Geschreven door Juan Gabriel Vásquez (1973) in 2011 en vertaald uit het Spaans door Brigitte Coopmans. Ik las de derde druk uit maart 2014.
Vásquez is Colombiaan, geboren in Bogotá.
Bogotá ligt op 2600 meter hoogte. Ondanks dat het bijna op de evenaar ligt is het daardoor nooit veel warmer dan zo’n 20 graden.
Zijn boek speelt zich daar af. Gedeeltelijk door middel van een flash back naar de zeventiger jaren toen de macht van de drugsmaffia nog niet heel groot maar wel groeiende was en eigenlijk niemand door had hoe schadelijk en corrupt de uitvoer van Marihuana was. Men was arm en profiteerde ervan. Hoe schuldig is schuldig?
‘We weten het, we zijn ons er volkomen van bewust, en toch is het altijd enigszins schrikken als een ander het proces blootlegt dat ons heeft gemaakt tot wie we zijn, toch is het altijd weer onthutsend te constateren, als een ander die onthulling doet, hoe weinig tot niets we te zeggen hebben over onze eigen ervaring.’
Je had de dwaze moeders in Argentinië en de naam van Pablo Escobar van het Medellín Cartel zegt me wel wat maar verder weet ik eigenlijk weinig van die tijd op dat continent. Het verraste me dat men daar zo leed onder de dreigingen van die drugsmaffia en dat dit Colombia uiteindelijk naar de afgrond bracht. Wij hadden het hier nog te druk met de koude oorlog denk ik.
In de slogan van Nixon: ‘War on drugs’ hoor ik de echo van Bush: ‘War on terror’.
Het is een liefdesverhaal binnen een liefdesverhaal maar het is geen vrolijk boek. Niets wil er lukken.
Ja, dat is soms leven-eigen.
Antonio Yammara (1970) is docent (Inleiding in de rechtsgeleerdheid) en leert op een dag de eenzame Ricardo Laverde kennen in een biljartclub. Deze Laverde heeft iets geheimzinnigs. Maar wat? Hij komt daar niet achter en op een dag wordt Laverde vermoord waarbij Antonio zwaar gewond raakt. Het is dan ergens in de 90er jaren
Nadat hij enigszins genezen is laat hij vrouw Aura en kind Leticia achter en gaat hij op zoek naar de achtergrond van Laverde want dat zal hem helpen bij zijn eigen keuzes in het leven, denkt hij. Een cassettebandje met lugubere geluiden speelt een belangrijke rol. Hij ontdekt dat Laverde een dochter, Maya heeft en een Amerikaanse vrouw, Elaine, een gringa die heel idealistisch, vrijwilligster was bij het Peace Corps.
Lanzaamaan worden de dingen duidelijk.
Dit boek las ik weer naast de computer om alles na te zoeken. En het klopt. De moorden door Escobar op de minister van justitie in 1984 , op een hoofdredacteur in 1986 en op een presidentskandidaat in 1991. De universiteiten aan de rand van de wijk La Candelaria enz.
Lang leve Google Maps met streetview. Je kunt er door de ‘calla’s’ en ‘carrera’s’ wandelen. Daar hou ik wel van, dat precieze.
Aan het, wat open einde van het verhaal is Antonio vol hoop op een betere toekomst.
Ik wat minder, maar dat doet er helemaal niet toe.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten