Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

donderdag 15 februari 2018

Een vrouw op de vlucht voor een bericht


Geschreven door David Grossman in 2007. Ik las eerder van hem ‘de stem van Tamar’ en ‘Leeuwenhoning’.
Een boek met een wonderlijke lange titel, maar al snel begreep ik hem.

‘Maar deze voordeur zou morgen, overmorgen, over een week en over twee weken voor ze gesloten blijven, en dat bericht van ze zou niet worden overgebracht, want voor een bericht waren altijd twee partijen nodig, dacht Ora, één die het overbrengt en één die het ontvangt, en dit bericht zal door niemand worden ontvangen en daarom zal het ook niet worden overgebracht.’

Ik las het boek digitaal omdat het zo’n dikke pil is van bijna 700 pagina’s en s ’avonds in bed is dat toch best lastig. Het mooie van dit boek was dat ik naar mijn bed-met-boek ging verlangen om te lezen hoe het de steeds meer vertrouwde hoofdpersonen zou vergaan.

In de proloog, die je in je achterhoofd moet houden wordt het één en ander uit de doeken gedaan. Je moet trouwens constant je hoofd erbij houden want perspectieven en tijden wisselen zonder aankondiging. Je duikelt van de ene tijd naar de andere en van het ene brein in het andere. Toch stoort het niet.
In die proloog ontmoeten Ora, Avram en Ilan elkaar op de isoleerafdeling van een ziekenhuis in Jeruzalem, in het donker, tijdens de oorlog van 1967. Ze hebben iets besmettelijks, geelzucht oftewel Hepatitis A, daarom zijn zij daar als laatste overgebleven.
Het zijn pubers en sluiten vriendschap voor het leven.
Dan komt er een grote sprong in de tijd.

Ora is van plan met haar jongste zoon, Ofer, een trektocht door Galilea te maken. Haar zoon is net afgezwaaid uit militaire dienst, maar..... hij wordt opgeroepen om een maand bij te tekenen in verband met de situatie in Israël op dat moment.
‘Hij lachte en zei: ‘Mama, het is geen spelletje, het is oorlog,’ en vanwege die neerbuigendheid van hem – en ook van zijn vader en zijn broer, dat aanmatigende gehuppel op haar meest ontstoken allergieplekken – beet ze onmiddellijk terug en zei dat ze er nog niet van overtuigd was dat er in de mannelijke hersens een duidelijk onderscheid bestond tussen oorlog en een spelletje.’

Dan neemt Ora uit angst en onmacht het besluit om alleen te vertrekken. Ze haalt Avram, de vader van Ofer over om mee te gaan en zo geschiedt. Ilan, officieel haar man, is met de oudste zoon Adam aan een tocht in Zuid Amerika bezig.
Toen besloot ik bijna met lezen te stoppen. Die twee waren knettergek en ik had even geen zin om me te verdiepen in twee psychisch gestoorde mensen.
Totdat Grossman iets explicieter werd en verhaalde over datgene wat zij veel eerder hadden moeten doorstaan. Toen besloot ik alsnog om verder te lezen. Daar ben ik achteraf blij om.

Tijdens de wandeling van Ora en Avram komt het verleden tot leven. En zij tweeën ook. Maar vooral Avram. Ora vertelt hem over het wel en wee van haar gezin om hem er eindelijk ook bij te betrekken.
En, heel bijgelovig, in een poging om Ofer te beschermen wanneer er over hem wordt gesproken.
Eerst wil Avram niets weten over zijn zoon Ofer die onder de vaderlijke leiding van Ilan is opgegroeid omdat hijzelf als psychisch wrak uit Egyptische krijgsgevangenschap is gekomen. In 1973 denk ik.
‘Ze vertelt het verhaal en daarna is het afgelopen. Een verhaal kan niet eeuwig duren. Ik kan ondertussen aan allerlei dingen denken. Zij praat toch door. Het is maar een verhaal. Een woord en nog een woord.’
Maar de wandelingen in de buitenlucht, het basicgedoe van slapen in de openlucht doet hen goed, ze komen steeds meer tot zichzelf en krijgen allebei ook steeds meer oog voor de omgeving die daar inderdaad erg mooi is.
Ik was er zelf in 2009, rond het meer van Galilea en op de Golanhoogte.
Ook hun liefde bloeit weer op.

De gevolgen van (jeugd) trauma’s zijn indrukwekkend en worden indirect heel boeiend en liefdevol beschreven.
Wat in het boek doorklinkt is de mogelijkheid voor iedere Israëlische ouder om op een dag zo’n bericht te krijgen. Is het niet vanuit een oorlog dan wel door een bomaanslag of iets dergelijks.
De dreiging is altijd aanwezig.
Grossman weet het uit ervaring. Hij verloor een zoon in 2006 tijdens het schrijven van dit boek.









vrijdag 9 februari 2018

Doneren 2


Naar aanleiding van het bijna aangenomen (13 februari) wetsvoorstel van mw. Dijkstra over het donor-registratie-schap stonden er deze week wat opmerkingen in de krant.
Gelukkig was daar ook een mijnheer bij die het hersendood zijn aankaartte. Hoe dood is hersendood eigenlijk? Weten we daar wel genoeg over? Naar zijn en mijn ideeën nog steeds niet.
Via het wereldwijdeweb lees ik ook heel verschillende dingen.
Deze mijnheer was nogal recht door zee: ‘Een deel van de orgaandonoren wordt dus simpelweg op de operatietafel vermoord.’
Ook was er een mevrouw met kinderen die op grote IC’s hebben gewerkt en het donorzijn haar afraadde.
Ik werkte op een kleine IC maar ik kan me daar wat bij voorstellen.
Zij is tegen alle donaties waarbij hersendood de maatstaf is. Ik sluit me erbij aan.

De restricties die mw. Dijkstra nu onder druk van de politiek heeft gemaakt slaan werkelijk nergens op. Je moet als nabestaande gerede bezwaren hebben om de wens(?) van de overledene tegen te gaan. Er is namelijk geen uitgesproken wens wanneer het ‘Ja, tenzij’ protocol (opt-out systeem) wordt gevolgd; het ADR- wetsvoorstel. (Actieve Donor Registratie)
Hoe ga je dat doen in een verdrietig en kort tijdsbestek als medische leek?

‘We moeten onze zorgprofessionals vertrouwen.’ Volgens mw. Dijkstra. Ja, ja, maar daar zit het probleem. Artsen hebben op dat moment ook andere belangen. Ze zijn niet neutraal. En stel je voor dat ik daar lig* met mijn speciale bloedgroep die zo goed gebruikt zou kunnen worden en de arts voelt het gehijg in zijn nek van de wachtlijsten. Artsen zijn ook mensen, juist daarom vertrouw ik ze niet. En politici al helemaal niet. Deze dame Dijkstra wil naar mijn idee iets te graag scoren.


Na de deskundigenbijeenkomsten van de eerste kamer te hebben bezien en beluisterd hoorde ik veel dingen waar ik het niet mee eens was maar ook waar ik het wel mee eens was. Naast de emotionele verhalen van mw. v/d Mortel en van dhr. de Groot (geestelijk verzorger; gepromoveerd op donorproblematiek) sprak vooral de medische ethische discussie mij aan.
Zoals: Wanneer iets wordt verplicht is het geen donatie meer. (Boer van de TUK/PthU en Beers van de VU) De criteria om de dood vast te stellen zijn niet alleen zeer complex maar veranderen ook steeds en staan van tijd tot tijd ter discussie. (Beers van de VU) Dat relativeerde ze weer iets bij de vragenronde.
De mensen worden geacht geïnformeerd te zijn maar wat betekent dat in de tijd als die van ons waar in informatie steeds maar door andere informatie wordt ingehaald?
En wat betekent dat voor ‘Jan met de Pet’. (Van Leeuwen van Pharos)
Mw. Beers gaf ook nog aan dat het kan gebeuren (zoals in België is gebeurd) dat bij ADR ook lichaamsweefsels beschikbaar kwamen de biomedische wetenschap zonder dat men dat wist. In hoeverre is daarin voorzien?
En ik vul zelf maar even aan: Hoelang duurt het dan nog voordat er in wordt gehandeld door noodlijdende ziekenhuizen? Ja, ik weet het: ‘slippery slope’ argument, drogreden.
Het argument dat er in bijvoorbeeld Spanje en nog wat andere landen met dit ADR systeem meer organen beschikbaar komen vind ik dan weer een drogreden.
Nederland is toch koploper in eigenzinnigheid? Waarom dan nu naar andere landen kijken?
Over Spanje werd trouwens weer zeer relativerend gesproken door dhr. Kompanje van het EMC en dhr. Friele van Nivel.
Het is een lange zit maar dan weet je ook wat:
zitting 23 mei 2017
zitting 6 juni 2017


*waarbij ik nog even wil aantekenen dat het in principe niet uitmaakt op welke manier je sterft. Of dat door een bomaanslag, auto-ongeluk of een ‘te snelle’ dood voor donorschap zou zijn.
'Death is but one and comes but once'
Dat stervensproces moet je een keer doormaken en blijft hetzelfde en ik vertrouw erop dat het op Gods tijd zal zijn.
Maar de manier waarop er nu dingen nu bij wet geregeld gaan worden; daarmee ben ik het totaal niet eens. Ik ben ook niet van plan om me op de één of andere manier moreel te laten verplichten.
En nee, ik hoef geen orgaan van een ander.



En dan nu maar afwachten of het wetsvoorstel door deze eerste kamer komt.


13-02-2018 16.50 uur:
Zojuist de stemming in de eerste kamer gevolgd: de wet is aangenomen met 38 stemmen voor en 36 tegen.
En me maar meteen afgemeld bij de donorregistratie.



woensdag 31 januari 2018

ter Lindenbladzijde 2


Ds. Nico ter Linden is overleden. Broer van ds. Carel.
Eénentachtig jaar oud. Ik ken hem van ‘Het verhaal gaat’. Daar heb ik de eerste twee delen van.
Verder niet want vrijzinnige dominees, daar moest je voor oppassen.
Nu weet ik dat vrijzinnige dominees best wel vrij zinnige dingen kunnen zeggen. Zo ook in zijn verhalen die zo duidelijk de link hebben met onze tijden.
‘Er zaten maar twee kindertjes op de school met de Bijbel van Bersebar: Jakob en Esau.’
Wanneer ik hem vergelijk met Guus Kuijer, die ook de verhalen uit de Bijbel heeft herverteld, dan valt mij de milde en zachtmoedige toon van ter Linden op. Guus is veel sarcastischer en vooral in zijn tweede boek vond ik hem al beduidend meer anti-theïstisch.

Voor ter Linden was het belangrijk dat de verhalen blijvend worden doorverteld.
Ik kan het alleen maar met hem eens zijn. De verhalen hebben we nodig en zijn belangrijk om te leren over God en over het intermenselijke verkeer, ook al zijn sommige verhalen wetenschappelijk niet kloppend te krijgen met de naturalistische werkelijkheid. Dat doet er niet zo toe.
‘Wel waar maar niet echt gebeurd.’
Maar daarin ging Nico wel veel verder dan ik. Te ver.
Het is ook niet echt meelevend voor de joodse medemens om hun vaderlandse geschiedenis als ‘niet echt gebeurd’ te bestempelen.
Om over de opstanding van Jezus maar te zwijgen.

Op deze laatste dag van de week van de poëzie het gedicht van Bredero (1585 – 1618) wat voor ter Linde wel iets betekend heeft, zo begreep ik uit een interview.


AANDACHTIG GEBED

O Levendige God! eeuwig, goed en almachtig,
Aanschouw meelijdelijk mij droeve en neerslachtig
Een uitgekweelde man van sobere gestalt;
Gedoog niet dat hem nu de wanhoop overvalt,
Die toch een vijand is van Hemelse genade,
Want zij mijn arme ziel zou eeuwelijke schaden.
Ontvang, O Heere! toch het zuiverst’ van mijn hert,
Geef dat mij mijne zond’ niet toegerekend werd.
Neem mij, die hier op aard’ als vreemdeling moest zwerven,
In ’s Hemels borgerij na een godzalig sterven.
Ach! dat uw lieve Zoon, met zijn onschuldig bloed,
Voor mij, kenschuldige, de borgtocht voldoet.
Och! ik ben uitgeteerd en ga met smart betreden
De algemene weg van d’ouwde lang verleden.
O Heer! ik kijve niet, noch hadder niet met u.
Het sterven is mij lief, is ‘t U behagelijk nu,
Want gij hebt mij gemaakt en moogt mij weer ontmaken,
Wanneer ’t u wel gevalt. O God! vóór alle zaken
Beveel ik u mijn Ziel, o Zaligmaker goed!
Ick geer geen ander vreugd, ik zoek geen ander zoet,
Geen ander blijdschap, ach! noch ook geen liever lusten,
Als bij de Bruidegom van mijne ziel te rusten.





vrijdag 26 januari 2018

Russisch feestje


Toen ik via Facebook – waar ik nog nauwelijks kom vanwege die rare algoritmes en de oudbakken berichten van soms vijf dagen geleden – een bericht zag van het Rotterdams Philharmonisch over een concert met de tweede symfonie van Rachmaninov heb ik meteen kaarten besteld.
Die tweede symfonie is één van mijn klassieke muziekfavorieten.
Waarom weet ik niet. Ik hou van de klankkleur en het theatrale van de Russische componisten.
Het voelt alsof je deel uitmaakt van een eeuwenoude cultuur. Die hoor ik er in terug en dat bevalt me.
Misschien komt dat door de volksmelodieën die Rachmaninov maar vooral ook Chatsjatoerjan gebruikten.
Voor mijn eindexamen ooit heb ik op mijn eigen verzoek (want opgevoed met Urker- en Kamper-geestelijke-liederen-zingende mannenkoren) een doos met lp’s gekregen: ‘Europa in concert’. Tien lp’s uit tien verschillende Europese landen.
Rusland, Hongarije en Spanje waren favoriet. Op de tweede plaats: De Bohemen, Scandinavië en Engeland.
Van mijn kinderen heb ik voor mijn verjaardag eens een van moderne technieken voorziene, draagbare platenspeler gekregen zodat ik ze nog steeds kan beluisteren.











Gisteravond heb ik weer intens zitten genieten van dit echt Russische feestje want niet alleen de componisten waren Russen; ook de solist en de dirigent zijn dat. En wie kunnen deze stukken beter spelen en dirigeren dan mensen die daar geboren zijn?
Als eerste het vioolconcert van CHatsjatoerjan. (zoeken op Aram Khachaturian via Spotify) Hij is vooral bekend geworden door de muziek bij ‘The Onedin Line’ en zijn ‘Sabeldans’.
Dit vioolconcert - wat voor mij totaal onbekend was - werd gespeeld door Sergej Chatsjatrjan en gedirigeerd door Stanislav Kochanovsky.
Namen om je tong over te breken maar prachtig. Deze solist wist een zaal met vijftienhonderd mensen muisstil te krijgen.
Ook tijdens zijn toegift waarin hij een voor mij onbekend operalied speelde was het muisstil terwijl hij naar mijn idee maar met één stokhaar over de snaren ging.
Volgens mij hield iedereen zijn adem in. Hij kreeg dan ook een lange staande ovatie.

De tweede symfonie van Rachmaninov klonk vertrouwd en toch ook weer niet. Ook al ken ik alle klankkleuren, alle aanzwellende fortissimo’s en smeltende pianissimo’s; ‘ life’ horen spelen is toch ander dan via een cd.
Vooral het derde deel vind ik echt bloedmooi. Het is een inspirerende vrijage tussen blazers en strijkers.
Ontroerend.




dinsdag 23 januari 2018

Dag/Week/Maand van…

Vorig jaar viel het mij op dat er zoveel speciale dagen/weken/maanden waren.
Eén van mijn voornemens was omdat een jaar lang zo goed mogelijk bij te houden en een overzicht te maken.
Het meeste komt tot mij via de krant.
En hoeveel 'tabjes' en spaties ik ook gebruik, ik krijg het niet netjes recht onder elkaar.


Januari

12 jan – 11 feb Maand van de spiritualiteit
15 jan – 19 jan Week van de circulaire economie (whatever it means)
17 jan Dag van het Jodendom
18 jan Lelijke truien dag
24 jan Dag van de pindakaas en van de bedreigde advocaten
21 jan – 28 jan Week van het gebed
25 jan - 31 jan Week van de poëzie; de eerste dag is gedichten dag
28 jan Dag van de privacy en Lepradag (laatste zondag van de maand januari)
29 jan - 4 febr Week van het vergeten kind

Februari

1 febr - 8 maart Maand van de historische roman
6 febr Zero Tolerance Day (dag tegen vrouwelijke genitale verminking) en Safer Internet Day
10 - 17 februari Week van de euthanasie
13 feb Wereld Radio dag
14 feb Valentijnsdag
14 feb - 25 mrt Veertigdagen tijd

Maart

1 mrt - 7 mrt Week van de vegetariër
8 mrt Internationale Vrouwendag
10 mrt - 18 mrt Boekenweek




Waar ben ik aan begonnen.....

Maar kijk eens aan, er zijn er meer die dit gat in de markt zagen.
Dat scheel veel werk.
Maar die sufferds zijn de boekenweek vergeten.
Je moet ook alles in de gaten houden....
Zelfs Wiki heeft er een pagina aan gewijd, maar die staat op het punt te verdwijnen.




dinsdag 16 januari 2018

Achtendertig nachten

Geschreven door Janne IJmker in 2006 alweer. Ze won ermee de Publieksprijs voor het beste Christelijke boek in 2007.
Ik las een digitale editie naar de zevende druk uit 2009.
Ik hou niet van streekromans. In gedachten noem ik ze ‘Lammechien en Hillechien reeksen’.
Ze lijken allemaal op elkaar en vertellen over een wereld die niet de mijne is.
Zo rond mijn dertiende heb ik het lezen van deze boeken afgezworen nadat ik de hele VCL- reeks van mijn moeder doorgeploegd had.
Ja, ik was veel te jong voor die stuff maar ik was vroeg wijs volgens mijn moeder; plus nog iets.

Ik hou ook niet van über-christelijke boeken. Laat mij zelf maar denken. Het hoeft er niet zo duidelijk bovenop te liggen. Deze roman is ook op historische feiten gebaseerd, (verantwoording aan het eind) dat was voor mij de aantrekkingskracht en het loopt niet goed af dus heb ik me eraan gewaagd.
Het verhaal heeft me wel aangegrepen. Vooral door het morele gemanipuleer in allerlei zaken die schering en inslag waren, toen en nu nog steeds. Gearrangeerde huwelijken waren ook gewoon in die tijd om het kapitaal in de familie te houden.
Het verhaal kán zo gebeurt zijn; daar hou ik het maar op. (en de schrijfster ook)

Het verhaal speelt zich af in het Drenthe van 1738 -1767 in de dorpen Doldersum en Vledder.
Elsjen Roelofs vermoord haar man, Jan Albers met rattengif in maart 1767. Ze wordt gevangen gezet in Assen, bevalt daar eind juli van haar tweede kind, een dochtertje dat op twee jarige leeftijd overlijdt en krijgt de doodstraf op 9 september 1767.
Haar eerste kind, Roelof, trouwt en krijgt vijf kinderen. Overlijdt in 1809.
Niemand van zijn kinderen krijgt een naam van moeders familie. Dat zegt iets.
Dat laatste over Roelof heb ik uit de verantwoording gevist.
Om die eerste feiten heen is het verhaal opgebouwd. Elsjen schrijft in de gevangenis in flashbacks haar verhaal hoe het zover gekomen is en verwerkt daarmee met behulp van Janne, haar verzorgster, wat ze heeft gedaan. Ze vindt steun in het verhaal van Job uit de Bijbel die ze van haar broer Luit heeft meegekregen.
IJmker heeft er een christelijk verhaal van gemaakt. Of dat terecht is is de vraag. In die tijd was de kerkelijke gemeenschap belangrijk, iedereen ging naar de kerk en feit is ook dat er een ‘beroering’ (opwekking) plaatsvond in Vledder in 1751. Maar feit is ook dat Elsjen de dominee die haar bezocht ‘niet meer wenste te ontvangen’.
Dat kan wijzen op verharding of op een ontwikkeling waarbij dominees overbodig worden omdat je geestelijk en emotioneel al veel verder bent. IJmker kiest in dit verhaal voor dat laatste.
Ze zal er reden voor hebben omdat ze veel onderzoek heeft gedaan. Ze schetst ook een mooi beeld van het harde boerenleven uit die tijd.

Mooi ingrijpend verhaal en soms een beetje over de top. Geen literatuur, want ik mis ‘gelaagdheid’.
En eigenlijk word ik dan toch ook nieuwsgierig naar de kant van het verhaal van Jan Albers.
De titel achtendertig nachten snapte ik eerst niet.
Op 12 maart overlijdt Jan Albers en op 9 september krijgt Elsjen de doodstraf. Dat is bijna 6 maanden.
De titel slaat echter op de nachten dat zij haar verhaal opschrijft en is daarmee willekeurig denk ik. In het verhaal heeft ze wel een doos met haar schrijfsels aan Janna meegegeven maar daarover heb ik geen feiten kunnen ontdekken.

Ook mooi om te lezen dat Elsjen haar vrijheid ervaart in een afgesloten ruimte. Eerst de bedstee en later de cel. Vrijheid, vooral christen-vrijheid zit inderdaad in je hoofd en hart en is niet afhankelijk van muren.


dinsdag 9 januari 2018

Vaslav

Geschreven door Arthur Japin (1956) in 2010.
Ik las een digitale editie terwijl ik een papieren in de kast heb staan. Maar ja, s ’avonds in bed leest een e-reader toch gemakkelijker.

Vaslav Nijinski (1889-1950) was een zeer beroemde Pools-Russische balletdanser rond de tijd van de eerste wereldoorlog.
Hij kon zo hoog springen, vond men, dat het leek of hij zweefde; een godensprong.
Peter, de nuchtere Zwitserse bediende was daarvan niet zo onder de indruk. ‘een klipgeit kan het ook’.
Het draait allemaal om die ene dag: 19 januari 1919 in Zwitserland in het kleine dorpje Sils dat vlakbij Sankt Moritz ligt. Wat er precies die dag gebeurde.......daar kom je in de loop van het verhaal achter.
Drie personen leveren hun commentaar vanuit hun perspectief: Peter de bediende, Romola de vrouw van Vaslav en Sergej Pavlovitsj Diaghilev, kunstenaar, impresario en vroegere minnaar van Vaslav.
Peter houdt het gebeuren van die ene dag van minuut tot minuut bij op zijn horloge, dat hij die dag ervoor hoogst persoonlijk van mijnheer heeft gekregen en zoekt ondertussen naar zijn eigen bestemming.
Zal hij zijn vriendin Lise ten huwelijk vragen met wie hij al in de wieg bevriend was en ook een bediende van de familie is, of toch zijn leven drastisch omgooien?
Romola vertelt vooral wat er volgde op die dag en hoe zij gevochten heeft om Vaslav te winnen, te beschermen en hem voor de wereld te behouden.
Diaghilev vertelt meer over wat eraan vooraf ging en hoe hij Vaslav heeft groot gemaakt.
Knap gedaan, op deze manier een boek schrijven, want het blijft spannend.
Door dat ‘drieluik’ moest ik nog even denken aan het boek van Sandor Marai: ‘Kentering van een huwelijk’.

Op die dag, die 19e in 1919 is er een Benefietavond voor het Rode Kruis in Sankt Moritz. Dan zal Vaslav nog een keer zijn kunsten laten zien aan het publiek. Hij is dan al aan lager wal geraakt en ziek. Volgens de Wiki pagina lijdt hij aan dementia praecox.
Peter, als een nuchtere ongeschoolde Zwitser had het als eerste door omdat hij de verschijnselen die Vaslav vertoonde herkende.
Hij had het eerder gezien, toen hij als kleine jongen de tas met schrijfattributen mocht dragen van Friedrich Nietzsche die in het zomerse Sils ook een aantal jaren bivakkeerde.
Het hele optreden op die 19e duurt van 17.30 tot 18.23 volgens het horloge van Peter maar schokte iedereen. Daarna heeft Vaslav niet meer gedanst en nauwelijks meer gesproken.
Achterin het boek de verantwoording. Vaslav en Romola hebben allebei dagboeken/verslagen nagelaten naast de vele anderen die over hen hebben geschreven.

Toch blijven er vragen over: hoe zit het nu met die geaardheid van Vaslav. Biseksueel? Of zouden we hem in deze tijd een #metoo slachtoffer kunnen noemen van Diaghilev?
Was hij een HSP-er?
Van Kyra, het dochtertje weten we het één en ander, hoe is het zijn(?) tweede dochter vergaan?
Heeft Peter het roer van zijn leven echt omgegooid en/of is het weer in orde gekomen met Lise?

In ieder geval wil ik meer lezen van Japin. Ik hou van historische romans.
Het fascineert mij altijd om te bedenken dat al die miljoenen mensen vóór mij hun leven hebben geleefd in hun omstandigheden met hun grote en klein besognes.
In principe is over elk mens wel een boek te schrijven. Als je het maar weet te brengen.