dat gebeurt op een heel zangerige manier en dat vergt oefening.
Langzaamaan ontdekt Benjamin een geheim wat beter verborgen had kunnen blijven en wat hem de rest van zijn leven blijft volgen. De buurvrouw Davita speelt een belangrijke rol in zijn leven of zoals ik denk: in zijn geest.
En de grote eiken in zijn tuin waar de bliksem inslaat blijken ook al niet betrouwbaar te zijn. Warum?
Zondermeer een fascinerend verhaal.