Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

dinsdag 30 april 2013

Koningin en Koning

Op deze dag die, op welke manier dan ook, de geschiedenisboekjes zal halen een gedicht uit het Nederlands Dagblad:

Koningin

Op prinsen niet vertrouwen – vertel u wat. Ze werden van
uw zijde weggerukt. Uw jaren waren hard van pijn. U voelde
wat u meer was dan vorstin: beminde, moeder. En nu?

Wie zal uw koning zijn?

Uw zoon? Maar hoe zal ooit uw zoon uw vader zijn, uw
toren en uw toevlucht? U zult straks eenzaam zijn, en
niet alleen. Prinses, wij vouwen onze handen om u heen.



Koning

Op prinsen niet vertrouwen – vertel u wat. “Voorzichtig
met mijn broer, anders moet ík nog koning worden…”
Nu is het dan zo ver. De troon is nu voor u. En nu?

Wie zal uw koning zijn?

Wie zal de koning voor de koning zijn? Uw toren en
uw toevlucht? U zult straks eenzaam zijn, en nooit
alleen. Koning, wij vouwen onze handen om u heen.



Rien van den Berg

vrijdag 26 april 2013

Wijsheid

Spreuken Hoofdstuk 3

13 Gelukkig is een mens die wijsheid heeft gevonden, een mens die inzicht wint.
14 Wijsheid levert meer op dan zilver, geeft meer profijt dan goud,
15 is kostbaarder dan edelstenen. Alles wat je ooit zou kunnen wensen valt bij de wijsheid in het niet.
16 Met haar ene hand schenkt ze een lang leven, eer en rijkdom geeft ze met haar andere hand.
17 Haar wegen zijn lieflijk, haar paden vredig.
18 Ze is een levensboom voor wie haar omhelst, wie haar omarmt mag zich gelukkig prijzen.

Jezus Sirach Hoofdstuk 1

1 Alle wijsheid komt van de Heer en is bij hem tot in eeuwigheid.
2 De zandkorrels aan de zee, de druppels van de regen en de dagen van de eeuwigheid, wie kan ze tellen?
3 De hoogte van de hemel, de breedte van de aarde, de oervloed en de wijsheid, wie kan ze meten?
4 De wijsheid is vóór alles geschapen, inzicht en begrip bestonden al voor de tijd begon.
5 De bron van de wijsheid is het woord van God in de hoogste hemel, haar wegen zijn de eeuwige geboden.

maandag 22 april 2013

Religie voor atheïsten

Geschreven door Alain de Botton in 2011. Ik las de vierde druk uit 2012.
Ik blijf nog even in de hoek van de atheïsten.
Alain, een in Londen werkende/wonende Zwitserse filosoof kende ik al van ‘De troost van de filosofie’. Die titel fascineerde mij om dat ik alleen maar de troost van de eerste catechismusvraag kende.
Ik heb hem als een liberale atheïst leren kennen die leest als een trein.
Hij probeert verder te redeneren wanneer je hebt besloten dat God niet bestaat en vraagt zich af of het mogelijk is bijvoorbeeld een gemeenschapszin terug te winnen die niet gestoeld is op religie.
Om met de laatste zin uit het boek te beginnen:
“Sommige aspecten van religies zijn te nuttig, doeltreffend en intelligent om alleen aan de gelovigen te worden overgelaten.”
Wat doen we met onze gekwetste gevoelens, met de behoefte aan troost, onze trots en onze hoop? Oftewel: in de seculiere wereld van nu wordt er wel van alles overgedragen aan kennis maar niet aan wijsheid.
Eigenlijk moest ik wel een beetje grinniken tijdens het lezen. In mijn ogen is het een verkapte ode aan het jodendom en christendom al is het op een oppervlakkige manier. Het gaat hem puur om de regels en gebruiken en niet om de relatie met het Opperwezen.
Daartoe pluist hij de psychologie van de religieuze regels na. Dat is soms best verhelderend ook al spreekt hij in algemene termen over religie.
De libertaire obsessie voor vrijheid werkt niet, is gebleken.
Religie moet volgens velen zo nodig uit het publieke domein, maar wanneer je ziet wat daarvoor in de plaats komt dan is het niet geweldig gesteld met die vrijheid. Je wordt overgoten met andere zaken die niet bepaald opbouwend zijn terwijl religie er nu juist op uit was om betere mensen van ons te maken. Wilde iedereen dat nu maar eens inzien! Daarom ontwikkelt hij een seculiere variant op de religieuze.
En passant wordt de erfzonde behandeld. Een onderwerp dat in de christelijke wereld altijd de nodige discussies oplevert want volgens velen staat het niet in de Bijbel.
Lees Gen 5 :1-3 dan maar eens héél zorgvuldig, woord voor woord en laat het op je inwerken.
De visie van de Botton: "de belijdenis van universele zondigheid kan een beter uitgangspunt vormen voor onze eerste voorzichtige stappen richting deugd."
Zo schrijft hij aan de hand van verschillende onderwerpen zoals ‘gemeenschap’, ‘goedheid’,
‘onderwijs’, ‘zorgzaamheid’, hoe om te gaan met ’pessimisme’, ‘perspectief’, ‘kunst’ en ‘architectuur’ hoe de religie van atheïsten/ non- believers eruit zou moeten komen te zien.
Hier en daar werkt hij behoorlijk op mijn lachspieren: in het hoofdstuk ‘Architectuur’ trekt hij, overigens heel terecht, ten strijde tegen het protestantisme met hun vijandigheid tegen de beeldende kunst.
“Het is dan ook vast geen toeval dat de protestantse landen in Europa als eerste kennismaakte met de extreme lelijkheid die zo kenmerkend zou worden voor de moderne wereld”.
Iets verderop beschrijft hij hoe een seculiere ‘Tempel voor Bespiegeling’ eruit zou moeten komen te zien en dat lijkt dan verdacht veel op een protestantse kerk.
Over de moderne kunst schrijft hij behartenswaardige dingen:
“De verwarring van de meeste museumbezoekers neemt alleen maar toe wanneer we ons wenden tot de kunst uit onze eigen tijd. We staren naar een gigantische neonversie van het alfabet. We buigen ons over een vat met geleiachtig water, waarin een aan een motor bevestigd aluminiumblad heen en weer slingert op het versterkte geluid van de menselijke hartslag. [...] En we bedenken dat alleen een idioot of een reactionair het zou wagen te informeren wat dit alles mag betekenen. […] Je moet wel heel dapper zijn om je hand op te steken.”
Kijk, daar hou ik wel van; gewoon zeggen dat de moderne kunst over het algemeen shit is.
“Het Christendom daarentegen laat er nooit twijfel over bestaan waarvoor kunst is bedoeld: ze vormt een middel om ons te herinneren aan wat belangrijk is.”
Waarvan acte. Ik ben dan ook een pleitbezorgster van doordachte kunst in de protestantse kerken. Niet om te aanbidden maar om de gedachten naar een hoger niveau te tillen.
In het hoofdstuk ‘instituten’ kreeg ik voor het eerst het gevoel dat de Botton gebruik maakt van mild sarcasme. Kijk naar de kerken en leer hoe je winstgevend kan zijn. Hmm, ja zit ook wat in.
Enfin, zo staat het boek vol met mooie oneliners en veel plaatjes. Het is een zeer toegankelijk boek.

donderdag 18 april 2013

Sterfelijk

Geschreven door Christopher Hitchens

Je kunt wel een mening hebben, maar die heb je in een speciale situatie. Daar is natuurlijk niets mis mee. Maar, zoals Hitchens schrijft, ooit vond hij de uitspraak: ‘Alles wat me niet doodt, maakt me sterker’ een prachtige uitspraak…....totdat hij chemokuren kreeg. Toen moest hij door de harde werkelijkheid te ervaren zijn mening herzien en vroeg hij zich af wat hij er ooit mooi aan had gevonden.
Maar, zo vraag ik me af, wanneer je mening door omstandigheden, niet eens door argumenten, moet worden herzien wat is een mening dan waard?
Christopher Hitchens was ‘One of the Four Horsemen’ . Een club van nieuwe atheïsten die geen blad voor de mond nam wanner het ging om het beledigen van gelovigen (behalve moslims) en van God (behalve Allah).
Maar ook zij zijn aan het verzinken. Soms denk ik wel eens dat zij, met al hun gefulmineer, de religie juist een dienst hebben bewezen. We werden/worden gedwongen om ons geloofsgoed beter te doordenken en te formuleren. Ketters zijn best nuttig.
Ik heb geen boeken van hen gelezen omdat ik daar het geld niet voor over had. De recensies spraken/spreken voor zich. Maar wie weet, op een tweedehandsmarkt ofzo…
Christopher is vorig jaar december overleden aan slokdarmkanker op de leeftijd van 62 jaar. Vlak daarvoor schreef hij het boekje ‘sterfelijk’.
Vanaf de cover kijkt een oude man mij aan. Hij lijkt niets meer op de sterke debater die hij geweest schijnt te zijn en waarvan ik wel eens stukjes op You-tube heb gezien. Ik wilde weten wat er door hem heen zou gaan bij het naderen van het einde: ‘gekatapulteerd naar het einde’, zoals hij zelf zegt.
En ook omdat Frans de Waal hem een zwalker noemde in zijn boek over de Bonobo’s (p 99-100)
Zou zo’n man aan het einde van zijn leven rust en stabiliteit kunnen vinden?

Het verhaal is als zovele verhalen die ik in mijn leven al gehoord en gelezen heb, alleen anders geformuleerd. Het ambivalente om proberen te overleven en toch na te denken over het einde. De ellende van de chemokuren. De aftakeling. De broodnodige slaap, maar die de kostbare tijd opslorpt.
Waar ik wel van schrok en me plaatsvervangend de ogen uit het hoofd schaamde was een vreselijke reactie via internet op de ziekte van Christopher door een anonieme christen, die de naam christen niet mag dragen. Hij geeft maar één voorbeeld van de velen die hij, als één van de meest controversiële en spraakmakende intellectuelen van Amerika kreeg, maar dan heb je ook wel gegeten en gedronken. Waarom kunnen mensen hun mond niet houden? Dan snap ik wel waarom je atheïst bent.
Bij zo’n club wil je niet horen.
Wel lovende woorden over de christen Francis Collins van ‘de taal van God’.
Over het gebed: aan het begin van het boekje een heel stuk over de zelfontkrachting van het gebed; aan het einde overweegt hij ‘Pascal’s Wager’ .
En nog wat verder, wanneer er alleen nog maar uitspraken staan en de samenhang ontbreekt: ‘Als ik me bekeer is dat omdat er beter een gelovige kan sterven dan een atheïst’.

Wie waagt het om een veroordeling uit te spreken?

dinsdag 9 april 2013

De Bonobo en de tien geboden.

Immanuel Kant:
'Twee dingen vervullen de geest met steeds nieuwe en toenemende bewondering en eerbied, hoe vaker en langduriger het denken zich ermee bezighoudt: de sterrenhemel boven mij en de morele wet in mij.' (Kritiek van de praktische rede)

ondertitel van dit boek: Moraal is ouder dan de mens.
Geschreven (2013) door Frans de Waal, een bioloog die is gespecialiseerd in primatologie en ethologie (gedragsbiologie). Hij is ook hoogleraar psychologie.
Via Google is er genoeg over hem te vinden.
Toen ik de titel las borrelde de opmerking van Kant in mij op en jawel, - eigenlijk onvermijdelijk - ook in het boek kwam ik hem tegen.
Al lang wilde ik eens een boek van hem lezen. Zelf ben ik ook geïnteresseerd in het leven van apen, die het meest met ons zijn verwant. Vooral bij de opvoeding las ik veel daarover en keek tv-programma’s over o.a. Jane Goodall. Deze dame is ook primatoloog en etholoog en heeft ook veel onderzoek onder primaten op haar naam staan.
Haar onderzoeken waren de reden dat ik mijn kinderen borstvoeding gaf tot ze met de pot konden mee-eten, ze lagen in de wieg naast mijn bed of in de kinderwagen in de kamer waar ik mij bevond en ik droeg ze ook heel vaak, net als de apen, met mij mee in een draagzak. Een baby na de geboorte heel alleen in een andere kamer opbergen vond ik barbaars.
Eigenlijk vond ik het ook gewoon logisch om ze dicht bij mij te houden, net zolang tot ze zélf aangaven dat ze alleen konden zijn en het besef hadden dat ik wel ergens in de buurt was. Bij zoon nr 2 was dat slechts enkele weken voordat hij naar de kleuter-, wat nu basisschool is, ging.
Maar ja, ik besef nu, wanneer ik al die rennende moeders zie, dat ik mij in een luxe positie bevond waarin dat mogelijk was. Wanneer ik toch oppas nodig had was dat ‘een aap van dezelfde stam’.
Nu doe ik weer hetzelfde maar dan als oppas- oma-aap. *grinnik*
Kleinzoon ligt naast mij in een bedje terwijl hij in slaap zakt door het gerikketik op het toetsenbord. Af en toe draai ik mij en knik eens vriendelijk naar hem wat wordt beloond met een brede lach en *churrr* - *churrr* geluidjes.
Maar oké, de Bonobo en de moraal.
Volgens de achterflap hebben wij, mensen geen religie nodig om medelijdend, zorgzaam of rechtvaardig te zijn; kortom een moraal te hebben. Want Bonobo’s hebben dat ook.
In het boek schrijft Frans hier enthousiast over met prachtige onderzoeken en voorbeelden. Het is een bere….. nee, een ape-leuk boek. Ondertussen verwijst hij regelmatig naar de schilderijen van Jeroen Bosch, zodat je daar ook nog weer eens goed naar gaat kijken. Volgens hem was Bosch een humanist avant la lettre en een voorloper van het surrealisme. Dat geloof ik graag.
In zijn dankwoord legt Frans uit waarom hij dit boek over primatengedrag, godsdienst en humanisme schreef. Door zijn onderzoek naar samenwerking en conflictbeheersing bij primaten is hij gaan nadenken over de evolutie van de empathie en uiteindelijk de moraal.
Omdat voor veel mensen religie en moraal niet los verkrijgbaar zijn wil hij daar zijn bevindingen en gedachten tegenover zetten.
Zelf is hij niet religieus maar ziet wel het belang ervan in. Dat legt hij allemaal netjes uit. Het is dan ook een verademing om een populair wetenschappelijk werk van een atheïst te lezen die zich niet afzet tegen religie. Hij stelt ook de vraag welk alternatief er is wanneer religie zou verdwijnen:
“Misschien is religie wel een schip dat ons over de oceaan heeft gebracht en ons in staat heeft gesteld grootschalige samenlevingen met een goed functionerende moraal te ontwikkelen. Nu er land in zich is zeggen sommigen dat het tijd is om van boord te gaan, maar wie zegt dat het land zo stevig onder de voeten als het eruit ziet?” (p 244)
En iets eerder op dezelfde pagina:
“Het is een gegeven dat religie veel te diep in ons zit ingebakken om ooit te worden uitgeroeid en dat historische pogingen om dat met geweld te doen ons alleen maar ellende hebben gebracht.”
Maar nu over de apen waar het eigenlijk om draait: apen zijn (meestal) vredelievend, hebben een empatisch vermogen, zijn altruïstisch, kunnen conflicten beheersen en problemen oplossen. Ze kunnen plannen, hebben een rechtvaardigheidsgevoel en onderlinge sociale regels waaraan iedere aap wordt geacht zich te houden.
Dat is door onderzoeken komen vast te staan en Frans vertelt dat allemaal met prachtige voorbeelden. Zoals:
twee jongeren vechten om een tak, moeders komt eraan, pakt de tak af en breekt hem als een wijze Salomo doormidden en geeft ieder een helft terug.
Borie, een oude aap met waarschijnlijk oorontsteking bedelt om een spiegeltje wat op tafel ligt en gaat vervolgens met een strootje, al kijkend in het spiegeltje in haar oor zitten peuteren.
Een chimpansee kreeg de keus tussen twee manieren om sinaasappelsap te krijgen. Ze konden een pak naar zich toe trekken met een hark of het opzuigen met een rietje. Alleen…..de chimp had deze hulpmiddelen niet. In een hok ernaast zat een andere chimp die de keuze had over allerlei hulpmiddelen. Hij wierp een blik op de situatie en reikte door een gat het juiste hulpmiddel aan.

Wat ook leuk is: Frans is ook enigszins voorstander van het NOMA-principe van S.J. Gould wat ik ook aanhang. Het principe van de Non-Overlapping Magisteria oftewel: religie en wetenschap zijn twee verschillende dingen die elkaar niet behoeven te bijten. Maar het membraan is semipermeabel. Met die aanvulling kan ik het ook eens zijn.
Een paar vragen die voor mij overblijven:
Ik weet dat het onderzoek op deze manier nog niet zo heel oud is maar ik ben zo nieuwsgierig of er ook een vorm van evolutie in de (andere) primaten is waar te nemen. Als mensen hebben wij, denk ik, een beeld van onze ontwikkeling. Is zo’n ontwikkeling ook al vast te leggen bij onze verre neven en nichten?
Vervolgens: Draait religie alleen om moraal? Het draait toch ook om onderwerpen als doelen en zingeving? Om bewustwording, om inzicht/verdieping en om een relatie te hebben met je Schepper?
Geloven, geen religie, is veel meer dan alleen moraal, het is ook relationeel.
Mensen die religie willen afschaffen, of ze dat nu proclameren met veel bombarie of heel vriendelijk, begrijpen het gewoon niet.


Na dit schrijven stuitte ik via google (want ik ga dan altijd lezen wat anderen over het boek zeggen) op een uitzending van DWDD op 22 maart waar Frans aanwezig was. Ik vraag me af of hij zich daar op zijn gemak voelde; ik heb niet die indruk maar daar vraagt Theo Maassen aan het einde ook of apen zijn uit-ge- evolueerd.
Het antwoord van Frans: “Wanneer we ze de kans zouden geven, maar ze worden helaas zeer bedreigd , gaat hun ontwikkeling gewoon door.
De genetische gegevens geven zelfs aan dat chimpansees meer veranderingen hebben doorgemaakt sinds het punt dat wij van hen gescheiden zijn dan wij.”
Maar wat zegt dat? Ik zie apen nog niet in een raket naar de maan gaan of in pak met stropdas en tas in de hand in een gebouw met veel ramen kruipen om rond een tafel te gaan zitten babbelen. Laat staan dat ze in een ordelijke groep met een aap ervoor, zwaaiend met een boomtakje een deel van de derde symfonie van Brahms ten gehore zouden kunnen brengen.
Dat we onze verre familie altijd onderschat hebben, daar ben ik wel van overtuigd geraakt.
En dat geldt ook voor een aantal andere dieren, die zijdelings worden genoemd.

Dat wij de moraal niet hebben uitgevonden is op deze manier ook aangetoond. Maar zoals zoveel dingen denk ik dat de mens het intellect en de mogelijkheden van de Schepper heeft gekregen om de moraal in woorden en regels te vatten, (Zie daar......tien geboden en nog het een en ander) en de mogelijkheid om ze te 'universialiseren'.

PS: en ook heeft de mens de mogelijkheid gekregen en aangegrepen om er vaak zonder duidelijke motivaties dwars tegenin te gaan met alle gevolgen van dien.



dinsdag 2 april 2013

Sommige mensen snakken naar dogma's, maar hebben moeite met het kiezen van de inhoud.

Uitspraak van Frans de Waal in zijn boek:
‘de Bonobo en de tien geboden’.

zaterdag 30 maart 2013

Passion, Passie(avond) en Tijl

Afgelopen woensdagavond was er een passieavond georganiseerd in onze kerk. Daar ben ik geweest. Om nog wat bezoekers te trekken wordt de jeugd uitgenodigd om wat te zingen want dan verzeker je je ook van de aanwezigheid van de ouders.
Daarna keek ik eigenlijk per ongeluk naar de ´Tiende van Tijl´. Het ging over de Mattheus Passion en Tijl Beckand legde deze met passie uit aan een aantal jongeren die niets hebben met klassieke muziek en niet met geloven. (Als ik me goed herinner)
Ik werd door Tijl en zijn programma meer geraakt dan tijdens onze passieavond waar we een stukje uit een preek van Kohlbrugge hoorde en een artikel werd gelezen uit de geloofsbelijdenis van Theodorus Beza, een theoloog en opvolger van Calvijn in Genève.
Waarom? Nou ja, dat is bijna een open deur intrappen.
Tijl gebruikte hedendaagse, aansprekende (voor)beelden om bepaalde zaken uit te drukken en helder te krijgen. Zoals de einzelgänger die op het Tiananmenplein in China in 1989 een heel leger tegenhield. Een hongerig donker kindje, gadegeslagen door een aasgier als beeld ‘door God en de mensen verlaten’.
Dat raakte mij meer dan, met alle respect overigens, dhr. K. en dhr. B.
Ik begrijp ook wel dat de doelgroep totaal verschillend is. Maar op deze manier blijft er ook wel een gigantische kloof.
Zoiets gebeurt er ook met de Passion, die dit jaar in Den Haag werd opgevoerd. Bij een deel van de gelovige natie roept het weerstand op. Persoonlijk vind ik het echter prachtig dat het gebeurt; dat mensen leren dat Pasen niets te maken heeft met eieren en paashazen maar met iets wat van een hogere orde is. We moeten zaaien, dat gebeurt met de Passion en God bepaalt wel hoe het moet vallen en op welke manier het wortel schiet.
Dat de seculiere, maar met zorg uitgekozen liedjes gezongen worden door (ongelovige) BN-ers; ach wat geeft dat. Zijn het allemaal gelovigen die in de Mattheus Passion zingen en spelen? Daar geloof ik niets van.
Als mensen als Tijl over zo'n emotionele gebeurtenis met meer passie spreken dan er in de kerk wordt gedaan dan vrees ik dat de kerk volgend jaar leeg is.