Ik droomde, dat ik langzaam leefde...
langzamer dan de oudste steen.
Het was verschrikkelijk: om mij heen
schoot alles op, schokte of beefde,
wat stil lijkt. 'k Zag de drang waarmee
de bomen zich uit de aarde wrongen
terwijl ze hees en hortend zongen;
terwijl de jaargetijden vlogen
verkleurende als regenbogen...
Ik zag de tremor van de zee,
zijn zwellen en weer haastig slinken,
zoals een grote keel kan drinken.
En dag en nacht van korte duur
vlammen en doven: flakkrend vuur.
- De wanhoop en welsprekendheid
in de gebaren van de dingen,
die anders star zijn; en hun dringen,
hun ademloze, wrede strijd...
Hoe kón ik dat niet eerder weten,
niet beter zien in vroeger tijd?
Hoe moet ik het weer ooit vergeten?
M. Vasalis (1909 - 1998)
Ik droomde dat ik pijlsnel leefde,
twaalf maal sneller dan het licht-
het was fantastisch. Om mij heen
stond alles stil, voorgoed bevroren
in volkomen relativiteit. Het voelde
als onsterfelijkheid; ik zag planeten
in hun baan bevriezen en kometen
vaart verliezen, slakkensporen
uit hun staarten, zag hoe zonlicht
aarde maakte als een straal
van vallend water.
Later toen ik het heelal
in elke richting had doorkruist
op de trilling van een snaar
en wetenschap en wichelaars
tot waanzin had gedreven
met een schier oneindig leven
dat voor hen geen uur besloeg,
wist ik de warme lentedag
waarop ik pas geboren was
nog lang genoeg voor 100.000 jaar
Ingmar Heytze (1970)
Heel vertrouwd en toch anders.
Zo ontdekte ik de variatie op het gedicht van Vasalis.
Dat vind ik wel humor hebben. De titel alleen al.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten