Het begin Genesis.
Geschreven door Guus Kuijer in 2012.
Ik las de ‘dwarsligger’ in mijn vakantie. Ook figuurlijk gezien is het enigszins een dwarsligger. Ooit begon ik, met het uitzicht op de piramides van Gizeh in Egypte aan Rosita Steenbeek’s ‘Siciliaans testament’. Dat heb ik toen weggesmeten.
Met in mijn ooghoeken de piramides en dan lezen over Sicilië? Dat kon mijn brein niet aan. Ik raakte van de leg.
Met Bijbel verhalen is dat toch anders. Zij zijn zo universeel dat het niet uitmaakt waar of wanneer je die ter hand neemt. Met de titel wist ik in eerste instantie geen raad. Maar al lezende weg ging ik het meer begrijpen. Guus herschrijft de Bijbelverhalen, die hij zeer waardevol vindt, als ongelovige.
Dat is af en toe best verrassend. Hij schrijft ze vanuit een ander perspectief. Bijvoorbeeld vanuit het perspectief van Cham, Izak en Sara. Natuurlijk gebruikt hij zijn fantasie maar die mag er zijn. De verhalen worden opeens meer de verhalen van gewone mensen. Ze roepen herkenning op.
Hij schrijft zelf in zijn nawoord: ‘Het is bovendien een beschrijving van de menselijke aard, een ‘zie de mens’ in zijn grootsheid maar zeker ook in zijn kleinzieligheid. […] De worsteling met God is de worsteling met het raadsel dat leven heet’.
Als hij zichzelf dan ongelovig noemt, ben ik het ook.
Het zijn mooie verhalen voor mensen die niets van de Bijbel weten, maar weet je daar meer tot veel meer van dan geniet je nog meer van zijn humor.
Wanneer Sara vindt dat Hagar haar niet netjes meer behandeldt en aan Abraham vraagt of hij Hagar en Ismaël wil wegsturen, lacht hij haar uit maar de volgende dag komt hij naar Sara toe en zegt (vanuit het perspectief van Sara): ’Luister, ik heb God gesproken. Hij zei dat ik me niet bezwaard hoefde te voelen vanwege de jongen of de slavin. Hij zei: ”Alles wat Sara je vraagt moet je doen”.
Het duurde even voor dat zinnetje goed tot me was doorgedrongen: ‘Alles wat Sara je vraagt moet je doen’. Loof de Heer. Wat een schitterende fantastische God hebben we toch! Alles doen wat Sara je vraagt. Dat lijkt me inderdaad het allerbeste wat mijn man, wat zeg ik, wat de mensheid kan doen! Ik hoop dat mijn vrouwelijke nageslacht deze goddelijke boodschap goed in zich opneemt.
Dat werkt behoorlijk op mijn lachspieren.
Een ander item wat nu pas goed tot mij doordrong: Wanneer Abraham gaat onderhandelen met God over de rechtvaardigen die in Sodom zouden wonen, probeert Sara daar iedere keer tussenbeide te komen; ze wil ook wat zeggen maar krijgt geen aandacht. Later barst ze uit tegen Abraham: 'Maar Abraham, er leven in die stad honderden onschuldige kinderen!’
Toen moest ik aan Jona denken, die God verwijt dat Hij Ninevé, met al die slechte mensen niet omkeert. Dan zegt God om Zijn besluit toe te lichten om Ninevé te sparen:
Jona 4: 11 '....zou ik dan geen verdriet hebben om Ninevé, die grote stad, waar meer dan honderdtwintigduizend mensen wonen die het verschil tussen links en rechts niet eens kennen, en dan nog al die dieren?’
Best wel vreemd eigenlijk. De ene stad keert Hij om en een andere stad niet omdat Hij mededogen heeft met de kinderen en dieren.
Zo staan er meer dingen in die je tot denken aanzetten, mooie dingen en verdrietige. Er komt meer psychologie om de hoek kijken en dat is heel boeiend.
Toch denk ik dat je bij de Bijbel, wat een geloofsboek is, de doorlopende rode draad van het 'waarom' moet proberen te blijven zien ook al zijn de verhalen apart allemaal even mooi en hebben ze ook los van elkaar ons veel te zeggen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten