Geschreven door Lev Tolstoj (1828 – 1910) ergens in 1888.
Eerder las ik ‘de Opstanding’ en ‘de dood van Ivan Iljitsj’ en ooit natuurlijk ‘Oorlog en Vrede’ en ‘Anna Karenina’.
Waarom de titel vertaald is met de Kreutzersonate snap ik niet.
Beter was geweest zoals, volgens mij, de oorspronkelijke titel: ´Kreutzersonate´.
De sonate is door Beethoven geschreven voor een vriend maar, - en daar zit ´m volgens mij de crux, - met gelijke partijen voor viool en piano. Althans volgens mijn aantekeningen van mijn colleges Kruisbestuiving, maar volgens Wiki is de pianopartij prominenter aanwezig.
Wanneer ik zelf luister vind ik dat lastig te beoordelen.
Hoe zit het met betrekking tot het boek?
Het verhaal gaat over een gesprek in de trein. Pozdnysjev vertelt over zichzelf, zijn huwelijk en moord op zijn vrouw aan een ik-persoon. Een verhaal in een verhaal.
Het is een lang verhaal en dus een lange reis.
Tegelijkertijd zat ik mij af te vragen of het misschien een typisch westerse wens is om alles zo exact te willen laten kloppen. Ik herinner me nog uit Dostojewski’s: ‘de gebroeders Karamazov’ dat of Aljosja of starets Zosima, dat weet ik niet meer, zoveel reisde en gesprekken voerde op één ochtend dat ik me zat te realiseren dat zoiets praktisch gezien niet mogelijk was.
Waarom vinden wij hier in het westen dat wel belangrijk? En lopen we daarom ook zo vast in de (oosterse) Bijbelse verhalen dat, wanneer we die letterlijk lezen, niet kloppend kunnen krijgen en dan ons verstand maar geweld aan doen want God zegt het nu eenmaal zo en dan klopt het?
Vind ik het erg wanneer er dingen niet kloppen in boeken die bekend staan als ‘wereldliteratuur’?
Ja, mijn westerse brein merkt het op maar ik heb inmiddels wel geleerd om naar de diepere lagen te zoeken en het ‘frame’ te laten voor wat het is.
Zo heb ik zelf kort geleden, bij een workshop schrijven een kort verhaal geschreven over een dirigent die tijdens een orkestrepetitie nadenkt over een paar grote vragen van het leven. Ik denk dat het in de praktijk niet op die manier voorkomt, maar het was voor mij toen een manier om te framen, te kaderen en hij dirigeert het laatste deel van Tsajkovski's 'Pathétique ' wat ook een beetje een functie heeft. Dat stuk duurt ongeveer negen minuten, maar in het verhaal beslaat het de tijdsduur tot een pauze.
Dat kader kan trouwens heel mooi zijn zoals in deze Kreutzersonate maar het gaat ten diepste over de man-vrouw verhoudingen in en om het huwelijk, jaloezie en de gevolgen wanneer je het beest in jezelf loslaat.
Kreutzersonate gaat over de wisselwerking tussen man en vrouw, maar ook over de vrouw van Pozdnysjev die met Troechatsjevski, een violist, deze sonate instudeert om hem ten gehore te brengen.
Zij bespeelt dus de piano en wanneer die toch een prominentere rol zou hebben dan klopt dat trouwens wel met het verhaal. Denk ik.
Op een bepaalde manier is er gelijkwaardigheid tussen de echtlieden maar die bestaat niet in de geest van Pozdnysjev en daar kan hij niet mee omgaan.
In het begin van het verhaal schijft Tolstoj ergens: ‘Maar u kent immers,’ begon hij opnieuw, terwijl hij de thee en de suiker in zijn reistas borg, ‘de vrouwenheerschappij waar de wereld onder zucht; daar komt dat alles uit voort.’
Dat legt hij dan verder uit want ook zijn toehoorder begrijpt dat niet.
Fascinerend verhaal.