Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

dinsdag 31 december 2019


Laat het afgelopen jaar zakken in het stille voorportaal van het verleden.
Laat het los want het was onvolmaakt, en dank God dat het kan gaan.

Brooks Atkinson. (1894 - 1984)













maandag 30 december 2019

Het Zwanenmeer 4+



Een kinderspecial in de Doelen, Rotterdam.
Weer een poging ondernomen om twee kleinkinderen enthousiast te maken voor de klassieke muziek. ‘Oma’s muziek’.
Een eerdere poging op 16 december 2017 met de oudste, strandde enigszins. Hij weet het nog.



Op zaterdag 28 dec waren er twee uitvoeringen. Alle twee nagenoeg uitverkocht. Aangezien ik een beetje laat was met bestellen van kaarten konden we alleen nog vier plaatsen naast elkaar krijgen helemaal op de hoogste rij. We hadden een prachtig overzicht.
Voor alle zekerheid toch maar mijn oordoppen meegenomen. De oudste heeft ze heel even gebruikt maar durfde het op een gegeven moment toch zonder.
Met die twee (en hun vader) de stad in was al een belevenis. Eerst de bus, dan de metro en vervolgens door die feestelijke stad met al die lichtjes. Dan ook nog die grote zaal met die vele kinderen met al die (groot) ouders.

Het was geen ballet zoals het oorspronkelijke Zwanenmeer, maar meer een toneeluitvoering met personages en beeldanimaties. Het was een succes.
Voor mijzelf natuurlijk de muziek van Tsjajkovski door het Rotterdams Philharmonisch maar ook het meebeleven van de kinderen met Odette, Siegfried en Roodbaard.
De dirigent was Corinna Niemeyer. Zij is sinds 2018 assistent dirigent naast Lahav Shani en wat mij betreft was ook zij een succes.






donderdag 26 december 2019

Waarom laat God ons lijden?


Geschreven door Karl Rahner (1904 – 1984)
Deze RK theoloog uit de orde van de Jezuïeten heeft dit als voordracht gehouden in 1980 en 1982. Daarvan is dit boekje een samenvatting. Hij gaat hier bijvoorbeeld niet in op het verschil van het natuurlijke kwaad of het morele.
Het is een dun boekje maar met één van de grootste vragen die de mens kan bezighouden. Mij tenminste wel. De Theodicee.
Waarom laat God ons lijden?
Het was lang een reden voor mij om geen christen te worden. In het dorp waar ik opgroeide zag en hoorde ik, dat wanneer je christen werd, je ook allerlei beproevingen werden toebedeeld.
Je verloor je man, vrouw of kinderen of je gezondheid. Net als bij Job. Allemaal om je geloof te testen. Nou, daar bedankte ik voor. Ik vond en vind het niet eerlijk wanneer God over de rug van anderen mijn geloof zou willen ‘beproeven’. Gek eigenlijk dat juist zulke dingen dan blijven hangen in een omgeving waar ook veel over God werd gesproken op een positieve manier. Nu denk ik: angst.

Zo heb ik God ooit voorgehouden....ja ja, lekker aanmatigend..... dat wanneer ik toch christen zou worden, ik het niet zou accepteren dat ik geliefden zou moeten missen. Dan zou ik Hem meteen mijn rug toekeren.
Ik moet zeggen dat het; behalve op de ‘natuurlijke’ manier van ouderdom, tot nu toe niet is gebeurd.
Een verklaring heb ik daar niet voor maar ik ben Hem er echt enorm dankbaar voor.
Heb ik mezelf daarmee levenslessen ontzegd? Dat zij dan maar zo.
Bij Maria Rosseels herkende ik de gedachten dat lijden niet per definitie betere gelovigen oplevert. Rahner schrijft daarover in zijn derde argument.

Het vervelende van dit geschrift is dat er eigenlijk ook geen antwoord komt op deze existentiële vraag. Verwachtte ik dat dan? Nee, niet echt.
Ik vermoed dat in dit leven er nooit een afdoend antwoord zal komen maar ik verwachtte wel handvaten. En eigenlijk geeft hij die wel maar niet één die ik wil horen. Misschien moet ik geestelijk verder groeien.

Het prettige is dat ook Rahner geen genoegen neemt met de bekende argumenten.
Hij neemt ze allemaal wel zeer serieus; ze hebben ook wel een bepaalde geldigheid, maar ze voldoen voor hem net zomin als voor mij.
Hij brengt het verschil in ‘toelaten’ en ‘bewerkstelligen’ naar voren. Dat lijkt een heel verschil maar is het in feite niet. Want wat betekenen toelaten of bewerkstelligen wanneer dit van een God wordt gezegd die Zelf oorzaak en grond van de realiteit is?
Mijn idee: Mogelijk vinden wij dat verschil belangrijk in een poging het lijden een beetje te kunnen plaatsen en begrijpen. Alsof toelaten minder erg is dan bewerkstelligen ofzo. Maar toelaten en er niets tegen doen is net zo 'erg' als bewerkstelligen.

Rahner benoemt vier klassieke argumenten maar vooraf zegt hij dat het geen zin heeft om de schuld op andere creaturen te schuiven zoals engelen of demonen. Daar schieten we niets mee op. Dat ben ik geheel met hem eens. In de Evangelische wereld is dat nogal eens het geval. Het kwaad werd/wordt dan vooral buiten zichzelf gezocht en dat is een grote misvatting.
De scheidslijn tussen goed en kwaad loopt dwars door ieder mensenhart. Hier heb ik wat meer gedachten daarover geschreven.

Rahner houdt zich verre van de dialectiek van het dualisme; dat er kwaad moet zijn om het goede te kunnen zien. Dat er donker moet zijn om het licht te kennen.
Ik ben ook bang dat je daarmee in het heidense Zoroastristische moeras verdwijnt ook al is op zo’n manier denken heel aantrekkelijk.
Dan zou er toch niet in de Bijbel staan dat God het kwaad heeft geschapen? Het was niet een kwestie van het Zich terugtrekken om zo ruimte te maken voor het ‘on-licht‘ .
Het kwaad kwam erbij en kreeg een plek. Dan heeft dat ook een bedoeling lijkt mij.

De argumenten die Rahner behandelt:
1. Lijden als natuurlijk bijverschijnsel van de zich ontwikkelende wereld.
Het eten en gegeten worden. De één zijn dood is de ander zijn brood. Logisch gedacht want anders zou de aarde veel te vol worden. Maar dat betekent het bagatelliseren van de wreedheid tussen mensen onderling.
Het verklaart niet de vraag.

2. Lijden vanwege de vrijheid van het creatuur en de daaruit volgende schuld.
Alles is terug te voeren op de keuze voor het kwaad van het schepsel. Oftewel de zondenval.
Maar dat negeert het feit dat de menselijke vrijheid omvat wordt door Gods soevereine beschikking. Zo werd en wordt binnen de Christelijk theologie beleden.
Indirect is Rahner ook geen voorstander van de vrije wil.
‘Maar dit alles verandert niets aan de fundamentele overtuiging van alle Christelijke theologie dat een dergelijke verabsolutering en autonomie van onze vrijheid in tegenspraak is met het christelijke godsbegrip’.
Dan zou het lijden dat voortkomt uit die vrijheid slechts informatie zijn die weer verdwijnt in de Goddelijke wil.
Is de mens verantwoordelijk? Jawel, en hoe dat spoort met de verantwoordelijkheid van God blijft een mysterie. Dus ook dit is geen sluitend antwoord.

3. Lijden als beproeving en vorming.
Dat heb ik ook lang gedacht. En dat wordt ook veel gedacht. Lijden als ‘Soulmaking’.
Ook al zou dat zo zijn….. hoe is het dan te verklaren dat jonge kinderen sterven; dat ouderen gaan dementeren? Dat er zovelen zijn die niet tot morele rijping komen?
En er valt zonder lijden toch ook genoeg te leren?
Ook dit argument is ontoereikend.

4. Lijden met als verwijzing het eeuwige leven waar geen dood of rouw meer zal zijn.
Is lijden dan een noodzakelijk middel tot het eeuwige leven? Biedt dit troost? Hoe zal men vanuit het hiernamaals terugkijken? Ook dit rechtvaardigt het lijden niet.

Dan komt Rahner tot zijn ‘conclusie’: het lijden is onbegrijpelijk en past bij een onbegrijpelijke God. Het is zaak je zelf in onvoorwaardelijke, aanbiddende liefde over te geven aan deze God.
Zo systematisch rationeel als Rahner is in het weerleggen van de argumenten; zo spiritueel is zijn conclusie.

Natuurlijk heeft hij gelijk maar dáárvoor hoefde hij zich deze vraag niet te stellen.




vrijdag 20 december 2019

Schaken met kerst



Een bekende uitspraak van Albert Einstein is: ‘God dobbelt niet’.
Met ander woorden: God speelt geen kansspelletjes.
Ik ben het geheel met hem eens maar ik denk wel dat God van schaken houdt. Een spel dat niets te maken heeft met toeval maar met nadenken en de consequenties van zetten kunnen overzien en daarop anticiperen.


Zelf kan ik niet schaken; ja, ik weet wat elk stuk wel en niet mag, maar in het overzien en in het calculeren ben ik niet goed.
Ooit las ik ‘Schachnovelle’ van Stefan Zweig en ik vond het fascinerend. Ik ben het verhaal nooit vergeten.

Wanneer ik de kerstgeschiedenis bekijk dan kan ik niet anders concluderen dan dat God daarin alle schaakstukken zo heeft gemanoeuvreerd dat ‘in de volheid van de tijd God Zijn Zoon heeft uitgezonden, geworden uit een vrouw, geworden onder de wet’ (Gal 4:4)
Binnen het Joodse volk, zoals al lang van te voren was beloofd en tijdens de Romeinse overheersing zodat Jezus een gruwelijke dood zou sterven. Ook nog eens precies in een korte periode dat de Joden zelf geen belangrijke zaken mochten berechten want dan zou Jezus waarschijnlijk gestenigd zijn zoals een paar jaar later Stephanus.
Zo werden Jood en Heiden samen schuldig aan het doden van de Messias.

Ten tijde van de geboorte in 2 BC (?) was Octavianus keizer van het Romeinse Rijk met Livia aan zijn zijde.
Herodes was koning over Judea. Dat hij in 4 BC overleed is nog allerminst zeker. Salomé was zijn zus en was een vriendin van Livia.
Zie Livia Augusta.

Cyrenius (of Quirinius) van Syrië was even procureur van Judea* . En in Rome was rondom die tijd het feest vanwege het 750 jarige bestaan van de stad op 21 april en het feit dat keizer Octavianus ‘Pater Patriae’ werd; Vader des Vaderlands.
Plus dat hij vijf en twintig jaar princeps was. Dat alles in het jaar 2 BC.
Redenen genoeg voor een feestje.
Misschien was Herodes wel op dat feestje en had hij Cyrenius gevraagd om de zaken tijdelijk waar te nemen. Netwerken heet dat.
Want Herodes was door Octavianus al eens in contact gebracht met allerlei hoogwaardigheidsbekleders van Syrie. **
Of dit alles feitelijk hard te maken is weet ik niet. Het zijn mijn gedachten en voorstellingen hoe de wereld van toen er uit zag.
Alle ogen waren ongetwijfeld gericht op Rome en intussen werd ergens in Judea een baby geboren die de wereld zou gaan veranderen.

…...
‘Ja, dit was de dag van het nieuwe,
de dag van het nieuwe begin;
het lam ligt tussen de leeuwen,
tussen de leeuwen in.’
…...

(uit 'van de naam en het nieuwe begin' van Guillaume van der Graft)





* Zie early christian writings; justinus martyr; first apology; 34
‘Now there is a village in the land of the Jews, thirty-five stadia from Jerusalem, in which Jesus Christ was born, as you can ascertain also from the registers of the taxing made under Cyrenius, your first procurator in Judaea.

** Flavius Josephus ‘oude geschiedenis van de joden’; XV 360


woensdag 11 december 2019

Maanlander


In een berichtje op nu.nl las ik vorige week dat India een maanlander had gestuurd, naar de maan. Selbstverständlich, anders heet het geen maanlander.
Maar deze is gecrasht bij de landingspoging. De Vikram.
Jammer.

Het geweldige team van de NASA kon in eerste instantie de brokstukken niet terugvinden maar met medewerking van slimme amateurs is dat uiteindelijk wel gelukt. De brokstukken konden worden gelokaliseerd.
Wat geweldig allemaal! Wat een technisch vernuft!
En nu?

Welk doel had dit vinden van de brokstukken? Alleen maar het etaleren van kennis en technische mogelijkheden? Het weten?
Of wordt er nu een andere maanlander of iets dergelijks uitgerust om de troep te gaan opruimen?
Wat staat en ligt er eigenlijk inmiddels al allemaal op die maan?

Toen ik daarnaar op zoek ging.......mag ik even kotsen.
Hier een serieuze opsomming en hier een populaire.

En dan worden al deze mannen als helden gezien?
Hoe is het mogelijk. Het zijn de grootste schoften, inclusief allen die erachter staan.
Hebben we de aarde al aardig vernaggeld, met zichtbaar en onzichtbaar vuil zoals het hormoongif, wat deze week in de krant stond; zijn we nota bene ook al met de maan bezig!

In de Netflixserie ‘the Crown’ is prins Philip ook al teleurgesteld in de astronauten die hij uitnodigde op Buckingham Palace.
Geen filosofische bespiegelingen of emotionele reacties over suizen door de ruimte of het landen op de maan en wat dat met de mens doet.
Niets van dat al. Alleen dom gegrijns en trots over het technische hoogstandje. Nu zal dat wel filmisch overdreven zijn maar toch....
“That's one small step for [a] man, one giant leap for mankind” Ja, ja....

Ach Greta Thunberg, ik heb respect voor je moed, maar het is dweilen met de kraan open. Van Madrid verwacht ik niet veel.
Ik heb lang gedacht dat de mensen in staat zijn om zelf oplossingen te bedenken voor allerlei problemen op deze aardkloot. Ze kúnnen het misschien ook wel maar ze wíllen niet. De machtswellust en geldgierigheid vieren teveel hoogtij.
Nu heb ik het opgegeven dat het met de mensheid goed komt.
Er is ingrijpen van Hogerhand nodig.












16-12-2019
De klimaattop in Madrid is mislukt, of wel gelukt. Voor elke visie zijn wel overtuigende argumenten te vinden. In ieder geval is er van alles doorgeschoven naar de volgende top in Glasgow in 2020.
Ooit dacht ik dat we met het klimaat een gemeenschappelijke vijand konden creëren zodat we niet meer tégen elkaar zouden vechten maar gezamenlijk ergens onze schouders onder konden zetten.
Ik zie het nog niet echt gebeuren.


28-01-2020
Blijft wel een interessante kwestie wie nu eigenlijk die bovenstaande foto op de maan heeft genomen.....


dinsdag 10 december 2019

The Irishman



Een film van de regisseur Martin Scorses uit dit jaar.
Gezien via Netflix.

Na zo ongeveer alle Spaanse series te hebben bekeken – ik spreek nu vloeiend Spaans *gniffel* - en ook ‘The Crown’ heb ik me gewaagd aan deze misdaadfilm.
Gebaseerd op een boek boek 'I Heard You Paint Houses'. Geschreven door Charles Brandt.
Jimmy Hoffa was een belangrijke vakbondsleider in de VS van de jaren zeventig.
Zijn verdwijning is tot op de dag van vandaag niet opgehelderd en blijft daardoor een raadsel. In deze film wordt een mogelijkheid voorgesteld die volgens de schrijver van het boek door Sheeran aan hem is verteld. Bewezen is het nooit.



Hoffa schijnt banden te hebben onderhouden met de maffia. Al hield hij helemaal niet van Italianen. ‘Ze heten allemaal Tony’
De rol van Hoffa wordt door Al Pacino gespeeld. Het verhaal wordt door de ogen van een naaste medewerker verteld.
Dat is de stoïcijnse Frank Sheeran, the Irishman en oorlogsveteraan. Gespeeld door Robert de Niro. Deze Frank gaat tot de intieme kring van Hoffa behoren op voorspraak van Russell Bufalino.
Rode draad is de reis van Sheeran, Bufalino met hun vrouwen naar een afspraak met Hoffa.
Dan volgen via flashbacks stukken die het tot een geheel smeden.
Bufalino is een rol van Joe Pesci. Even tussendoor: Wat kunnen oudere mannen toch ook foeilelijk worden. *grinnik*
Dan heb je de voor mij klinkende namen wel gehad.

Frank Sheeran is in eerste instantie een medewerker van Bufalino . Maar via Bufalino wordt hij voorgedragen bij Hoffa. Handig voor Bufalino om iemand in het tegenovergelegen kamp te hebben, want Sheeran blijft toch vooral trouw aan hem. Hoffa zie ziet wel iets in Sheeran. Vooral in zijn pokerface denk ik , zijn volgzaamheid en zijn stoïcisme.
Daarom is die laatste scene ook onbetaalbaar naar mijn mening en laat de kracht van Scorsese zien.
Dan zit Sheeran, oud en verlaten door iedereen in een verzorgingstehuis. De meest mannen van zijn tijd zijn overleden. Zijn dochters willen niets meer van hem weten.
Sheeran neemt al zijn misdaden mee het graf in. Zelfs de pastor die hem regelmatig bezoekt vangt bot.
In die laatste scene zie je heel subtiel het verlichte bordje ‘exit’ en dan de kamer inzoomend op Sheeran.
Die man die nooit een spier vertrok voor de meest vreselijke dingen die hij in zijn leven heeft gedaan en die dan aan de verzorgende vraagt of de deur een kiertje mag blijven openstaan.
Er is geen mens zo stoïcijns of er zit nog wel een emotioneel trekje aan.
Ik moest daarbij denken aan Willem Wilmink met zijn gedichtje ‘Dood zijn duurt zo lang’.

Waarom zijn mensen zoals ze zijn?
Waarom doen ze dingen waarvan ze weten dat het niet goed is? Het grootste raadsel van deze film is het raadsel ‘Mens’.






vrijdag 6 december 2019

Westerse cultuurgeschiedenis 1000 – 1300 V Muziek


Als laatste van deze leergang kwam de muziek aan bod. Het lekkerste voor het laatst. Zo hoort dat. Nou ja, alles was eigenlijk wel leuk behalve die droge geschiedenis maar die heb je toch weer nodig als een basis voor alle andere vakgebieden.
Bij alle muziek die ter sprake kwam had de docent, soms verschillende, uitvoeringen gezocht. Leuk om al die verschillen te horen en te analyseren.

Wat was er eigenlijk aan muziek in die periode en hoe ontwikkelde zich dat.
Pythagoras had ooit al een zetje gegeven.
Wat vooral overgeleverd is, en dat zal niemand verbazen, is de vocale kerkmuziek. De Gregoriaanse gezangen. Eenstemmig en zonder begeleiding.
De naam van paus Gregorius is gebruikt omdat hij in zijn tijd, de toen bestaande muziek verzamelde en ordende. Maar pas rond 800, onder Karel de Grote, werd de muziek verspreid omdat Karel voorstander was van alle neuzen in dezelfde richting oftewel uniformiteit in de liturgie. (Karolingische Renovatio)
Zo werden Gregoriaanse gezangen de officiële kerkmuziek.
Het Neumenschrift was een poging om het één en ander vast te leggen maar dat voldeed niet meer bij meerstemmigheid.

Rond het jaar 1000 komt er vooral in het Westen een meerstemmigheid om toch een beetje te ontsnappen aan het keurslijf van het eenstemmige Gregoriaans.
Het Organum; tweestemmig en later het Melismatisch Organum: hierbij is de bovenstem beweeglijker ten opzichte van de wat monotonere onderstem.
Tropen zijn tussenvoegsels van teksten of melodieën en soms werden het zelfstandige stukken muziek: een Sequens. (bijvoorbeeld het Dies Irae)

Maar dat had allemaal tot gevolg dat er afspraken gemaakt dienden te worden en moest er toch iets opgeschreven worden. De muzieknotatie.
Guido van Arezzo (991 – 1033) werd daar ‘handig’ in. Letterlijk de Guidonische hand, waarbij elk vingerkootje een bijbehorende noot voorstelde. Zo kon er aangewezen worden wat er gezongen diende te worden.
Volgens mij wordt nu iets dergelijks gebruikt bij doofblinde mensen om te kunnen communiceren.
Maar ook is hij de grondlegger van de notenbalk. Een vier-lijnige en sinds de veertiende eeuw een vijf-lijnige en er werd een stelsel van acht toonladders vastgelegd.



Een begin van ons do-re-mi is te vinden in de abdij van Pomposa in Italië, waar Guido van Arezzo monnik was.

Ut queant laxīs
resonāre fibrīs
ra gestōrum
famulī tuōrum,
Solve pollūtī
labiī reātum,
ncte Iōhannēs.

Het Gregoriaans is sinds het tweede Vaticaanse concilie (1962) passé. Toch heeft het veel invloed gehad.
Zelf had ik al eens het Dies Irae ontdekt bij Rachmaninov. Dat kwam ook ter sprake. Maar ook Litszt gebruikte het in zijn Totendanz, Berlioz in zijn Symfonie Fantastique en het is terug te horen in films en bij popgroepen.

In één van de linken op muziekweb wordt Hildegard von Bingen (1098 – 1179) genoemd. Zij kwam ook uitgebreid aan de orde. Zelf zag ik de film Vision en wist het e.e.a. al.
Het enige liturgische zangspel wat ons overgeleverd is, het Ordo Virtutum, mét naam van de componist is van haar.
Gelukkig maar, anders hadden we echt nooit van haar gehoord. Meteen denk ik dan: ze was vast niet de enige.

Het Melimatisch Oganum ontwikkelde zich. Er kwamen meer stemmen en ze werden bewegelijker .
Leoninus en Perotinus vormden de Notre Dame school (1160 – 1230) Perotinus komt met zijn werk ‘Sederunt principes’ uitgebreid voor in ‘de naam van de Roos’ van Umberto Eco.
Na het meerstemmige volgde het ‘conductus’ en het ‘motet’.

De Spaanse koning Alfonso el Sabio (1221 – 1284) was meer geïnteresseerd in cultuur en wetenschap dan in het regeren van zijn land. Hij omringde zich met Joodse, Christelijke en Arabische geleerden en was actief als dichter en componist.
Er is nogal wat overgeleverd.
Niet alles was kerkmuziek en niet alles werd alleen maar gezongen. Er waren ook muziekinstrumenten en troubadours. Dat er ook muziekinstrumenten werden gebruikt weten we van afbeeldingen.
Macrabru en Bernard de Ventadour zijn bekende troubadours.
Of Macrabru net als de Ventadour ook onder Eleonora van Aquitanie heeft gediend is niet zeker. Eleonora is een bekende naam uit ons eerste deel; dat van de geschiedenis.

In Beieren is de ‘Carmina Burana’ bewaard gebleven. Een verzameling liederen uit de 12e en 13e eeuw. Carl Orff heeft deze gebruikt in zijn bekende compositie.
Kort geleden is het uitgevoerd in ‘de Doelen’.
Helaas greep ik naast kaarten.

Dan is de periode ‘Ars Antiqua’ zo ongeveer ten einde en gaan we richting 'Ars Nova'.



Disclaimer: Mijn schrijfsels zijn niet een exacte weergave van wat er op de Erasmus universiteit allemaal verteld wordt; ik denk graag zelf na, zoek soms verder en associeer er lustig op los.
Dit is meer een poging om het gehoorde en gelezene enigszins voor mijzelf in overzichtelijke brokken samen te vatten.