Geschreven door Ilja Leonard Pfeijffer vorig jaar.
Eerder las ik van hem Peachez, Brieven uit Genua, de Antieken en La Superba.
Het was weer een leesfeestje met zijn stijl van schrijven.
Antipasti *:
hij heeft een hekel aan toeristen
‘Terwijl toeristen bovenal op zoek zijn naar een authentieke ervaring, veroorzaakt hun aanwezigheid een teloorgang van de authenticiteit die ze begeren.’
Primi piatti
het boek heeft verschillende verhaallijnen
1. De verhouding van de schrijver en Clio.
2. De bezoekers, gesprekken met hen en de gebeurtenissen in het Grand Hotel Europa.
3. De geschiedenis van de piccolo Abdul.
4. Het verhaal van Caravaggio met zijn verdwenen schilderij van Maria Magdalena.
5. De productie van een documentaire door een stel kunstenaars zonder plan.
Secondi piatti = beknopte uitwerking van de Primi piatti
1. Pfeijffer is zelf de hoofdpersoon en schrijft vanuit een hotel waar hij is beland, in een niet nader genoemde plaats, vanwege het stuklopen van zijn relatie met Clio, zijn vriendin en muze (van de geschiedschrijving).
Voluit heet zij Clio Chiavari Cattaneo en is telg uit een oud adellijk markiezengeslacht.
Hij heeft zichzelf de opdracht gegeven om schrijvende wijs voor zichzelf samen te vatten, vanaf het allereerste begin, wat er nu eigenlijk is gebeurd in hun relatie om op die manier inzicht te krijgen in het geheel. Deze gedeeltes zijn als een flash back geschreven.
‘Wie zich niet alles herinnert wat hij wil vergeten, loopt het risico dat hij bepaalde zaken vergeet te vergeten.’
Hij houdt de spanning er goed in moet ik zeggen en de ontknoping verraste me. Ook kon ik meevoelen met het dilemma van de twee lovers al wordt het in principe maar vanuit één kant beschreven. Vanuit Clios's kant had ik aan een enkel woord wel genoeg om de rest erbij te bedenken.
Om Clio verhuist hij mee uit Genua naar Venetië (De Infrastructuur van Venetië is in stroperige, gebruinde inkt met een ganzenveer getekend op vergeeld papier) waar Clio een baan krijgt aangeboden in een ´Accademia´; een Gallery.
Zij is kunsthistorica en met haar bespreekt hij onder andere de klassieke en contemporaine kunst. Met name van Damien Hirst.
Ze bezoeken de expositie van hem in Venetie in 2017. ‘Treasures from the Wreck of the Unbelievable’
‘Hirst drukt ons met de neus op de feiten door ons een verzonnen verleden voor te schotelen. Als iets maar oud is, zetten we het in een museum. Maar we begrijpen niet dat we zelf in een museum leven en dat we niets produceren wat zal glimmen in de pronkzalen van de musea van de toekomst.’
2. In het oude Hotel Europa heeft Pfeijffer zijn vaste tafel en eigen servetring en wordt met alle egards omgeven. Je leert de andere vaste gasten kennen.
Daar is Patelski, een oude, slecht ter bene academicus waarmee het vluchtelingenvraagstuk en de toestand van en in Europa op hoog niveau wordt besproken. ‘Er is zoveel verleden in Europa dat er geen plek meer is voor de toekomst.’ […]
‘Europa produceert niets meer. Alle voorwerpen die we dagelijks in onze handen hebben, worden in China gemaakt. Onze kleding komt uit Bangladesh en India, en onze dromen uit Hollywood.’
De grote Griek Yannis Volonaki is er en de Franse dichteres Albane waarmee hij een hilarische, moeilijke relatie onderhoudt.
De Majordomus (hoofd van het huishouden) Montebello speelt zijn rol en dan is er nog die mysterieuze dame in kamer één, die de schrijver nooit ziet en niet kan vinden. Maar zij is er wel en aan het einde betreedt zij het toneel.
Het Grand Hotel wordt op een dag overgenomen door een Chinese eigenaar. Deze Meneer Wang voert allerlei ‘verbeteringen’ door, die de vaste gasten een doorn in het oog zijn. Het, toch wel noodlijdende, kleurrijke oude Grand Hotel met zijn geschiedenissen veranderd langzaam in een hotel met plastic bloemen en ledverlichting met de bedoeling meer gasten aan te trekken.
Jawel: achter dit Grand Hotel schemert het werelddeel Europa.
3. De piccolo Abdul, een ongeletterde vluchteling uit Afrika die volgens mijn kritische aantekeningen die ik tijdens het lezen maakte, veel te veel mooie volzinnen gebruikte om zijn akelige vluchtelingen verhaal te vertellen aan Pfeijffer. Later kwam de verklaring.
4. Hoe zit het met die laatste schilderijen van Caravaggio? Als kunsthistorica is Clio ernaar opzoek en Pfeijffer denkt en zoekt gezellig met haar mee.
Er moet nog ergens een schilderij zijn van Maria Magdalena. Ze proberen de laatste dagen van Caravaggio te reconstrueren maar ze komen er niet echt uit. Is het verloren gegaan?
Dan krijgt Clio het aanbod voor een baan in Abu Dhabi. Daar wordt een ‘Louvre’ nagebouwd en zijn er kunstkenners nodig.
5. De documentaire, waar geen vastomlijnde plannen voor zijn en die uiteindelijk op aanraden van Pfeijffer over massatoerisme zal gaan en ook nog eens op een mislukking uitdraait, levert wel veel hilarische gesprekken, gedachten en dus schrijfsels op. Met name in Giethoorn, het Venetië van Nederland.
‘Toerisme vernietigt datgene waardoor het wordt aangetrokken’ […]’Terwijl we onze grenzen zo gastvrij mogelijk openen voor buitenlanders die komen om hun geld uit te geven, willen we ze sluiten voor buitenlanders die komen om geld te verdienen.’
Contorni: de oude dame, een personage op de achtergrond die het boek tot een geheel maakt.
Dolci: Europa wordt op verschillende manieren ten grave gedragen en Pfeijffer laat Europa, ook op verschillende manieren achter zich.
Voor mij mag dit boek met recht het predicaat ´literatuur´ dragen. Mooi verhaal, mooie zinnen, humor, satire en de gelaagdheid stemt regelmatig tot nadenken.
En de seksscènes? Ik weet het: 'sex sells'.
Zelf hou ik niet van dit type beschrijvingen en om een succes te zijn heeft dit boek het ook niet nodig.
*de vergelijking met een Italiaanse maaltijd is aan mijn eigen brein ontsproten om dit boek in hapklare brokken te kunnen reproduceren en samen te vatten en heeft verder niets met het boek zelf te maken.
07-05
Helaas heeft hij gisteravond niet de Libris Literatuurprijs gewonnen waarvoor hij was genomineerd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten