zijn als twee appelbomen
steviger en heerlijker dan ooit in bloei,
voor de bongerd gerooid wordt.
Wanneer wij elkaar spreken, bijvoorbeeld
over het best-bewaarde damesgeheim
aller tijden, of over hoe wij ons
voegen naar de wet van de wereld,
almaar, en waarom, zegt zij mij:
wij zijn bang voor onze eigen kracht.
En inderdaad, met vreugdevolle
en opbolderende angst zeil ik daarna
de trap af: welke onderneming zal ik
nu eens gaan oprichten, welke harde
waarheid beschrijven; en ga ik, immers
in vlam, die oorlog eens voeren?
Anna Enquist (1945)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten