In het ND van 18 april een artikel over de doop. Al eeuwen heerst er een controverse m.b.t. dit onderwerp. Op de verschillende fora kunnen de emoties hoog oplopen wanneer dit onderwerp ter sprake komt: Kinderdoop of geloofsdoop. Nu wordt echter toenadering gezocht tussen verschillende kerken en na Pinksteren 2012 worden er verklaringen ondertekent om elkaars doop te erkennen. Dat is al heel wat. Zoals zo vaak nemen mensen vaak een of/of standpunt in terwijl ik denk dat het en/en is.
Kennelijk is het toch allemaal niet zo eenvoudig uit de Bijbel te destilleren als wordt gedacht.
Daarom word ik alleen nog maar witheet wanneer mensen mijn standpunt on-Bijbels vinden en mij beschuldigen van niet zorgvuldig of nauwkeurig lezen. Pas trouwens op wanneer mensen deze woorden gebruiken want dat impliceert dat zij de pretentie hebben het er beter vanaf te brengen. Alsof mensen die tot een andere mening zijn gekomen niet goed lezen en nadenken.
Over hoogmoed gesproken.
Voor beide dopen, de verbondsdoop en de geloofsdoop zijn heel goede argumenten aan te voeren. Er zijn echter ook veel in mijn ogen flutargumenten die regelmatig in de strijd worden geworpen. Zoals de ‘noodzaak’ tot onderdompeling: waarom zou de hoeveelheid water er toe doen? Het is en blijft toch een symbool? Totale onderdompeling is natuurlijk heel aansprekend maar wat mij betreft voor de zwakken in het geloof. Verder de strikte volgorde van onderwijzen, geloven en daarna dopen. Dat lijkt mij in zendingsgebieden heel logisch. Daar begin je niet met kinderen te dopen zoals de RK kerk gewoon was te doen.
Kinderdoop zou niet in de Bijbel voorkomen dus nee. Maar ik lees ook nergens over de doop van de twaalf discipelen. Waarom zou Jezus zelf eigenlijk niet gedoopt hebben?
In de Bijbel is de vader des huizes de verantwoordelijke persoon. Dat gold voor Adam, Abraham en noem maar op. Het hele huis stond onder zijn supervisie. Als de oproep naar Abraham komt om het mannelijke deel van zijn hele huis te besnijden als teken van het verbond dat God met Abraham sloot, dan horen alle mannen en kinderen daarbij. Zelfs de gekochten en de slaven die van een heel ander volk zijn. (Gen 17: 12, 13) Dat is bepaald niet bekrompen denken. Degene die dat niet wil verbreekt het verbond en kan vertrekken. Dus alles wat mannelijk was werd besneden en wat later aan het huis werd toegevoegd door geboorte of werd gekocht werd alsnog besneden. De jongensbaby’s op hun achtste dag.
In het NT betekent dat, in mijn simpele overtuiging, wanneer er staat dat een huis werd gedoopt, dat dan ook iedereen werd gedoopt. Vanwege het geloof van de verantwoordelijke persoon. Wat er later bijkwam door geboorte werd alsnog gedoopt. Daarom spreekt het doopformulier ook van de doop van kinderen van de gelovigen. Het is inclusief denken. Zie Hand 16; 31. Daardoor is het dopen van kinderen een recht en geen plicht.
In onze tijd denken we echter exclusief. Ieder is verantwoordelijk voor zichzelf maar waarom projecteren we dat dan terug op het NT?
Kortgeleden is bij ons een twaalfjarige jongen op eigen verzoek gedoopt. Dat was een prachtige, aangrijpende dienst. Was deze jongen nu te jong of te oud? Zou er een grens moeten zijn maar waar zou die grens dan moeten liggen?
Onze huidige predikant heeft over de doop een boekje geschreven. Met het schaamrood op de kaken moet ik bekennen dat ik het nog? niet heb gelezen.
Zwak punt in het doopformulier blijft voor mij de opmerking dat de doop in de plaats van de besnijdenis is gekomen. Zoals de besnijdenis een teken van het (oude) verbond is, zou de doop een teken van het nieuwe verbond zijn, maar volgens Lukas 22: 20 is de (avondmaals) beker het teken van het nieuwe verbond. Ik begrijp niet waarom dat bij het hertalen van het formulier niet is gecorrigeerd.
Volgens Petrus is het water van de doop een tegenbeeld van het vernietigende water van de zondvloed en een bede/wens van een goed geweten.
Maar dat is dan juist voor kinderen een prachtige bede/wens, lijkt mij.
Verder is de geloofsdoop natuurlijk wat directer, zoals bij de Ethiopiër die door Filippus werd gedoopt. Hij geloofde op basis van één Bijbelboek en dat was genoeg om gedoopt te worden.
In de brief aan Timotheüs (6: 12) echter prijst Paulus Timotheüs dat hij ‘een goede belijdenis heeft beleden tegenover vele getuigen’…..…geen woord over een doop. Paulus lijkt er zelfs ergens trots op te zijn dat hij er zo weinig heeft gedoopt. (1 Kor 1:14) Zou dat komen door de uitspraak van verschillende joden dat zij gedoopt zijn ‘in de doop van Johannes’? (Hand 19:3)
Dat het gecompliceerd ligt is ook op te maken uit Hebr 6:2 waar gesproken wordt over ‘de leer der dopen‘. Teruglezend in Hand 8: 16 en 19: 3 maken helder dat er verschillende manieren waren ondanks dat Efeze 4 : 5 spreekt over één doop.
Mijn conclusie: Er zijn verschillende manieren van denken en dopen, laten we die eenvoudigweg van elkaar erkennen.
Het wordt hoog tijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten