Dit jaar is het uit het Duits vertaald.
De titel van de Nederlandse uitgave begrijp je pas na het lezen en markeert een kruispunt in haar leven.
Dit boek werd mij in korte tijd twee keer aangeraden omdat het zo aangrijpend zou zijn. En als twee getuigen hetzelfde zeggen is het tenslotte waar.
Wat zal ik zeggen: wanneer er verwachtingen worden gewekt dan valt het al snel tegen.
Zo ook nu. Ik moest mij dwingen om door te lezen. Aangrijpend? Jazeker.
Maar na Torgny Lindgren is het wel drie keer slikken.
Het is een ‘verwerkingsboek’ van groot leed door een – naar mijn idee - zeer gevoelig meisje/vrouw. Die boeken ontwijk ik meestal. Ik heb er niets mee.
Elk mens verwerkt leed anders.
In ieder geval: de vragen des levens komen op de schrijfster af.
De manier waarop ze die beschrijft is erg recht toe recht aan. Niks geen subtiel taalgebruik. Ze ventileert haar gedachten.
Als puber verliest zij haar vader. Ik weet niet wat dat is, daarom is mijn oordeel misschien te hard. Mijn vader stierf op de respectabele leeftijd van 83 jaar in 2011. Enkele maanden voor mijn start als blogger.
Mijn opa van vaders kant stierf toen ik 13 jaar was. De oma die daarbij hoorde heb ik nooit gekend. Dat was niet echt verdriet want ik kan me niet herinneren dat hij ooit het woord tot mij heeft gericht. En bij de andere opa en oma was ik (geestelijk) volwassen net als bij mijn eigen (schoon)ouders.
Dat betekent niet dat het dan van een leien dakje gaat, maar het is 'natuurlijker'.
Mijn broers, zwagers en (schoon)zussen heb ik ook allemaal nog. Ja, dat is iets om heel dankbaar voor te zijn.
Esther komt uit een evangelisch/ Rooms Katholiek gelovig gezin. Wanneer haar vader het slechte nieuwsbericht krijgt gaat zij samen met haar broer en zus bidden.
Maar helaas. Ze beland in een crisis, weet niet meer wie zij is en of het leven wel zin heeft. Ze komt er na jaren weer uit, gaat theologie studeren en verliest haar broer.
Toch verliest ze niet definitief haar geloof. Daaromheen staan echt hele mooie dingen in het boek.
Zeer herkenbaar voor mij is dat zij zelfdenkend ook uitkomt op dingen die eeuwen geleden al zijn bedacht en opgeschreven in de Bijbel.
Ook zij komt uit op de idee dat liefde op de één of andere manier een sleutelrol moet spelen; dat er één Waarheid is en samenvalt met God. En ook herken ik ‘mevrouw Klikspaan’ (niet goed gekozen naam).
Bij mij is dat: religie is misschien toch opium, zoals Marx dat al eens verwoordde.
Bij het lezen van dit boek moest ik vaak mezelf bedwingen om niet heel cynisch te denken.
Dat rare evangelische proclameren: ‘Ik geloof in U, Jezus, dank u dat U papa beter maakt’.
Maar Daddyboy werd niet beter, hij stierf. De hemel zweeg. Zoals zo vaak.
Later ziet zij juist Gods kracht in die stilte. En dat begrijp ik dan weer niet want ik vind het uitermate irritant wanneer ik zo nu en dan geen 'bevestiginkje' krijg. Ik heb ook geen enkele behoefte om aan zo'n periode van stilte Goddelijke kracht te verbinden.
Maar gelukkig hoef ik dat niet te begrijpen.
Iedereen mag/moet zijn/haar eigen geloofspad volgen met de ervaringen en inzichten die daarbij horen. Die heeft Esther ruimschoots opgedaan. Net als ieder ander bij wie het minder heftig is verlopen.
Het is een emotioneel boek en beslist niet literair. Het is zoals het is.
'Ik wil niet meer bij God vandaan.
Dat heeft geen zin.'
18-06-16
In de bijlage 'letter & geest' van het dagblad Trouw staat een interview met Esther Maria Magnis.
Misschien ben ik niet ontvankelijk voor haar manier om ervaringen te ver-prozatiseren want ik vind de volwassen manier van spreken uit het interview meer aansprekend.
'Maar de majesteitelijkheid van het leven, de stille schoonheid van de mens die het mysterie van zijn eigen bestaan nauwelijks doorgrond, kunnen argumenten zijn voor de mogelijkheid van het idee God.'
Prachtig toch?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten