Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

maandag 22 februari 2016

De Onderwaterzwemmer


Geschreven door P.F. Thomése in 2015. Ik las eerder van hem de Weldoener. Ook al over zo'n egocentrist.
Ik las dit ook als e-book, gemaakt op basis van de eerste druk.
Het boek bestaat uit drie delen. Het eerste speelt zich af in 1944 in de buurt van Zaltbommel, het tweede in 1974 en het laatste in 2004.
In het eerste deel is Martin van Heel een puber van 14 jaar, die met zijn vader naar bevrijd gebied probeert te zwemmen. Helaas verliest hij zijn vader. In het tweede deel is hij een getrouwde man op reis in Afrika en op zoek naar het Fosterchild van zijn vrouw Vic(torine) en verliest hij haar, In het derde deel is hij een bejaarde man en heeft hij zijn dochter verloren.
‘Zo wordt zijn leven een verhaal dat bestaat uit hiaten en handelt over afwezigheid. Alle lege plekken lijken op elkaar. Vic, zijn vader, het komt allemaal op hetzelfde neer. Nooit heeft hij thuis kunnen komen. Omdat het zijn schuld was. Het is altijd zijn schuld, ook nu.’
Maar er is hoop.

Het is best een spannend boek; een 'pageturner'.
Het is ook prettig wanneer je je talen spreekt want er wordt Frans en Engels gesproken en er wordt niet vertaald. Het zou het verhaal ook irritant ophouden.
Daardoor is het ook best realistisch. Zo realistisch dat ik af en toe kwaad werd. Je zou die hoofdpersoon zo graag eens even flink door elkaar rammelen.
Het boek is zo geschreven dat je je voortdurend in het hoofd bevindt van (Mar) Tin. Ik ken ook mannen die zo voortdurend met zichzelf bezig zijn en zich het centrum van de kosmos wanen; geen echt oog hebben wat er om hen heen gebeurt en steeds de verkeerde keuzes maken waardoor ze nog meer in zichzelf en nog meer met een schuldgevoel zitten en zichzelf nog meer slachtoffer voelen. Woest word ik daarvan. En af en toe koketteren ze er ook nog mee. Oké, dat laatste doet Tin niet, dat doet de schrijver van het boek door het op deze manier te schrijven.

Maar hij kan het wel, schrijven:
‘Hij heeft ook met haar optimisme te doen, dat gebrek om in te zien dat ons leven zich niets van ons aantrekt. Arme onnozele Vic, wij zijn pluisjes die onze eigen koers denken te bepalen in de wind die ons meevoert.’

‘De tijd die je denkt kan niet op klokken worden weggetikt. Wie denkt staat stil. Die laat de wereld even lopen. Men is er even niet. En zolang men er niet is, kan er niets gebeuren.’
(zie Hannah Arendt. *grinnik*)

‘Hij heeft zijn vader niet teruggevonden, hij is hem eindelijk geworden. Net zo uitwisbaar geworden als hij. Hij is immers even oud, dat ook. Vieren veertig. Hij heeft hem ingehaald. Dwars door de onoverwinnelijke tijd heen. Hij heeft dertig jaar en duizenden kilometers acht zich moet en laten om hem op deze onbekende plek in zijn eigen binnenzee te kunnen ontvangen.
Ont-vangen: iets loslaten om het te kunnen vatten. Zulke dingen denkt hij niet, hij denkt helemaal niets; het gebeurt hem en hij laat het toe.’

‘Als een onderwaterzwemmer is zijn vader het hele eind met hem mee gezwommen, jaar in jaar uit en nu dus van het ene continent naar het andere.’


Het enige wat voor mij nogal raadselachtig is gebleven is de scene waarin Tin een hart uit een gevangen reebok moet snijden in opdracht van Afrikaanse jagers. Ik heb me suf gepiekerd welke betekenis dit zou kunnen hebben maar ben er nog niet achter.
Een hart ergens uit snijden.....
Op onze Cult(uur)-kring gaan we dit boek bespreken. Ik ben benieuwd of anderen het weten te duiden.

donderdag 18 februari 2016

Desiderata


Wees kalm te midden van het lawaai en de haast, en bedenk welk een vrede er in stilte kan heersen.
Sta op goede voet met alle mensen, zonder jezelf geweld aan te doen.
Zeg je waarheid rustig en duidelijk en luister naar anderen; ook zij vertellen hun verhaal.
Mijd luidruchtige en agressieve mensen: ze belasten de geest.
Wanneer je je met anderen vergelijkt zou je ijdel en verbitterd kunnen worden, want er zullen altijd kleinere en grotere mensen zijn dan je zelf bent. Geniet zowel van wat je hebt bereikt als van je plannen.
Blijf belangstelling hebben voor je eigen werk, hoe nederig dat ook moge zijn: het is een werkelijk bezit in het veranderlijk fortuin van de tijd.
Betracht voorzichtigheid bij het zakendoen, want de wereld is vol bedrog. Maar laat je niet verblinden voor de bestaande deugd: veel mensen streven hoge idealen na en overal is het leven vol heldendom: Wees jezelf.
Veins vooral geen genegenheid. Maar wees evenmin cynisch over de liefde, want bij alle dorheid en ontevredenheid is zij eeuwig als het gras.
Volg de jaren met gratie, verlang niet naar een tijd die achter je ligt.
Kweek geestkracht aan om bij onverwachte tegenslag beschermd te zijn. Maar verdriet jezelf niet met spookbeelden. Vele angsten worden uit eenzaamheid en vermoeidheid geboren.
Leg jezelf een gezonde discipline op, maar wees daarbij lief voor jezelf. Je bent een kind van het heelal, niet minder dan de bomen en de sterren. Je hebt het recht hier te zijn en ook al is het je wel of niet duidelijk, toch ontvouwt het heelal zich zoals het zich ontvouwt en zo is het goed.
Heb daarom vrede met God, hoe je ook denkt dat Hij moge zijn en wat je werk en aspiraties ook moge zijn: houd vrede met je ziel in de lawaaierige verwarring van het leven.
Met al zijn klatergoud, somberheid en vervlogen dromen is dit toch nog steeds een prachtige wereld.
Wees waarachtig. Streef naar geluk.


Deze tekst is ooit gevonden in de oude St. Pauluskerk te Baltimore.
Gedateerd 1692

Zo is het tenminste tot mij gekomen.
Echter, bij het naspeuren op het wereldwijdeweb ontdekte ik dat het een tekst is van Max Ehrmann uit 1927.
Het wordt er niet minder fraai om.

woensdag 17 februari 2016

Spinoza


Geschreven door Steven Nadler in 1999 en ooit heb ik dit boek op de kop getikt op een tweedehands boekenmarkt.
Ik las de derde druk uit 2005 en dan blijkt het ook nog eens het meest gerenommeerde werk over Baruch de Spinoza te zijn.
Dat is terecht: 27 pagina’s met geraadpleegde literatuur en bijna 50 pagina’s met voetnoten. Het was een hele kluif.
Heel getrouw wordt de aanloop, omgeving en het politieke klimaat in Amsterdam (en Nederland) beschreven waarin Spinoza opgroeide, net als zijn vriendenkring en allen die invloed op hem uitoefenden.
Soms een beetje speculatief naar mijn idee wanneer er vaak de woorden ‘waarschijnlijk’, ‘het zou kunnen’ en ‘mogelijk’ worden gebruikt. Dat maakte het lezen van dit boek er echter niet minder om.
Van deze grootste Nederlandse filosoof wist ik niet zo veel. Alleen dat hij Joods was en pantheist.

Spinoza is geboren in 1632 in Amsterdam uit Portugees, Sefardisch Joodse voorouders. Het was een gezin met vijf kinderen.
Zijn vader was van een koopmansgeslacht en Baruch werd geacht zijn vader daarin op te volgen.
Het liep allemaal iets anders. Slim, veeltalig en religieus opgevoed werd Baruch in 1656 uit de synagoge gezet toen hij 23 jaar oud was. Hij wilde zich niet meer houden aan de traditionele regels en wetten en las teveel fouten in de Thora om het als een Goddelijk geschrift te erkennen.
En hij ontwikkelde een ‘ketters’ Godsbeeld. Zeker voor die tijd.
Spinoza is een voorloper van de historisch- kritische- methode om de Bijbel te bestuderen.
Hij leidde na de uitzetting (cherem) een teruggetrokken leven in Rijnsburg, Voorburg en Den Haag en verdiende de kost door lenzen te slijpen. Niet getrouwd, geen kinderen en stierf arm.
De belangrijkste werken die hij schreef waren de ‘Ethica’ (na zijn dood uitgegeven) en ‘Tractatus- Theologico-politicus’ . (werd in 1674 verboden)
Descartes en Hobbes hadden grote invloed op hem en soms was hij kennelijk moeilijk te volgen omdat men niet wist of hij nu Descartes citeerde of het zelf had bedacht.

Wat wil Spinoza?
De waarheid leren kennen. En dan voornamelijk als rationalist.
Ware kennis is de waarheid omtrent God, de natuur en onszelf; omtrent de maatschappij, de godsdienst en het leven.
Die ware kennis wil hij ontdekken en bewijzen. (p. 289)
Met gevoel en passies heeft hij niet zo veel, gevoelens worden teveel gemanipuleerd door de geestelijken en passies kunnen door de ratio worden overwonnen.

‘Onder God versta ik het volstrekt oneindige wezen, dat wil zeggen een substantie, uit een oneindig aantal attributen bestaande, waarvan ieder voor zich een eeuwig en oneindig wezen uitdrukt.
substantie = dat wat op zichzelf bestaat en uit zichzelf moet worden begrepen.
attribuut = datgene , wat het verstand opvat als uitmakende het wezen van een substantie.’
(p. 289)
Er is slechts één substantie in het universum, namelijk God, en alles wat bestaat, bestaat in God.
Zo ziet Spinoza God met de natuur samenvallen al vereenzelvigt hij God er niet mee. (p.420)
‘[..]Of wij kunnen zeggen dat alles geschiedt volgens de wetten van de natuur, of dat alles door Gods besluit en leiding beschikt wordt, wij zeggen hetzelfde.’ (p. 345)
Lastig te begrijpen maar:
God is liefde, is de liefde dan Goddelijk? Kunnen we liefde als God vereren?
Net zo min kunnen we naar mijn mening de natuur als God vereren.

Met zijn onvrije wil en deterministische denken kan ik wel heel goed uit de voeten.
‘Er bestaat in de geest geen onvoorwaardelijke of vrije wil; doch de geest wordt genoopt dit of dat te willen door een oorzaak, die eveneens door een andere oorzaak bepaald is, en deze wederom door een andere, en zo tot in het oneindige.’

Wat minder heb ik met zijn ongeloof in doelgerichtheid.
‘Wie aanneemt dat God of de natuur handelt om doeleinden te bereiken – wie doelgerichtheid ziet in de natuur – vat de natuur geheel verkeerd op en keert deze ondersteboven door de uitwerking aan de werkelijke oorzaak vooraf te laten gaan.’
Wat ik al eens meer schreef: wanneer er geen doelgerichtheid te bespeuren valt in de natuur hoe komen wij, mensen dan aan het idee van zingeving? Waarom stellen we ons doelen. Dat zou dan toch een heel raar verschijnsel zijn wanneer dat nergens in de natuur voorkomt?
Hoe komen we dan überhaupt aan dat idee?

Spinoza heeft niet veel op met de gereformeerde predikanten: ‘het al te grote gezag en de brutaliteit van de predikanten is de grootste bedreiging voor de vrijheid om te zeggen wat we
denken.’
Zo schreef hij aan zijn vriend Oldenburg. (p. 344)
Dan moet ik wel grinniken. De tijden zijn veranderd. Mensen zijn mondiger geworden en zelfs ik durf tegen predikanten in te gaan.
‘En geloof in wonderen is alleen te wijten aan onkunde over de werkelijke oorzaken van verschijnselen.’
Het lijkt op de uitspraak van Voltaire: ‘we noemen iets toeval wanneer we de werkelijke oorzaak niet kennen. Misschien heeft Voltaire (1694 – 1778) Spinoza wel gelezen.
‘Als er iets in de natuur zou gebeuren dat in strijd zou zijn met haar universele wetten, zou dit noodzakelijkerwijs ook in strijd zijn met het besluit en verstand en de natuur van God. God handelt dan in strijd met zijn eigen natuur. Er is niets ongerijmder dan dat.’
Zo stellig als Spinoza over wonderen spreekt zou ik het niet durven zeggen. Bij mij blijft daarover altijd nog een kiertje onzekerheid maar bij mij valt God dan ook niet samen met de natuur.

Meer dingen die mij zijn opgevallen:
De ontkenning van de ‘uitverkorenheid’ van het Joods volk. ‘hun uitverkiezing was tijdelijk en voorwaardelijk, en hun koninkrijk bestaat allang niet meer.’

Hij was verontrust over de manier waarop de Schrift werd vereerd. Men koesterde meer ontzag voor de opgetekende woorden dan voor de boodschap die ze wilden uitdragen.
Dat is mij uit het hart gegrepen. Wanneer mensen het hebben over Gods ‘onversneden’ of ‘onfeilbare’ woord en dat het ‘recht gesneden’ moet worden dan gaan ook bij mij alle alarmbellen af. Dan wordt de Schrift meer vereerd dan de Gever.
Spinoza ontkende de onsterfelijkheid van de ziel. Zelf ben ik daar weer iets genuanceerder in.
Wat betreft eeuwige beloning of straf: dat is iets waarmee de religieuze leiders hun kudde in bedwang houden.

En ja, jammer zijn ideeën over vrouwen. ‘Vrouwen moeten van de regering worden uitgesloten vanwege hun natuurlijke zwakheid.’[..]’Men mag gerust beweren dat de vrouwen van nature geen rechten hebben gelijk aan de mannen, en dat het dus niet mogelijk is dat beide geslachten samen regeren, nog veel minder dat mannen door vrouwen geregeerd worden.’ (p 442)

Echt hoor, hij had een slimme vrouw moeten hebben.......





dinsdag 9 februari 2016

Jakob - Jozef - Job………..e.a.


Een serie lezingen aan de Erasmusuniversiteit leveren flink wat eye-openers op met betrekking tot de verhalen in de Bijbel. En ik heb er nog maar twee gehad van de zes.
Het is de bedoeling van deze lezingen om te proberen lijnen te trekken door de Bijbel heen.
Dus in plaats van het zich focussen op één of een paar teksten zoals tijdens de zondagse kerkdienst, uitzoomen en kijken waar overeenkomsten/verschillen zitten.
De lezingen worden gegeven door dhr. Sijbolt Noorda, theoloog en onder het vele andere werk wat hij doet en gedaan heeft was hij ook voorzitter van de Begeleidingscommissie die de supervisie had over de totstandkoming van de Nieuwe Bijbel Vertaling in 2004.
Daar lezen we dan ook uit al grijpt hij regelmatig terug naar de Staten Vertaling.
Dat blijft kennelijk toch een bijzonder stuk ‘vakmanschap’.

Hele grote stukken uit de Bijbel ‘moeten’ we lezen en daarbij vallen je dan opeens weer allerlei dingen op.
Jozef bijvoorbeeld was 17 jaar toen zijn verhaal begon. (Gen 37: 2)
Huh? Een Godsgetal!
Eén van de Godsgetallen: 17 en 26 (en het zevende priemgetal)
Ik moest weer even zoeken waarom dat ook alweer was:
De getalswaarde van de naam JHWH is 26: 10 + 5 + 6 + 5.
De som van de cijfers is 17. (0 = niets)
Na de aartsvader Jakob was het spreken met God even over.
Je leest nergens van Jozef dat hij met God spreekt. Maar God was met hem. Ik denk dat het al aangeven wordt met die leeftijd.

Vorig jaar heb ik zelf al eens een flink aantal overeenkomsten tussen Jozef en Jezus
Nu leerde ik het overeenkomstige thema met Esther en Daniel.
Verhalen in een migratiesituatie waarbij de hoofdpersonen een hoge functie bereiken en daarmee heilzaam zijn voor hun volk.

Wat ik ook een eye-opener vond is het verhaal van Jozef met de vrouw van Potifar.
Een heel vreemd verhaal voor die tijd omdat een slaaf het eigendom was van zijn meester/ meesteres.
Slaven hadden hun meesters maar te gehoorzamen.
Jozef weigert echter om in te gaan op de avances van zijn meesteres.
Hij gebruikt dan de woorden(HSV):
‘Zie, mijn heer neemt, met mij naast zich, geen kennis meer van wat er in dit huis gebeurt, en alles wat hij heeft, heeft hij in mijn hand gegeven. Niemand heeft meer aanzien in dit huis dan ik; en hij heeft mij niets onthouden dan alleen u, omdat u zijn vrouw bent.
Hoe zou ik dan dit grote kwaad kunnen doen en zondigen tegen God?’
Het cursieve doet sterk denken aan het paradijsverhaal waarin Adam en Eva niets onthouden wordt dan alleen het eten van die ene boom. Jozef weigert om in de zonde te vallen en zet daarmee die fout weer recht.
Zelf weer verder denkend: wanneer Jozef inderdaad het beeld neerzet door op deze manier de fout van Adam en Eva recht te zetten is de overeenkomst met Jezus ook weer gemakkelijk gemaakt.

Die Bijbel wordt steeds fascinerender. Van geen enkele cultuur is er zoveel aan verhalen overgebleven maar dat komt ook omdat de verhalen niet zomaar verhalen zijn maar composities.
Om ze, in eerste instantie mondeling, te kunnen overleveren moesten ze zo gecomponeerd worden dat mensen ze konden onthouden zoals nu bijvoorbeeld een begaafd pianist uit zijn hoofd het derde pianoconcert van Rachmaninov foutloos kan laten horen.
Er zijn de repeterende verhalen van hongersnoden; van Abraham die Sara als zijn zus voorstelt in Egypte. Later doet Izaäk hetzelfde met Rebecca.
Repeterende kinderloosheid. Repeterende rivaliteit tussen broers.
Ook al verschillen de culturen en economieën; de menselijke trekken van afgunst, jaloezie, controle willen hebben en houden enz. zijn altijd en overal hetzelfde.
Dat ook maakt die Bijbel zo actueel en waardevol.



Disclaimer:
Mijn schrijfsels zijn niet een exacte weergave van wat dhr. Noorda allemaal vertelt; ik denk graag zelf na en associeer er lustig op los.


donderdag 28 januari 2016

Week van de Poëzie


Gisteren is deze week van start gegaan met het uitreiken van de VSB poëzieprijs aan Ilja Leonard Pfeijffer voor zijn dichtbundel 'Idyllen'. Hij heeft al meer prijzen gewonnen. Ik kende hem niet.
Nu alleen van gezicht.
Het leuke wat ik van hem in de krant las was dat hij zichzelf opnieuw heeft uitgevonden:
‘ik heb het zelf in het verleden fout gedaan,
ontwortelaartje dat ik mij daar was’.

Hij kiest weer voor de klassieke vorm, verzen en rijm.
‘Geen deconstructies meer, geen cryptogram, geen quiz.
We zullen moeten leren zeggen hoe het is’


Ik ben er blij mee. Dan raken we misschien eindelijk eens af van het
hulpeloze proza-in-brokjes-onder-elkaar-voor-de-intelligentsia.
Daarover schreef ik al eerder.

Juist gisteren kreeg ik de postume bundel van Joost Zwagerman toegestuurd waar ik mij op ingeschreven had.
'Wakend over God’.
Ik was zo nieuwsgierig geworden na dat gedicht in de krant.
Al bladerend en stukjes proevend weet ik al dat dit mij aanspreekt en ik hierin uitgebreid en elk woord kauwend ga lezen en overdenken.
Voor mij is hij de winnaar.

woensdag 27 januari 2016

A late Quartet


Een film uit maart 2012.
Geregisseerd door Yaron Zilberman naar een scenario van Seth Grossman en Zilberman zelf.
Hoofdrollen voor Christopher Walken (Peter), Catherine Keener (Juliette), Philip Seymour Hoffman (Robert) en Mark Ivanir (Daniel).
Robert en Juliette zijn een echtpaar met een dochter Alexandra die weer vioolles krijgt van Daniel.
Peter is de pleegvader van Juliette. Zo zijn er ook buiten de muziek emotionele banden.
Eigenlijk is er ook een hoofdrol voor Beethovens kwartet opus 131.
Moeilijke rollen voor die gasten; ze hebben viool en cello moeten leren spelen.
Als (amateur) violiste zie ik wel dat het niet echt is maar toch een knappe poging gedaan.

Er is daar het ‘the Fugue’ strijkkwartet. Kwartetten zijn de art-house van de klassieke muziek volgens Tijl Beckand.
Persoonlijk heb ik er wat minder mee.
Het is een kwartet dat al vijfentwintig jaar succesvol aan de weg timmert maar wordt nu geconfronteerd met narigheden die dit aardse jammerdal kenmerkt: de nestor van de groep, Peter, krijgt de ziekte van Parkinson en zal het stokje, in dit geval de strijkstok moeten gaan overdragen.
Dat is voor de anderen ook een ‘mooi’ moment om eens te evalueren.
Helaas dreigt er het één en ander uit de hand te lopen door opkomende irritaties die door het succes dat de groep had, altijd onderhuids zijn gebleven.
Dan komt voor iedereen de - zeer menselijke - keuze om zich weer te voegen tot een harmonieus geheel of toch een andere weg in te slaan.
"But this isn't about you or me and you know this is about the quartet."

Wat doet Beethovens 131ste daarbij? Het is het stuk dat ze willen spelen op hun jubileumconcert.
Het is een stuk van bijna 40 minuten zonder pauzes.
Geen moment rust om te herijken. (ik moet er niet aan denken. Terwijl ik typ luister ik ernaar en word er een beetje onrustig van)
“What are we supposed to do, stop or struggle to continuously adjust to each other up to the end even if we are out of tune? I don't know."
Een zeer wijsgerige en dubbelzinnige opmerking van Peter die niet alleen slaat op Beethovens stuk maar ook op het leven van henzelf, van ons.
Het is een film over nette mensen, alleen Robert – als een dissonant - ontploft een keer.
Zo zijn strijkers; keurig en netjes; emoties worden grotendeels omgezet in muziek.

dinsdag 26 januari 2016

Arie


..........en toen was Arie er niet meer.
Omgekomen bij de aanslag in Burkina Faso op 16 januari.
Over hem had ik het in dit bericht.
De hemelkoren hebben er een enthousiaste stem bij gekregen maar hier op aarde zal hij zeer gemist worden.