Na Dimitri Verhulst was ik weer even bevestigd in mijn oordeel over Nederlandse schrijvers maar de naam van Marcel Möring zat nog in mijn achterhoofd dus toen ik in de kringloopwinkel liep….
Weer, voorzichtig, een dun boekje maar bij deze schrijver word ik wel heel nieuwsgiering naar wat hij nog meer heeft geschreven.
‘Lijdenslust’, lust om te lijden.
Een boekje over lijden en het nut daarvan.
Ergens op dit blog herhaalde ik een uitspraak van Jose Martyr: “de mens heeft er behoefte aan om te lijden. Wanneer hij geen verdriet heeft creëert ie het.”
Zelf vertaalde ik dat naar een schreeuw om aandacht. Wanneer je zichtbaar lijdt, lijden de mensen om je heen met je mee. Dat is prettig. Ik ken mensen die op die manier verslaafd zijn geraakt aan ‘lijden’. Het geeft hun leven betekenis. Maar lijden heeft meer betekenissen.
De mens heeft er iets mee. Dat werkt Marcel uit via de hoofse literatuur, Schopenhauer, Pico della Mirandola, Dante en Charles Ryder uit ‘Brideshead Revisited’ naar het nu.
In deze tijd denken we dat we recht hebben op geluk en dat we het lijden moeten uitbannen. Maar juist het lijden kan een betere wereld voortbrengen.
Door lijden krijgen mensen inzicht en leren ze leven. Iets dergelijks schreef ik ook al eerder
Toch zoekt de mens over het algemeen naar geluk en voorspoed en zoekt het lijden niet op. Men wil kennelijk ten diepste niet leren leven, inzicht verkrijgen.
Zou het ook te maken hebben met de ‘lange termijn visie’ en het kunnen ‘uitstellen van de beloning’? (Daniel Coleman schreef ooit dikke pillen over emotionele intelligentie.)
Christenen worden daartoe ‘getraind’.
‘Wat is er mis met lijden? Als de sociobiologen zelf al toegeven dat wij van ons lijden leren, maar gelukgevoelens er alleen maar voor zorgen dat we niets veranderen en blijven eten en neuken, zou het dan niet beter zijn om te leren leed te accepteren als een natuurlijk onderdeel van het menselijke leven en een vormende impuls in ons bestaan?’
‘De mens kan niet gelukkig zijn en heeft het recht niet, als op hetzelfde moment andere mensen van honger of dorst of ten gevolge van oorlog sterven.’
Mooie zinnen, met de eerste ben ik het wel eens maar bij de tweede steekt de pragmaticus in mij de kop op: wat heeft het voor zin om ongelukkig te gaan zitten zijn vanwege dingen waar je niets aan kunt veranderen?
Bij de keuzes in mijn eigen leven heb ik niet altijd voor het gemakkelijkste gekozen maar daar wil ik dat grote woord ‘lijden’ niet aan verbinden. En het leed van de ander mee (helpen) dragen?
Dat deed ik o.a. vaktechnisch. Mijn zorghormonen zijn nu uitgeput.
Ik herinner me als klein meisje dat mijn vader tegen mij zei: "heb je de klok bij tante X al eens bekeken?
Daarbovenop staat een mannetje met de wereldbol op zijn schouders. Jij kunt de wereld niet dragen zoals dat mannetje probeert te doen, dat doe God." Daar bedoelde hij niet de god Atlas mee. Kennelijk had ik ingewikkelde vragen gesteld.
Möring snijdt basisvragen aan en probeert een antwoord te vinden. ‘Er is geen paradijs zonder dat daarvoor eerst pijn wordt geleden.’
Tegelijkertijd probeert hij het weerzinwekkende platte Hedonisme van deze tijd te lijf te gaan. Terecht.