In dit tweede deel beschrijft hij de positieve verwikkelingen op het grensgebied van vernuft en verbeelding na de negatieve in het vorige boek. Ik geloof dat ik nu ook dat laatste vijfde hoofdstuk uit het vorige boek beter kan plaatsen.
‘Er zijn ervaringen, gedachten, behoeften waar de rede geen raad mee weet. Zo kan de gedachte postvatten dat er meer is dan met zintuigen kan worden waargenomen. [..] ik creëer denkbeelden die me in staat stellen ook deze fenomenen een plaats te geven in mijn leven. Het begrip ‘God' is zo’n denk-beeld ’
Aan het einde van het boek, vóór een interview schrijft hij: ‘Is het Godsbeeld niet een creatie van de menselijke geest? In eerste instantie denk ik: ja, het is een magistrale creatie van de mens. In de tweede instantie houd ik een alternatieve mogelijkheid open, namelijk dat het Godsbeeld een buitenmenselijke realiteit weerspiegelt, die voor menselijke waarneming gesloten blijft. Als kritisch wetenschapper ben ik bereid die optie open te houden. Weten zullen we het vermoedelijk nooit, en gelukkig maar. Laat het (in godsnaam) een mysterie blijven.'
Hij schrijft als tijdgenoot van verschillende Joodse geschiedenissen die wij uit de Bijbel kennen.
Hij duikt in die geschiedenissen als meelever van de Rechters Samuel in verhouding met Saul, van Simson en van Jezus.
Hij heeft daarover zo zijn vragen, vaak dezelfde als ik, en gaat daarover in gesprek met God en zoekt de mogelijke antwoorden in de Bijbel. Dat blijft mij aanspreken en stimuleren in mijn eigen zoektochten. God, zoals de Joden Hem zien is niet zo in beton gegoten als het beeld van de refo-God. Het is God met een mogelijk evoluerende visie op de wereld. (p 65)
Ik noem dat voortgaande openbaring.
Zijn Joodse visie op Jezus verschilt dan nogal van de mijne al heeft hij zeker goede argumenten om aan hem als Messias te twijfelen. Mmmm ,nee....af te wijzen.
Jezus was een activist die veel vragen opriep maar geen antwoorden gaf. ‘Waarom heeft Jezus toen hij voor de laatste maal in Jeruzalem aankwam geen leerschool opgericht, in plaats van onrust te zaaien? Dan had hij zijn inzichten kunnen toelichten en ter discussie kunnen stellen’
Verder kon Jezus geen mensenoffer zijn om onze schuld te delgen want dat is streng verboden. (Jer 7:31) Daarom ‘moesten’ wij hem Goddelijk gezag toekennen wat van Praag dan weer betreurt. (p 197)
De vraag van van Praag of Jezus worstelde met twee identiteiten (p 187) is voor mij dan ook geen vraag.
Er valt nog zo verschrikkelijk veel over te zeggen en vooral na te denken.
Een paar vragen waar ik mee blijf zitten:
Hoe zit het met de sheol, de plaats waar de zielen van doden verblijven terwijl in het jodendom de mens een ziel is. (p179)
Het Convenant van de Sinaï kwam toch (gedeeltelijk) bij Hammurabi vandaan? Van Praag negeert dat.
Nog een kleinigheidje: Gideon bleef met driehonderd man over i.p.v. vierhonderd. (p 48) Richteren 7:8
Maar hier gaat het boek niet om: het gaat om leren, morele verantwoordelijkheid, ethiek en de kracht in een volk/mens die aangesproken dient te worden om van deze wereld een betere plek te maken. Dat je leven zoveel rijker is wanneer je gelooft in een metafysische werkelijkheid, in een hogere Macht. Dat doet hij vanuit het judaïsme en op een stimulerende manier.
PS:
Volgens van Praag vierde Jezus de Sederavond een avond te vroeg. Dat had ik ook ontdekt
Dat voelt dan weer als een bevestiging dat ik niet gek ben. *grinnik*
Geen opmerkingen:
Een reactie posten