Een echt juiste definitie die naar mening precies onder
woorden brengt wat ik hierbij denk heb ik nog niet gevonden.
Het is letterlijk gezien een woordconstructie: alles in God.
Dus niet God in alles zoals in het pantheïsme.
Panentheisme ziet God groter dan de kosmos, want alles komt
uit Hem voort, en is mede transcendent en immanent.
Alles omvattend. En volgens mij ook in wisselwerking met elkaar.
Martien Brinkman zegt in zijn boek (p246):
‘In een panentheistische benadering kan alles met God in verband worden
gebracht, maar gaat God nergens in op.’
In ieder geval kwam ik hier weer op door een zinsnede uit
het boekje van C.S. Lewis: ‘Brieven aan Malcolm over het gebed’.
Hij schrijft daar over een gedicht van een anonieme poëet:
‘Dat dream maakt het te pantheïstisch, en werd er misschien bijgehaald om het
rijm.
Maar denkt hij niet terecht dat het gebed in zijn meest volmaakte vorm een
alleenspraak is?
Als de Heilige Geest in mensen spreekt, dan is het gebed een spreken van God
tot God.’
Zo’n zin blijft dan haken in mijn geest. Ik weet niet of het daarmee eens ben. In eerste instantie was ik ervan overtuigd van wél; er is zeker een wisselwerking
tussen de Heilige Geest, die in de gelovigen woont en God.
Maar in tweede instantie: wanneer bidden in zijn volmaaktste
vorm een ‘Goddelijk onderonsje’ zou zijn welk functie heeft de mens dan? Is ie
dan niet overbodig?
Het Christendom is met recht een relationele godsdienst juist omdát de mens toch
wordt opgenomen in die Goddelijke wisselwerking?
Zonder de mens is dit hele tijdelijke en ruimtelijke circus doelloos. Ja, je kunt nu wel weer allerlei vrome tegenwerpingen verzinnen, - God heeft reden en doel in Zichzelf - maar dat wordt voor nu even te zweverig.
(Natuurlijk is er ook een wisselwerking tussen God en Zijn Flora en Fauna maar
dat weten we niet feitelijk. Vooral om die reden zouden we dan ook voorzichtiger
moeten omgaan met de natuur)
Wellicht bedoelde hij dat alles ook zo maar ik zou zo’n zin die en
passant wordt gemaakt graag wat meer uitgewerkt hebben gezien.
Helaas is C.S. Lewis niet meer in onze tijdelijke dimensie anders zou ik hem een mailtje
sturen.