Bij het verlies van een dochter.
Verzoek aan de schilder
Mijn arsenaal van klank en taal
bestaat in tijd. Zij niet. Ik vraag
Uw hulp. Als ik haar met mijn warme
hand, zo zwaar van bloed, wil raken
is er niets. U heeft een vlak met veertien
kleuren, een penseel van vossenhaar –
streel haar te voorschijn, groene schaduw
bij haar oor en in haar hals een zweem
van oud ivoor. Maak haar een plaats
in vezels van Uw doek. Roep mij
dan binnen. U staart uit het raam.
Ik blijf op anderhalve meter staan.
Zij kijkt mij aan.
Anna Enquist (1945)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten