Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht Jan Verplaetse.. Sorteren op datum Alle posts tonen
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht Jan Verplaetse.. Sorteren op datum Alle posts tonen

vrijdag 26 mei 2023

Zonder vrije wil

Geschreven in 2011 door Jan Verplaetse,  (1969) een Vlaams filosoof en schrijver.
Al eerder noemde ik hem omdat ik in de Filosofie special uit 2019 over de vrije wil, herkenbare dingen las.
In dat artikel herkende ik wel het gedachtengoed van Schopenhauer maar werd hij niet genoemd. In dit boek staan verschillende uitspraken van hem.

Nu heb ik zijn ‘filosofisch essay over verantwoordelijkheid’ eindelijk gelezen. En dat was een hele kluif.
Een aantal stukken heb ik, als geïnteresseerde leek, verschillende keren moeten lezen om echt te begrijpen waar het over gaat.


Wat nu volgt is eerst een lijstje met woorden waarvan je de betekenis moet kennen anders raak je echt de weg kwijt.

Syllogisme: een redenering die uit twee of drie premissen (vooronderstellingen dat iets waar is) bestaat en gevolgd wordt door een logische, onweerlegbare conclusie.
Een voorbeeld wat ik zelf vaak gebruik tot hilariteit van de familie:
P1. Mensen zijn raar. P2. Ik ben een mens dus C.  Ik ben raar.
Een variatie op het Socrates-is– sterfelijk syllogisme.
Determinisme:  elk gevolg wordt voorafgegaan door een oorzaak.  Indeterminisme is dan het tegenovergestelde: niets ligt vast.
Causaliteit:  oorzakelijkheid; het verband tussen oorzaak en gevolg.   Acausaliteit is het tegenovergestelde dus geen verband tussen oorzaak en gevolg.
Causaal determinisme is dan een oorzaak- gevolg- ketting maar altijd gericht op het verleden. (Wanneer het op de toekomst is gericht is het teleologische determinisme)
In de kwantumfysica zijn de meningen hierover nog verdeeld, althans in de tijd dat het boek is geschreven. Hoe het er nu voorstaat weet ik niet.
En kwantumfysica is geen dagelijks menselijk leven.
Compatibilisme: de filosofische stroming die stelt dat vrije wil en determinisme beiden waar kunnen zijn. Incompatibilisten denken dat het niet kan.
Daarin heb je weer harde en zachte incompatibilisten:  
Libertarisme; stroming die in een vrije wil gelooft en het eens is met P1 en P2 maar P3 verwerpt. (zie verder) Dit zijn zachte incompatibilisten.
Alternatieve opties: de mogelijkheid om een andere beslissingen te nemen.
Broncontrole: de productie van beslissingen moet in handen zijn van een bron waarover de beslissende persoon controle heeft, zoals het eigen Ik. (maar die kan uitputtend gemanipuleerd worden)

Het Syllogisme van Verplaetse (p37):
P1: indien causaal determinisme waar is, dan zijn alternatieve opties en broncontrole uitgesloten.
P2: Alternatieve opties of broncontrole zijn noodzakelijk voor verantwoordelijkheid.
P3: de alternatieven voor causaal determinisme zijn irrelevant of uitgesloten.

C: Verantwoordelijkheid is uitgesloten.

Alle premissen worden behandeld, vaak met behulp van gedachtenexperimenten.
Over P1 is iedereen het wel eens. Indien causaal determinisme waar is, dan…
De moeilijkheden zitten in P2 en P3. Dat wordt allemaal haarfijn uitgelegd en behandeld.

In hoofdstuk vier beschrijft hij de maatschappelijke gevolgen. Verantwoordelijkheid en schuld bestaan niet; hoe nu verder? Is dat om problemen vragen?
Verandert dat ons, mensen, in amorele en onverantwoordelijke wezens? Nee, natuurlijk niet.
Bij de gevallen dat het toch niet loopt zoals in onze samenleving is afgesproken zouden we niet voor het strafrecht moeten kiezen maar voor het maatregelenrecht.
Hoe komt iemand tot zijn/haar daad en hoe kunnen we dat in de toekomst voorkomen.
In Nederland gaan we al die kant op.

De antwoorden zijn voor mij niet altijd bevredigend maar wanneer dit weer een aanzet is tot verder denken over schuld en verantwoordelijkheid en hoe daarmee om te gaan dan is dat alweer mooi..

Zelf moet Verplaetse vaak tegen zijn intuïtie in redeneren en erkent hij het probleem van de ‘lijdzaamheid’ bij een onvrije wil wat op de loer ligt.
Hij redeneert vanuit een naturalistische visie en dat vind ik wel weer spannend omdat de gereformeerde wereld die vrije wil ook altijd verworpen heeft. (Pelagius/ Augustinus; Erasmus/ Luther; Arminius/ Gomaris en art 14 van de NGB)
Die gereformeerde leer heeft er geen problemen mee omdat God ons voor verantwoordelijk houdt. Dat mag Hij, als Schepper.
Daar zit een knoop, ja. Het zij zo.
Hij houdt ons ook voor rechtvaardig en schuldloos alleen al wanneer wij in Hem gelóven, terwijl we dat feitelijk niet zijn.
Expres zeg ik: gereformeerde leer want volgens mij ben ik nog één van de weinigen die overtuigd is van een onvrije wil.
In die leer zie je inderdaad dat die lijdzaamheid op geloofsgebied soms te grote proporties aanneemt.

Zinnige dingen schrijft hij over (zelf)verwijten maken en wat dat voor gevolgen heeft. Dat het beter is om pas op de plaats te maken en te onderzoeken hoe je zelf en/of de ander zover zijn gekomen dat er verwijten zouden kunnen ontstaan.
Mijn slogan is al jaren: ‘hoe meer ik weet, hoe beter ik begrijp en hoe gemakkelijker het wordt om de ander te vergeven.’

Maar ook hij moet erkennen dat een sluitende filosofische waarheid toch iets anders is dan de praktische wereld om ons heen.
Dat vind ik dan wel weer bijzonder van ons, mensen. Wanneer iets zo logisch is waarom geloven we dat dan niet en leven we er niet naar? Of op z’n minst: streven we niet naar een samenleving zonder verantwoordelijkheid en de schuldvraag.
Er zijn steeds minder mensen die verantwoordelijkheid willen en durven nemen en dragen omdat ze er vaak op worden afgerekend met soms nare gevolgen.
Afschaffing van verantwoordelijkheid betekent tenslotte niet dat we ons onverantwoordelijk zouden moeten gedragen.
Ik moet het laten bezinken er eens langer over nadenken. Om zijn argumenten meteen in discussies te gebruiken lukt mij nog niet. Het moet eerst zijn weg vinden in mijn grijze massa.

Ongetwijfeld doe ik deze filosoof tekort met mijn samenvatting. Want hij schrijft zoveel behartenswaardige dingen. Er staan vele strepen in het boek.

donderdag 18 juli 2019

De vrije wil bestaat (niet)



Wat is de techniek toch schitterend. Lees ik op een Italiaanse camping mijn mail en zie de aanbieding van filosofie.nl van een Filosofie magazine ‘special’ over de vrije wil. Dat is toch wel interessant…
Via mijn slimme phone betalen en bij thuiskomst ligt ie op me te wachten.

Verschillende hotemetototen doen hun zegje en als conclusie kom ik weer tot de ontdekking dat er vóór en tegenstanders zijn van de vrije wil en dat ik de argumenten van de tegenstanders overtuigender vind.
In het hele magazine ben ik de naam van Schopenhauer niet tegengekomen. Wel zijn gedachtengoed wat mij zo aansprak.




Daniel Dennett bijvoorbeeld: ‘Ik ben het met Lamme en Swaab eens dat een vrije wil die losstaat van de keten van oorzaken niet bestaat’.
Maar om pragmatische redenen moeten mensen er toch maar in blijven geloven. Omdat wanneer het geloof in de vrije wil afneemt, mensen eerder geneigd zijn om ‘vals te spelen’ en het verzwakt hun vermogen om het lot over hun leven in eigen handen te nemen.
Moraalfilosoof Jan Verplaetse vindt dat weer flauw. Je kunt niet geloven in iets dat er aantoonbaar niet is. Hij pleit voor de afschaffing van de schuld.
Hij is meer van het laten zien wat de consequenties zijn van bepaald gedrag en het zoeken naar maatregelen. Het is geen straf meer wat volgt op schuld maar we nemen maatregelen om te voorkomen dat het nog een keer gebeurt.
Ik vraag me af of dit geen verzachtend woordspelletje is en ook of ons strafrecht al niet die kant op gaat.
Wat ik bij hem ook uit het gedachtengoed van Schopenhauer herkende: ‘Als de vrije wil zou bestaan, zou er ergens iets moeten zijn dat niet aan die touwtjes vasthaakt. Maar daar is geen enkele aanwijzing voor.’
Met ‘touwtjes’ bedoelt hij iemands genen, opvoeding, neurale processen en omgevingsinvloeden.
En nog iets wat me wel aansprak: ‘Mensen wijsmaken dat ze zelf de kracht tot veranderen bezitten, als ze maar hard genoeg willen is misplaatst voluntarisme, even ergerlijk als mensen die alle schuld en verantwoordelijkheid op anderen afschuiven.’
Het lijkt wel Christelijk gedachtengoed. *grinnik*
Ik weet helemaal niets over Verplaetse maar het is wel geinig wanneer men los van religieus gedachtengoed tot dezelfde conclusies komt. Je had je een hoop tijd kunnen besparen, denk ik dan.

Volgens Sam Harris : 'Wanneer we niet geloven in een vrije wil vermindert dat onze wreedheid en voelen we meer mededogen.'
Hij noemt vijf voorbeelden van gebeurtenissen waarbij een vrouw wordt doodgeschoten.
1. Door een 4- jarige die speelt met het pistool van zijn vader.
2. Door een 12- jarige die slachtoffer is van lichamelijke en emotionele mishandeling.
3. Door een 25- jarige die als kind ook werd mishandeld en nu zijn vriendin doodt als zij hem in de steek laat voor een ander; een ‘crime passionel’
4. Door een 25- jarige met prima opvoeding die een, voor hem onbekende vrouw doodschiet omdat hij dat leuk vindt.
5. Door een 25- jarige met prima opvoeding die een, voor hem onbekende vrouw doodschiet om dat hij dat leuk vindt maar een hersentumor heeft in zijn mediale prefrontale cortex.

In al deze gevallen oordelen we anders. We oordelen het hardst wanneer iemand de bewuste intentie heeft om een ander pijn te doen. Maar kan iemand er wat aan doen dat hij met een psychopathische inslag geboren wordt?
Een reclasseringsvriend zei het eens zo: het verschil tussen een crimineel en mijzelf is flinterdun. En hij kneep zijn duim en wijsvinger tegen elkaar. Hij begreep.
We hebben vaak zo’n drang tot vergelding dat we onderliggende oorzaken van het menselijk gedrag wensen te negeren. Maar Harris geeft ook toe dat vergelding een moeilijke, diep ingewortelde psychologische behoefte is.
‘Het lijkt in elk geval duidelijk dat een verlangen naar vergelding, voortkomend uit het idee dat ieder individu een vrije doener is die zelfstandig denkt en handelt, gebaseerd is op een cognitieve en emotionele illusie – en een morele illusie in stand houdt.’

Verder in het magazine nog een interview met vrije wil aanhanger Marc Slors, waarvan ik het boek ‘dat had je gedacht’ in mijn boekenkast heb staan. Gezien de streepjes ben ik er ook in begonnen maar ze houden al snel op, dus heb ik het niet uitgelezen. Wel heb ik nog nagekeken of Schopenhauer in zijn ‘noten’ voorkomt voor één of andere boeiende weerlegging. Helaas.
Er staan nog meer leuke essays en interviews in over creatief zijn, over het onbewuste, over het al dan niet bestaan van de ziel, over mannen en vrouwenbreinen en veel tips voor boeken over deze materie.

maandag 7 september 2020

Over levenskunst

Een verplicht nummer in mijn vorderende cursus filosofie. Ik kreeg een goed cijfer voor mijn verslag over de ‘vrije wil?’ Dit is een boek over levenskunst; wat is een goede manier van leven. Dat is al een oude vraag; hij wordt gesteld sinds mensenheugenis.

Joep Dohmen heeft inspirerende teksten bijeengebracht in deze uitgave. (2018) Teksten die op deze vraag vanuit alle tijden door verschillende filosofen een antwoord is geformuleerd.
Net als het boek van H. J. Storig was ook dit weer een heel plezierig boek om te lezen.

Wat is levenskunst? Het leven overkomt je. Ben je zelf verantwoordelijk voor de vorm waarin jouw leven zich bevindt? Of is mensen wijsmaken dat ze zelf de kracht tot veranderen bezitten, als ze maar hard genoeg willen, misplaatst voluntarisme? Zoals Jan Verplaetse ergens schreef? 


Is vrije zelfbeschikking nog steeds het grote ideaal of zien we dat het toch ook niet lekker werkt. Kunnen we die vrijheid wel aan? Of bewijzen de vluchten in thrillers, Netflix en de spirituele zoektochten naar zingeving dat we daar toch met z’n allen moeite mee hebben?
‘De tijd verdrijven in plaats van aandachtig leven’ volgens Montaigne.
Ik moet zeggen dat ik me daar schuldig aan maak. Deze wereld is niet echt meer een plaats waar ik wil zijn. Achteraf vraag ik mij af of ik dat al niet van kinds af aan heb gehad en daarom vluchtte in boeken. Die werelden waren steeds wisselend, leuker en spannender.

Hoe zit het met die ziekelijke schreeuw om aandacht? Heeft moraal daar iets mee te maken? Volgens Plato wel: levenskunst is zorg voor zichzelf en daarmee fundamenteel moreel van aard. Of van karkatervorming zoals Aristoteles betoogt. Of heeft levenskunst misschien toch meer met liefde te maken? Daar breken  Erich Fromm (1900 - 1980) en Luc Ferry (1951) een lans voor. Ferry zelfs voor het christendom ook al gelooft hij zelf niet.

Het boek begint bij Plato en eindigt met Ruut Veenhoven. En zo hebben ze allemaal hun ideeën. Een reis door de levenskunstideeën.
Soms moet je het leven gewoon laten gebeuren: Paul van Tongeren
Ondanks dat er ook een paar vrouwen naar voren komen: Simone de Beauvoir en Martha Nussbaum sprak Erich Fromm mij het meeste aan. Hij is heel concreet.
De beoefening van een kunst – dus ook levenskunst – vergt discipline, concentratie, geduld en toewijding.
En dat volhouden.
‘Als we de verschillende kunsten met elkaar vergelijken, wordt het wel duidelijk dat in de kunst der liefde het dilettantisme hoogtij viert.’
Jammer dat hij het in dit boek niet verder uitwerkt.

Niet teveel toegeven aan spannende romans of films. Ai……lastig voor mij al laat ik boeken thrillers links liggen. Maar zo’n heerlijke spionagefilm waarbij de adrenaline door je lijf giert vind ik wel errug leuk, zo nu en dan.
De belangrijkste stap naar concentratie is: leren alleen met jezelf te zijn. Dat vind ik  dan weer minder moeilijk. Volgens Fromm is dit een eerste voorwaarde voor het vermogen tot liefhebben. Die kan ik afvinken.   /sarcasm

Hij noemt ook nog dat, om zich te leren concentreren, het noodzakelijk is om onbeduidende conversatie te mijden. Dan heb ik wel binnenpret.

Hij benoemt het feit van de belangrijkheid van rolmodellen in je leven. Dat kan dan belangrijk zijn maar wat doe je wanneer die er niet zijn? Ik kan me er niet één herinneren. Ik had meer rolmodellen in negatieve zin. Van: zo wil ik het absoluut niet.
Misschien is dat ook mijn aard. Liever zelf nadenken en het allemaal zelf uitzoeken.
Fromm eindigt met een zin om over na te denken: ‘Onze traditie is niet in de eerste plaats gebouwd op kennis en vaardigheden maar op karakteristieke menselijke waarden. Als de volgende generaties niet meer in staat zullen zijn contact te krijgen met deze klassieke humanistische waarden, zal een cultuur van vijftig eeuwen te gronde gaan, zelfs als de erfenis aan wetenschap en techniek zou worden aanvaard en verder ontwikkeld.’

De rolmodellen die men in deze tijd heeft zijn de Face-bookers, Influencers en Instagrammers.
Ondertussen verkommeren onze zielen.
Wie weet het te stoppen?