Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

donderdag 8 november 2018

Oktober



Teder en jong, als werd het voorjaar
maar lichter nog, want zonder vruchtbegin
met dunne mist tussen de gele blaren
zet stil het herfstgetijde in.

Ik voel alleen, dat ik bemin,
zoals een kind, iets jongs, iets ouds,
eind of begin? Iets zo vertrouwds
en zo van alle strijd ontheven,
maar als de lente van de dood.

De kruinen ijl, de stammen bloot
en dit in stilte door mist omgeven.

M. Vasalis (1909 – 1998),
uit: ‘verzamelde gedichten’


Vanwege de ‘Global Warming’ (?) zouden we boven dit gedicht ook gemakkelijk ‘November’ kunnen zetten.



dinsdag 6 november 2018

Vergevingsgezindheid


Na weer eens een discussie met medegelovigen over de mogelijkheid van alverzoening moet ik hier even stoom afblazen.
Ik ben slecht in de retorica. Gesprekken gaan te snel; ik heb meer tijd tussendoor nodig om na te denken. Steeds hoor ik van die ´niet-pluis´ dingen waar ik op in zou willen springen maar voor ik daar precies de vinger bij heb kunnen leggen is het gesprek al weer veel verder.

In de groep was iedereen tegen de alverzoening, want dat hoort zo in gereformeerde kringen maar voor mezelf wil ik de mogelijkheid open laten. Ik ben er nog steeds voorzichtig in.
Anderen zijn heel stellig en willen ook de mogelijkheid niet open laten want er moet ‘recht geschieden’.
Het was of ik Prof. Dr. A. van de Beek hoorde.
Steeds hoorde ik de gereformeerde theologische correctheid weerklinken terwijl er niet ingegaan werd op mijn vraag aan die persoon wat hij er nu zelf van vond wanneer iedereen naar de hemel zou gaan.
Voor mij heeft dat namelijk ook te maken met psychologie en vandaaruit je levenshouding. Maar op de een of ander manier kon ik dat niet overbrengen.
Stel dat elk mens in de laatste minuten voor hij/zij de laatste adem uitblaast in het reine komt met God dan komt iedereen in de hemel.
Dat is een theoretische mogelijkheid.

En wat is ‘recht’ vanuit de Goddelijke ogen? Is dat hetzelfde recht als vanuit menselijk perspectief?
Ik moest denken aan die gelijkenis waarin s ’morgens werklieden worden geronseld op de markt en s ’middag weer en s ‘avonds nog een keer en ze krijgen allemaal hetzelfde loon wat alleen met de eerste, vroegste groep duidelijk is gecommuniceerd. Hoe eerlijk is dat? (Matth. 20: 1-16)
De strekking van dit verhaal is volgens mij juist dat het Goddelijke recht anders werkt dan het menselijke recht wat, zeker buiten de rechtszaal, vaak gebaseerd is op onderbuikgevoel.
Jezus spreekt na die parabel de prachtige woorden:
‘Of is het mij niet geoorloofd met het mijne te doen wat ik wil? Of bent u afgunstig omdat ik goed ben?’

Daar zit ‘m volgens mij de kneep: wat zegt het over jezelf wanneer je maar blijft hameren op dat aambeeld van ‘er moet recht geschieden’?
Natuurlijk klinkt dat heel vroom wanneer het niet voor jezelf is maar voor al die wereldwijde slachtoffers die lijden onder onrecht. Ik begrijp dat dan ook wel.
Slachtoffers denken echter vaak anders; zeker wanneer ze het geloof hebben ontvangen. Dan zijn ze vergevingsgezinder en laten hierin iets zien van God.
Niet dat ik dat zou kunnen trouwens!
Maar zou het voor mij te gemakkelijk zijn om vanuit een riante positie te beweren dat de hemel voor iedereen bereikbaar is?
Ik heb geen onrecht meegemaakt of ik ben het vergeten en daardoor zal het niet zo indrukwekkend geweest zijn.
Het blijft moeilijke materie.

Had het anders gekund denk ik dan; ánders beschreven in de Bijbel en ook nog eens geschikt voor alle tijden en plaatsen?
Nee, vanwege onze verkeerde gerichtheid moeten er wel sancties volgen. Onze daden hebben consequenties. Dat moet wèl geleerd worden, juist om het hier nog een beetje leefbaar te houden.
Laten we die eeuwigheid toch maar aan God overlaten.
Ik heb er alle vertrouwen in dat Zijn recht zal geschieden.

donderdag 1 november 2018

Postkantoor



Geschreven door Charles Bukowski (1920 – 1994) in 1971. Een Amerikaans schrijver en dichter van Pools/ Duitse afkomst.
Dit was zijn debuut en autobiografisch. Ik las een digitale versie naar de derde druk uit 1988.
’ s’ Ochtends was het ochtend en ik leefde nog steeds. Misschien schrijf ik wel een roman, dacht ik. En dat deed ik toen.’

Wat vond ik ervan. Lastig, ik werd er depri van.
Wat is dit voor mensenleven. Is dit wel leven? Het zal in werkelijkheid wel iets anders zijn geweest maar afgaande op dit boek; afschuwelijk.
Zo doelloos, zinloos en nutteloos. 'Don't try'
Een leven dat bestaat uit slapen, werken, gokken, seks en drinken; gelardeerd met vloeken. (dus niet geschikt voor tere zielen)

Henry Chinaski, zijn alter ego, beschrijft zijn werkende periode bij een postkantoor zoals de titel al zegt. Hij is een beetje een dwarsligger en heeft het regelmatig aan de stok met zijn superieuren.
Vier à vijf vrouwen passeren in die tijd de revue.
Ik weet gewoon niet wat ik er meer over kan zeggen behalve dat het ook een aanklacht tegen de bureaucratie is.
Gelukkig zijn de mannen in mijn buurt niet zo. En als ze wel zo zijn ben ik blij dat ik dat niet merk. *grinnik*
Ik heb geen antenne om deze mijnheer te waarderen. Naar andere schrijfsels van hem ben ik niet nieuwsgierig.
Ik was nog wel even nieuwsgierig naar zijn dichterskwaliteiten. Op het wereldwijdeweb vond ik dit; in het Engels anders lijkt het helemaal nergens naar en niet compleet vanwege gedoe maar het geeft ook de sfeer van het boek weer:

100 million Chinese bugs on the stairway to
hell,
come drink with me
rub my back with me;
this filth-pitched room,
floor covered with yellow newspapers
3 weeks old; bottle caps, a red
pencil, a rip of
toilet paper, these odd bits of
broken things;
[…….]
in the morning there is blood on the sheet
from a broken sore upon my
back.
putting on a shirt that rips across my
back, rotten rag of a thing,
and putting on pants with a rip in the
crotch, I find in the mailbox
(along with other treats):
“Dear Mr. Bukowski:
Would like to see more of your poems for
possible inclusion in
—–Poetry Review.
How’s it going?”

vrijdag 26 oktober 2018

De verborgen geschiedenis van Courtillon



Geschreven door Charles Lewinsky (1946) in 2007. Vertaald in 2010 en las ik een digitale editie.
Eerder las ik van hem ‘Het lot van de familie Meijer’ en heb ik hem leren kennen als een aansprekende auteur die mij doet denken aan Philippe Claudel.

In dit boek gaat het over een Duitse docent Frans, die zichzelf heeft opgesloten in het dorpje Courtillon.
Vanuit zijn gezichtspunt wordt het boek geschreven en is het een vertelling aan een verloren geliefde waarvan hij hoopt dat ze nog eens terugkomt.
Het hele dorp met zijn inwoners en hun eigenaardigheden leer je via deze man kennen: Mademoiselle Milotte in haar rolstoel; het ‘rechtersechtpaar’ Brossard, Saint Jean met zijn vrouw Geneviève en dochter Elodie; madame Charbonnier met haar ‘gekke’ dochter Valentine.

Gedoe rond een grindafgraving waar de ene helft van het dorp vóór is en de andere helft tegen.
Dan is er nog iets met een vermoorde koerier uit WO2. En wat is er toch met die ‘kippenvrouw’?

Hoofdthema is denk ik: ‘Wat is waarheid’.
De geschiedenis die geschreven wordt door onder andere de overwinnaars, mensen met geld en macht die de geschiedenis naar hun hand zetten. Wanneer je maar lang genoeg volhoudt bij je eigen verhaal dan gaat iedereen het wel een keer geloven of laat het gebeuren.
En dat is wel fascinerend.
‘...pas achteraf, als alles voorbij is, geleefd en gestorven, kneden we de gebeurtenissen, geven we er vorm aan, vlechten we er broden en kransen van, beweren we dat het zo was omdat we bedacht hebben dat het zo geweest zou kunnen zijn.’
En: ‘een rond verhaal is te waardevol om het door de feiten te laten ondergraven.’

Hij kan gewoon goed schrijven en soms lees je psychologenvoer.
‘Wie andere mensen wil manipuleren. Moet hun (sic!) in de eerste plaats wijsmaken dat ze nodig zijn.’
En ik kwam Rilke weer tegen zoals in ‘Het grote verlangen’ van Moring: ‘Wie nu geen huis heeft, bouwt er geen meer.’

Lezende weg vind ik het leuk om die dingen te herkennen, maar wie weet over hoeveel van die stille verwijzingen ik gewoon heen lees.
Nog een leukigheidje: het boek begint met ‘De wereld is duizend passen lang’ en eindigt met ‘Duizend passen lang is de wereld’.
En een persoonlijk leukigheidje: de foto op de cover van het boek lijkt sprekend op een dorpje waar wij deze zomer zijn geweest. Het hele verhaal speelde zich voor mij daar af.





woensdag 24 oktober 2018

Boyan Slat


Al jaren volg ik deze jongeman (1994!) die de hersens en de moed heeft om iets te beginnen tegen al dat plastic wat in de oceanen ronddrijft en daar langzaamaan uit elkaar valt in zeer kleine deeltjes en die weer opgegeten worden door zeedieren. Of dat stukje zalm of gerookte makreel wat op mijn bord ligt dan nog wel zo gezond is; daar heb ik zo mijn twijfels over.
Er wordt al van alles gevonden in menselijke ontlasting.

Afgelopen zomer is zijn eerste ‘ocean clean-up’ van start gegaan.
Voordat regeringen zo ver zijn dat ze er iets gaan doen zijn wij allemaal van binnen al geplastificeerd.
Hebben we misschien op een andere manier dan gedacht, toch allemaal het eeuwige leven.

maandag 22 oktober 2018

God bestaat, er is bewijs


De KHMW-essaywedstrijd, die om het jaar wordt gehouden in samenwerking met het NRC is gewonnen door René van Woudenberg.
Van hem heb ik ‘Gelovend denken’; ‘Toeval en ontwerp in de wereld’ en ‘Er zijn geen dingen die niet bestaan’ gelezen.
Deze keer was de titel voor de essaywedstrijd: ‘Is er in de wetenschap ruimte voor religie?’

Op het snijvlak ‘wetenschap – religie’ zijn er veel mensen die ik volg, actief. Gewoon omdat het mij ook interesseert. En vooral de filosofische kant want ik ben geen geoloog, bioloog or whatever; gewoon een geïnteresseerde leek met een ‘academisch denkniveau’ volgens een paar geleerde heren. En dan maar hopen dat mijnheer Alzheimer mijn deur voorbij gaat.
De prijsuitreiking met voorafgaand een discussie tussen Ronald Plasterk, Heino Falcke en Mladen Popovic is helemaal vastgelegd en heb ik bekeken.

Jammer dat Plasterk dan weer met die ‘oude’ argumenten komt van de aardbeving van Lissabon (1755), geen postzegels verzamelen is geen hobby als argumenten tegen de bewering dat atheïsten ook ergens in geloven.
Kun je eigenlijk een daad: ‘postzegels verzamelen’ vergelijken met een levenshouding?
Of zijn dat weer eens die beruchte appels met peren? Hier schuurt volgens mij iets! Filosofenvoer.

In ieder geval: het essay van Rene van Woudenberg beschrijft de verschillende manieren waarop je deze vraag kunt lezen en weerlegt die.
Dan komt hij tot de prikkelende vraag: 'Is het niet irrationeel voor iemand die de wetenschap serieus neemt om in God te geloven?'
En: ‘Is er wetenschappelijk bewijs voor het bestaan van een God?’

Even kort en bondig: Als we ervan uitgaan dat er voor de Big Bang ook geen keiharde bewijzen zijn vergelijkbaar met wiskundige bewijzen, maar slechts een steeds sterker wordende waarschijnlijkheid wat we als wetenschappelijk bewijs zien dan kunnen we het bestaan van God ook ‘bewijzen’ naar aanleiding van de orde die in deze wereld en ver daarbuiten heerst. Een uitwerking van het antropische principe.

Nu staat in de krant van vrijdag (Trouw) een column van Bert Keizer (1947), die ik overigens zeer waardeer, over deze materie.
Hij is, net als ik ook onder de indruk van het betoog van Rene wat mede voortkomt uit het denken van Alvin Plantinga en verbaast zich over de geestelijk salto die de heren maken.
Maar hij schrijft als laatste zin: ‘Wacht, het was voor hen geen sprong, Plantinga en Woudenberg zijn gelovigen en hebben daar deze fascinerende redenering bij gevonden’.

Dat kwam een beetje oneerlijk op mij over; een steek onder water richting gelovigen.
Alsof wetenschappers geen hypotheses bedenken en daar bewijzen bij proberen te zoeken. Volgens mij is dat toch een aanvaardde manier van wetenschappelijk werken.
Gelovige filosofen zouden dat dan niet mogen doen?
We moeten zuinig zijn op mensen als René van Woudenberg en ook Emanuel Rutten.



Hier staat trouwens het winnende essay.







dinsdag 16 oktober 2018

Nieuw of vernieuwd?


Met een groep werken we door de boeken van C.S. Lewis (1898 - 1963) heen. De meeste had ik al wel gelezen. Op dit moment zijn we bezig in ´Onversneden Christendom´.

Een Lewiskenner bereidt het voor en per hoofdstuk bespreken we dat. De gesprekken waaieren soms enorm uit maar dat vindt niemand erg. Zo komt er heel veel aan bod.
Afgelopen keer kwamen we op het onderwerp van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.
Zou dat nu letterlijk zijn; wordt deze constellatie weggedaan of wordt hij vernieuwd?
Nu ik op dit moment de teksten er daadwerkelijk bij zoek:
Uit 2 Petrus 3: 7,10 en 12 zou je concluderen dat al het oude wordt weggedaan….
…en nu stuiter ik ook op heel tegenstrijdige vertalingen en hou ik het er op dat de HSV het hier mis heeft:

HSV (en SV en dus ook KJV): Maar de dag van Heere zal komen als een dief in de nacht. Dan zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan en de elementen* brandend vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen verbranden.
Naardense: De dag des Heren zal komen als een dief, en dan zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan en de elementen* brandend ontbonden worden, maar én de aarde én de werken op haar verricht zullen te vinden blijven.
NBV: De dag van de Heer zal komen als een dief. De hemelsferen zullen die dag met luid gedreun vergaan, de elementen* gaan in vlammen op, de aarde wordt blootgelegd en alles wat daarop gedaan is komt aan het licht.
Telos: Maar de dag van de Heer zal komen als een dief, waarop de hemelen met gedruis zullen voorbijgaan en de elementen* brandend vergaan en de aarde en de werken daarop zullen gevonden worden.

*grondbeginselen, eerste principes (zie ook Gal 4:3,9; Kol 2: 8,20) modern gezegd 'Items'
Wat je daar exact onder moet verstaan weet ik niet echt. Tot voor kort dacht ik de (Griekse) elementen aarde, water, wind en vuur. Maar hoe kan vuur brandend vergaan?

In ieder geval: in de gesprekken kwam naar voren dat God nooit iets ‘wegdoet’/ ‘weggooit’. Hij ‘verbouwt’ het altijd. De graankorrel die de grond ingaat sterft wel, maar geeft juist weer (meer) vrucht.
Behalve het kwaad, denk ik dan, dat zal vernietigd worden zoals ‘Amalek’ als verpersoonlijking van het kwaad in Num 24:20.
Maar dat is een abstract begrip.

Heel lang heb ik mij afgevraagd waarom God is doorgegaan met die twee gevallen mensen in het paradijs: Adam en Eva. Was het niet veel wijzer geweest om na de zondenval die twee te laten verdwijnen en met twee anderen de heilsgeschiedenis opnieuw te laten beginnen?
Geen haan zou er naar gekraaid hebben, ondanks dat ze er al waren en zou dat niet onnoemelijk veel ellende hebben bespaard?
Maar:
God is met zeer goede wezens, als Adam en Eva waren, een relatie aangegaan, een verbond. Zij kregen een bepaalde zelfstandigheid. Dat was een verschil met de rest van de schepping. Over die rest gaat het bij de ‘nieuwe hemel en nieuwe aarde’.
Als een volmaakt wezen iets goeds maakt, zeer goed zelfs, dan kan dat niet zomaar weggedaan worden. Dat zou indruisen tegen Zijn Wezen.
Zomaar weg doen zonder meer, zou betekenen dat het niet goed is geweest. En een volmaakt Wezen kan niet iets maken wat niet goed is en wat weg gedaan moet worden.

Zo zal de aarde ook niet weggedaan worden, daar ben ik nu van overtuigd. Bij de zondvloed niet en ook niet bij het einde van de dimensie tijd.
Wel zal zij op de één of andere manier ‘verbouwd’ worden en tot volmaaktheid gebracht. En misschien krijgt een vernieuwde mensheid die opdracht wel.
Dat die vernieuwing van de mens cruciaal is zal iedereen het met mij eens zijn. Anders vernaggelen we die vernieuwde aarde weer.
De aarde bleef en blijft, het kwaad en alles wat daarmee samenhangt zal verdwijnen.
Voor eeuwig en dat is toch echt altijd.












30-10-2018:

mijn studiebijbel die ik had uitgeleend heb ik weer terug en daarin staat bij dit vers dat er door geleerden is gedebatteerd over dit vers. (2 Petrus 3:10) Verschillende handschriften gebruiken ook verschillende woorden.
Helaas is er geen conclusie.
Dus blijf ik bij mijn overtuiging dat de aarde niet wordt vernietigd maar tot volmaaktheid wordt gebracht.