Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

woensdag 27 februari 2019

Willen sterven



Ondertitel: Over autonomie en het voltooide leven. Dat laatste zet van Tongeren steeds tussen aanhalingstekens omdat leven niet bij leven voltooid kan zijn.
Geschreven door Paul van Tongeren (1950) in 2018 uitgegeven en hoort bij de beste vijf, die dingen naar de Socratesbeker. Eind april, in de maand van de filosofie, horen we of dit essay gewonnen heeft.

Dit essay is een uitwerking van zijn Thomas lezing in Leuven in 2017.
‘Wat wil iemand die zegt dat hij/zij dood wil?’

Meteen moet ik denken aan Camus: ‘Er bestaat maar één werkelijk ernstig filosofisch probleem: de zelfmoord. Oordelen of het leven wel of niet de moeite waard is geleefd te worden, is antwoord geven op de fundamentele vraag van de filosofie.’


Van Tongeren waagt zich hieraan omdat deze vraag bijna niet gesteld wordt in het debat over euthanasie en hulp bij zelfdoding. Hij zet dit vooral in de context van ‘voltooid leven’ en beslist niet bij het lijden wat veel mensen moeten ondergaan.
Hij zet het in de context van 'niet willen' en niet van 'niet kunnen'.
De initiatiefwetten die door D66 in 2016 zijn gemaakt met die vage leeftijdgrens van 75 jaar zijn voorlopig uitgesteld. Er moet meer onderzoek komen.

Het antwoord op de vraag lijkt ook niet moeilijk: gewoon, niet meer leven. Het is genoeg geweest.
Maar kán een mens dood wíllen? En wat betekent die ‘wil’ dan?
Kan ik het me voorstellen niet te zijn. En hoe kun je dat dan willen.
Het is vooral een filosofische kwestie.
Maar er komen inderdaad dingen naar boven door op deze manier te denken waar door voorstanders niet over nagedacht is of welbewust op afstand gehouden.
Door voorstanders wordt ook niet nagedacht over het voorkómen van deze wens. Ze hebben het druk met hun autonomie.
(Het ‘.nu’ van de stichting uitvrijewil is eigenlijk ook wel tekenend.)
Dát is gelukkig opgepikt door Segers van de Christenunie, Slagter van omroep Max en Vanderkaa van een seniorenbond. Zo las ik gisteren in de krant.
Er is nog iets wat door denkers naar voren is gebracht en wat voor mij ook zwaar weegt: de naïviteit om te denken dat mensen niet kunnen worden beïnvloed door de maatschappelijke druk.
Het zich schuldig gaan voelen wanneer een steeds groter beroep gedaan moet worden op familie en/of omgeving. En de toestanden in sommige verpleeghuizen helpen ook niet echt mee om het leven nog een poosje te omarmen.

In ieder geval: die wil. Die is complex zo heb ik dat ook al ontdekt.
De wil is een product van onze (de producent) gevoelens en gedachten. Een effect en geen oorzaak.
En wij maar denken dat wanneer we iets willen, het uit onszelf komt.
Maar daarover heb ik al genoeg geschreven.

In de kwestie ‘voltooid leven’ willen we iets, maar dat iets is niets. Dat geldt trouwens niet voor gelovigen!
Hoe kun je ‘niets’ willen.
Van Tongeren gaat te rade bij Augustinus en o.a. Hannah Arendt. Voor mij geen onbekenden meer. De oude Grieken kenden geen omschrijving van de wil. Die vinden we voor het eerst bij Paulus (vind ik ) en Augustinus (vindt van Tongeren) maar Augustinus heeft het nog nergens over autonomie.
Het kwaad als kwaad zoals wij dat kennen was er ook niet; mensen doen kwaad omdat ze niet beter weten. Zo dacht men. Augustinus beschrijft voor het eerst het kwaad om het kwaad. Een verkeerde gerichtheid van de wil. Naast verlangen en de rede kent de mens ook de wil. En dan gaat het niet over wensen maar over besluiten.
Willen is het recht opeisen om zelf je eigen wil te bepalen.

Doet mij ook weer denken aan Schopenhauer : is je wil vrij om te willen? Of is de wil ook regelmatig in strijd met zichzelf zoals Augustinus al schreef. Velle en Nolle; bij Hannah het ‘willen’ en ‘nillen’ en de strijd die dat met zich mee kán brengen.
Van Tongeren ontdekte dat oudere mensen vaak geen zin meer hebben om maar iets te doen of te ondernemen en zich daardoor terugtrekken uit het openbare leven. Mensen ontdekken hun onvermogen om hun leven nog vorm te geven en dan verschijnt de stervenswens.
Dat wordt door het burgerinitiatief: ‘uitvrijewil’ ook benoemd: ‘omdat zij lijden ten gevolge van bijvoorbeeld het verlies van partner en dierbaren, verlies van zinvolle contacten, door vermoeidheid en apathie zonder dat daarvoor een medische grondslag is aan te wijzen, biedt deze (huidige) wet echter geen oplossing.’
Maar is de oplossing de onomkeerbare keuze voor de dood?
Of is het een vorm van verzet? De eis van de wil om de eigen wil te bepalen. Dat valt samen met autonomie.
En is dat niet een wantrouwen richting de medemens?
Ik moet opeens denken aan de periode na de geboorte van onze eersteling. Ik was zeer overtuigd van het nut van borstvoeding maar dat werd een pijnlijk gebeuren met kloven. Zo erg dat ik wilde stoppen. De verloskundige was echter een fanatiekeling op dit gebied en bleef maar aandringen om door te gaan en hem vaker aan te leggen. Ik wilde juist minder vaak aanleggen om de borsten de tijd te geven om te genezen. Ik voelde me gedwarsboomd in mijn wil en eiste stopzetting. Het was verdeurie mijn lijf en mijn kind.
Stiekem niet helemaal; na haar laatste bezoek ben ik zelf voorzichtig weer begonnen zonder druk van buitenaf en op mijn eigenmanier. Hij heeft borstvoeding gehad tot hij overging op de gewone hap. Bij zulke dingen kan dat, bij de existentiële vraag over leven of dood niet.

Wat wil iemand dus écht wanneer hij/zij zegt te willen sterven. En wat moeten we daarmee? Hoe help je iemand die hulp als aantasting van zijn/haar waardigheid ervaart.
Waarom voelen mensen zich beter wanneer dat middel op hun kastje staat? Dan geeft die ‘autonomie’ toch een gevoel van rust.
Maar hebben we dat onszelf niet op de één of andere manier wijsgemaakt en aangeleerd. Als kind begint het al: zelf doen.
Want geboorte of begraven worden; we doen er zelf niets aan. Zelfs aan veel van wat ons in het leven overkomt doen we zelf niets al hebben we vaak een ander idee daarover.
Waarom laten we dat einde niet komen met wat meer vertrouwen?
Of – denk ik - is deze hele kwestie misschien een evolutionaire ontwikkeling? Vinden we het over vijftig jaar heel gewoon.
Maar waarom grijpt het ons dan zo aan?

Nee, er komen geen antwoorden. Die heeft van Tongeren ook niet. Maar hij geeft denkstof genoeg.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten