Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say

donderdag 30 mei 2013

Code Rood

Bij het lezen uit de Bijbel aan tafel zijn we aanbeland bij de geschiedenissen van David en Saul; het verhaal van Doeg, die David verraadde en die de slachtpartij op de hogepriester Abjathar en zijn familie op zich nam. 1 Sam 21,22.
Een vreselijke geschiedenis. Doeg was een Edomiet.
Herodes, die van de kindermoord in Bethlehem, was dat ook (in het Grieks: Idumeër) en zo kwam het dat ik mij verdiepte in Edom wat bloedrood betekent. Net als Adam/ roodbloedige.
Ezau, de oervader van de Edomieten had geen belangstelling voor hogere dingen. Hij was heel aards zou je kunnen zeggen. Heel basic. Een ruigrok.
Ezau was ook de opa van Amalek. (Gen 36: 15, 16) Amalek, model voor het kwaad, was het volk dat de Israëlieten van achter aanviel in de woestijn. Het zwakste punt; daar waar de vrouwen en kinderen liepen.(Ex 17)
Van dit volk staat in Num. 24: 20 dat het verdwijnen zal: ‘perish for ever’(!)
Vanwege deze geschiedenis moest Saul de Amalekieten doden in opdracht van God maar hij verzaakte. (1 Sam 15) Hij nam de koning, Agag gevangen plus de nodige offerdieren om, dankbaar dat hij gewonnen had, aan God te kunnen offeren.
Offeren met de spullen van een ander is toch altijd ietsje gemakkelijker.......
Dat Saul niet goed luisterde naar God breekt het volk later weer op: Haman de Amalekiet vormt weer een bedreiging voor het voortbestaan van het volk Israël. Te lezen in het boek Esther.

Het rijk van Edom strekte zich uit ten zuiden van de Dode Zee. Het wordt ook het land/gebergte Seïr genoemd wat ‘harigheid’ betekent en weer terugverwijst naar Ezau (Gen 36: 8) Hun hoofdstad was Sela. Door de Nabatheeërs werden ze een paar eeuwen BC (exacte data onbekend) verdreven richting het westen, dus ten zuiden van Judea en werd de naam van deze stad Petra. De bekende bouwwerken (ook wat rood) zijn door de Nabateeërs gebouwd ongeveer 100 jaar BC.

Het tweede gebouw ligt nog 900 treetjes hoger dan het eerste, meest bekende en is wat geler van kleur. Jaaa, eigen foto's, we zijn er geweest.
Na de Babylonische ballingschap werd de tempel door Judas de Makkabeeër in ere hersteld in het jaar 164 BC. Dat wordt herdacht bij het joodse Chanoekafeest.
Johannes Hyrcanus, een neef van deze Judas was van 134 BC tot 104 BC koning en hogepriester over de Joods, Hasmoneese staat.
De Makkabeeën waren een priesterfamilie binnen de Hasmoneën en deze Hasmoneën wilden ‘kerk en staat’ bij elkaar houden wat op verzet van de Farizeeërs en de Essenen stuitte. Volgens de Thora moesten deze gescheiden blijven. (zie Mozes en Aaron, de archetypes van staat en kerk)
Deze Hyrcanus (Flavius Josephus noemt hem zo in de hoofdstukken 8 -10, boek XIII van ‘de oude geschiedenis van de joden’ en was een beetje een zwakkeling) had behoefte aan een groter territorium en breidde Judea uit met Idumea (Edom), Medeba (Moab) en Samaria tot aan het Karmelgebergte.
Hij dwong de vazalstaten zich te bekeren tot het jodendom en maakte de tempel in Gerizim met de grond gelijk. (Dat wordt bedoeld in Joh 4:20)
Zo werden o.a. de Edomieten opeens officieel joden!

Een achter- achter kleindochter van Hyrcanus: Mariamne trouwt met Herodes de 1e. De vader van Herodes was Antipater; hij was weer gouverneur van Idumea/ Edom en stond aan de kant van Hyrcanus.
Zo was Herodes een joodse Edomiet. (en moordde zijn familie uit)

Nog iets: in Joh 8 staat die vreemde geschiedenis van dat ‘zaad van Abraham’. Daar zeggen Schriftgeleerden: “Wij zijn Abrahams zaad en wij hebben nooit iemand gediend; hoe zegt Gij dan: Gij zult vrij worden?”.
Het is mogelijk dat deze Schriftgeleerden geen ‘echte’ joden/ Israëlieten waren maar Edomieten, afstammelingen van Ezau. Dat verzwijgen ze echter en beroepen zich op Abraham.
Want de nakomelingen van Jakob/ Israël zijn allemaal in de slavernij van Egypte geweest. Zo wordt het vervolg van het verhaal ook duidelijker.
Nog verder doortrekkend: dan zijn in onze tijd ook niet allen joden die zich joden noemen.
Wanneer je wel geïnteresseerd bent in metafysische zaken dan is dat iets om verder over na te denken en in het achterhoofd te houden. Er zitten 'ruigrokken' onder.
Maar dat is niet meer zo duidelijk te onderscheiden als in het begin:

Dan zegt de Ene tot haar(Rebekka):
twee volkeren in je schoot,
twee stammen
zullen vanuit jouw ingewand scheiden;
de ene stam zal sterker zijn
dan de andere stam,
de overvloedige zal
dienstbaar zijn aan de geringere!
(Naardense vertaling)


dinsdag 28 mei 2013

Wie God verlaat heeft niets te vrezen

Geschreven door Maarten ’t Hart.
In de vakantie heb ik een aantal boeken digitaal gelezen. Dit was er ook één van.
De titel is zijn parafrase van de berijmde psalm 32 , vijfde couplet: ‘Wie God verlaat heeft smart op smart te vrezen.’
In de Statenvertaling (waar Maarten fan van is) of de 'Herziene' staat het volgende:
‘De goddeloze heeft veel smarten, maar wie op de HEERE vertrouwt, hem zal de goedertierenheid omringen.’
Ik wilde het maar even melden.

Tijdens het lezen moest ik regelmatig onbedaarlijk glimlachen. Af en toe was het een feest van herkenning. Niet omdat ik met dezelfde ‘problemen’ zit of zat maar bijna alle kritische essays, die eerder in de jaren 1992 - 1994 en in 1996 - 1997 in het NRC zijn verschenen, bevatten argumenten waarmee men mij op het atheïstenforum regelmatig om de oren sloeg. Kennelijk waren ze zelf niet in staat originele argumenten te bedenken tegen het christelijke geloof.
Dus tsja, veel nieuws bevatte het boek eigenlijk niet. En ik raakte er ook niet echt door van de leg. Duidelijk is dat de schrijver zijn frustraties van zich af schrijft. Hij is boos, ze hebben hem jaren voorgelogen, hoe durven ze.

Het is niet zo dat ik op alle dingen die hij aanreikt een antwoord heb, maar ik heb geen reden om iets wat ik niet begrijp uit mijn leven weg te bannen. Het intrigeert juist.
In het voorwoord (door wie blijft een ?) staat dat kennis van de Schrift hem niet kan worden verweten. Nou, daar valt wel wat op af te dingen. Is dat alleen omdat hij met teksten smijt?
Maarten komt tot de conclusie dat oudste zonen niet deugen; dat wie God ziet zal sterven maar dat Hij wel bij Abraham pannenkoeken eet zonder dat Abraham en Sara sterven; de uittocht kan niet hebben plaats gevonden; het gouden kalf kan niet worden gemaakt van het goud dat de Israëlieten bij zich hadden enz.enz.
Voor de gein zou ik nog eens een ander boek van ’t Hart zelf moeten lezen en dan net zo autistisch als hij met de Bijbel omgaat, aanstrepen wat eigenlijk helemaal niet kan.
Ooit las ik zijn ‘ een vlucht regenwulpen’ maar dat is te lang geleden, dat ben ik grotendeels kwijt.
Als zo’n intelligente man, wat hij ongetwijfeld is, niet verder is gekomen dan op deze manier met de Bijbel om te gaan en het Boek en het geloof om die redenen hebben afgedaan dan vind ik dat wel heel verdrietig en niet van wijsheid getuigen.
Bij hem merk ik net als bij andere antitheisten dat ze vooral zo letterlijk mogelijk blijven lezen want anders hebben ze geen poot meer om op te staan en zakt hun ‘fundament’ weg.

Franca Treur doet het wat vriendelijker en zachtaardiger in haar 'Dorsvloer vol confetti'. Haar verwerpen van het geloof heeft meer te maken met de manier waaróp er werd geloofd door haar medegemeenteleden in haar jeugd.
Voor beiden geldt echter dat ze zich ontdoen van een loodzware manier van geloven waarin geen ruimte is voor een eigen zoektocht. Ze doen het ieder op een eigen manier en zien kennelijk geen mogelijkheden voor een andere manier van zoeken en geloven en sluiten definitief(?) de deur.
Hoe belangrijk is het om open te staan voor vragen en dilemma’s van jezelf en anderen en die niet af te doen met dooddoeners.


vrijdag 24 mei 2013

Onze ministers (v)

De uitspraak van Mw Bussemaker kwam tijdens mijn vakantie. Daarom heb ik me er nu pas in verdiept en het NOS filmpje maar eens bekeken/beluisterd want het onderwerp intrigeert mij wel.
Toen ons eerste kind werd geboren ben ik gestopt met werken. Dat was in mijn sociale omgeving toen redelijk normaal; na m’n derde kind weer begonnen (part time) en door blijven werken toen de vierde zich aandiende. Dat was minder normaal.
Ik ben altijd voorstander geweest van de keuzemogelijkheid voor vrouwen in het arbeidsproces. Mijn moeder en schoonmoeder waren van de oude stempel en vonden vanuit hun gereformeerde standpunt dat moeders bij de kinderen thuis moesten blijven. Dat voelde voor mij niet als keuzevrijheid want, zo verbeeldde ik mij, ik had aan de samenleving ook zo het één en ander te bieden en ik wilde zelf kunnen kiezen. (Jawel, een welvaartsgedachte)
Mijn huisvrouwenbaan vond ik niet inspirerend, niet prikkelend, niet bevredigend, niet genoeg erkend en beloond.
Als huisvrouw ben je niets. Vroeger stoorde mij dat, nu kan ik daar om lachen.

Helaas lijkt de keuzemogelijkheid, waar ik door mijn houding naar streefde, voor de huidige jongere vrouwen niet meer te bestaan. Velen schijnen te ‘moeten’ werken. Al vraag ik mij af: van wie dan wel? Om de hypotheek te bekostigen? Om vakanties te financieren? Dan ben je niet vrij maar een slaaf. Keuzes maken in afhankelijkheid van de Mammon geeft geen vrijheid…….
-- sprak zij vanuit een riante positie………. ja ik weet het! *Kreun* --

Naar de overheid toe valt ook wel het een en ander op te merken.
Ooit was een overheidsslogan: ‘een slimme meid is op haar toekomst voorbereid’ met als doel zoveel mogelijk jongedames te laten doorleren. Dat is gebeurt. Prima, niets mis mee.
Met de vergrijzing en de oplopende kosten in de zorg worden ouderen gestimuleerd om zo lang mogelijk in de thuissituatie te blijven. Prima. Lijkt mij ook niets mis mee. Maar dat heeft consequenties. Er moet wel voldoende hulp voorhanden zijn. Die hulpvraag wordt steeds groter en het aantal hulpverleners wordt steeds kleiner. Zeker in deze crisistijd. Degenen die in vroeger dagen bijna vanzelfsprekend mantelzorger werden hebben nu gestudeerd en hebben een baan.
Een ander argument dan geld is dan: de overheid heeft in jou geïnvesteerd, dus moet je wat ‘terug’ doen. Alsof je al je opgedane kennis en vaardigheden bij het oud vuil gaat zetten wanneer je je op je (klein)kinderen richt. ( en ik hou niet van die 'voor wat, hoort wat' mentaliteit; veel meer van de 'allez mensen, met z'n allen voor dit mooie land' mentaliteit)
De oma’s passen vaak op hun kleinkinderen, want de kinderopvang is schreeuwend duur en zij hebben vaak geen energie om ook nog eens hún nog levende ouders of andere arme zielige mensen na te lopen.

Mw. Bussemaker vind het geen goed idee wanneer vrouwen afhankelijk zijn van het inkomen van hun man. ‘Emancipatie vergt onderhoud’. In veel dingen ben ik het met haar eens; mannen en vrouwen moeten gelijke kansen krijgen op de arbeidsmarkt, ze moeten voor hetzelfde werk evenveel salaris krijgen. Het is schandalig dat het nog steeds niet het geval is.
Zij is in het kabinet Balkenende 4 staatssecretaris van volksgezondheid, sport en cultuur geweest en nu minister van onderwijs cultuur en wetenschap en zij weet als geen ander hoe het op de markt van de volksgezondheid toe gaat. Neem ik aan.
Wat willen ze nu daar in Den Haag? Dat iedereen werkt en onafhankelijke is, (want stel je voor dat je gaat scheiden) of dat we meer mantelzorg op ons nemen. Het is het één of het ander want met een part time baan kun je jezelf ook niet onderhouden. (Stel je het geval voor dat je gaat scheiden)
De ministers Schipper en Bussemaker moeten maar eens samen om de tafel gaan zitten; uitzoomend naar deze maatschappij kijken en een eenduidig plan maken dat gaat werken want nu wringt het aan alle kanten. Ik wens ze veel succes.

Mw. Bussemaker doet geen uitspraken over individuele situaties. Gelukkig maar, want ik neem opnieuw de vrijheid om zelf te kiezen en nu afhankelijk te zijn van het salaris van mijnheer Cathy, terwijl ik me ook had kunnen laten afkeuren en een uitkering opstrijken.( voor het geval ik zou willen scheiden)
Dat kan gelukkig prima én wij hebben geen plannen om te scheiden.
Het bevalt mij uitstekend; ik heb nog nooit zoveel gelezen en geleerd als de afgelopen jaren.

donderdag 23 mei 2013

Plat

Je kunt er niet omheen; verschillende kranten en sites berichten erover. Een Evangelist wil de vermoorde broertjes Ruben en Julian opwekken uit de dood.
'Stel je voor dat de twee vermoorde jongens na gebed weer terugkomen uit de dood. Dan staat toch het hele land op zijn kop?', schrijft Plat op zijn Facebookpagina. Hij heeft inmiddels het bewuste artikel verwijderd. Heel verstandig.
Het is dezelfde meneer die met een 'gloriestoel' door het land trekt om mensen te genezen. Hij geneest er zeer velen, halleluja…..………...volgens hemzelf.

Ik ben niet zo dol op evangelen. Ze gaan mij te emotioneel met geloofszaken om. Ooit heb ik wel eens overwogen om naar een meer evangelische gemeente te gaan. Ben nu blij dat ik het niet heb gedaan al zou ik in onze gemeente wel wat meer van de Heilige Geest willen zien en ervaren.
Ik heb zo het idee dat die evangelische gemeenten meer zijn voor emotionelere mensen. Omdat in deze tijd zeer velen een gemeente zoeken waar hij/zij zich thuis voelt worden mensen als vanzelf uitgeselecteerd in groepen. Gezift als de tarwe. Eigenlijk best curieus als je er zo over nadenkt.
Tegelijkertijd vraag ik mij dan af waarom ik dat wil. Dat van die Geest. Ter bevestiging van mijn geloof natuurlijk. Heb ik dat dan nodig, twijfel ik nog? Nee, eigenlijk niet. God heeft mij het geloof gegeven en dat blijkt rotsvast te zijn, zelfs na twee jaar atheïstisch forum. Juist omdat het niet uit mezelf komt. Het geloof overkwam mij. Dat is ook de reden dat ik niet bang ben het weer te verliezen.
In geloofszaken is God niet Iemand die het met de ene hand geeft en de andere weer terugneemt. Wel in materiele zaken; zie Job.
Hoe ik ook wroet en zoek in allerlei onderwerpen. Vanuit het geloof mag dat. Denk ik.
Kom daar maar eens om in een andere religie.

Maar wat moeten we met deze meneer? (Voor het drama zelf, van de vader en zijn kinderen, heb ik geen woorden)
Hij hoopt dat de familie naar hem toe komt want volgens hem is handoplegging noodzakelijk. Dan kent hij toch zijn Bijbel niet goed.
Jezus legde bij de dode Lazarus geen handen op. Bij de jongen van Naïn ook niet en bij het dochtertje van Jaïrus pakt Hij alleen haar hand vast.
Verder beweert hij dat in het buitenland al volop mensen uit de doden opstaan. Waarom lees ik dat nergens in de krant? Hij wilde ook het meisje uit Spakenburg, dat door suïcide om het leven kwam, komen opwekken. Gelukkig wezen die ouders deze ‘hulp’ af.
Hoe kun je in Gods naam zo’n bord voor je kop hebben, vraag ik mij af.
Wanneer ik filmpjes op zijn Facebookpagina bekijk, het commentaar erbij léés en hóór hoe hij mensen de woorden in de mond legt krijg ik slappe lach.
Wat drijft zo’n man, hoe werkt dat in dat brein? Zou meneer Swaab dat begrijpen?

Laten we het hier maar bij houden
Voorlopig doet meneer Plat zijn naam te veel eer aan.


woensdag 22 mei 2013

The King’ s Speech

Een Brits historisch drama uit 2010 over koning George de 6e die kampt met een spraakgebrek. Hij stottert. Omdat zijn oudere broer David ervoor kiest om toch te trouwen met de twee keer gescheiden Amerikaanse Wallis Simpson wat in die tijd not done was en zeker niet als hoofd van de Anglicaanse kerk en hem daardoor uitsloot van de troon draait ‘Bertie’ er voor op om zijn vader George de 5e op te volgen. Deze Bertie is de vader van de huidige koningin Elizabeth van Groot Brittannië.
Een ingetogen film met mooie muziek en mooie beelden. Verder hou ik ook wel van geschiedenis; ik vrat vroeger historische romans. Een gemakkelijke manier om de geschiedenis te leren kennen en te onthouden omdat ik me gemakkelijk verplaatste en op die manier de personages wat leerde kennen.
Regisseur is Tom Hooper; Colin Firth en Geoffry Rush spelen de hoofdrollen als resp. Koning George 6e en Lionel Logue, de Australische spraak leraar.
Deze film werd bedolven onder de prijzen. Of die allemaal verdiend zijn daar valt over te discussiëren, feit is wel dat er uitstekend in wordt geacteerd en dat een verhaal niet schokkend of met special effects behoeft te worden gelardeerd om toch aansprekend, meeslepend te zijn en plezierig om naar te kijken.
Vooral de psychologie achter het stotteren vind ik dan weer boeiend. Het komt in de film wel iets aan de orde maar eigenlijk zou ik daar meer van willen weten.
Zou Colin trouwens een spraakleraar hebben gehad om te leren stotteren?



dinsdag 21 mei 2013

Evolutie en Goddelijk gezag

Dit blogberichtje staat al lang op stapel; het kwam er maar niet van…

Op 30 januari stond er weer boeiend leesvoer in het RD van meneer de Wit, voorzitter van stichting De Oude Wereld uit Urk:
Voor wie evolutie voor waar aanneemt, heeft de Bijbel zijn goddelijke gezag verloren. De Wit windt er geen doekjes om. Hij signaleert dat de evolutiegedachte bij reformatorische jongeren binnen sijpelt als een traag werkend vergif. „Door onderwijs en media worden ze langzaam losgeweekt van de Bijbelse leer. Geleidelijk aan beïnvloedt het evolutie idee hun wereldbeeld, waardoor de Bijbelse waarheden aan zeggingskracht verliezen. Ouders beseffen niet wat de gestage drup met hun kinderen doet.”
De christelijke gereformeerde Urker verbaast zich erover dat de reformatorische voormannen daaronder zo lauw kunnen zijn. „Voor hun ogen voltrekt zich een verandering die kan leiden tot kerkverlating, en zij houden zich bezig met theologische hoogstandjes tot op de millimeter.”
Het gaat volgens De Wit om wezenlijke zaken. „Ik zie jongeren onder invloed van de evolutiegedachte worstelen met wezenlijke waarheden, zoals de historische Adam, een werkelijk paradijs en de feitelijke zondeval. Als dat mythen zouden zijn, is Christus voor niets gestorven en is de heilsgeschiedenis zinloos.”
© Reformatorisch Dagblad | Pagina 15 | 30 januari 2013

Deze meneer stelt dat voor wie evolutie voor wáár aanneemt, de Bijbel het goddelijke gezag heeft verloren. De evolutiegedachte sijpelt het brein van refojongeren binnen ‘als traag werkend vergif’ en door de media en het onderwijs worden ze langzaam losgeweekt van de Bijbelse leer.
Om met een taalgrapje te beginnen:
van Dale: evo•lu•tie (de; v; meervoud: evoluties) 1 geleidelijke ontwikkeling of groei.
Dan krijg je: “Voor wie een ‘geleidelijke ontwikkeling of groei’ voor waar aanneemt, heeft de Bijbel zijn goddelijke gezag verloren.”
Maar ook:
De Evolutiegedachte is een “traag werkend vergif; jeugd wordt langzaam losgeweekt”…”.geleidelijk aan beïnvloedt de ‘geleidelijke ontwikkeling’ hun wereldbeeld”..... “Voor hun ogen voltrekt zich een verandering.....gestage drup.....”

Wie heeft het hier nu over evolutie?

Oké, nu weer serieus. De eerste zin stoorde me al weer verschrikkelijk. Het gaat natuurlijk over de evolutietheorie versus scheppingstheorie en hopla, meteen wordt weer een groep gelovige mensen weggezet.
Kijk, dat iemand anders denkt dan ik, dat begrijp ik. Ik begrijp ook nog dat anderen mij soms niet begrijpen. Daar heb je van die handige tools voor: het gesprek/dialoog.
Want niet die andere ideeën zelf maar zo’n veroordelende kokerblik ......dáár zal ik me altijd tegen blijven verzetten. Dat blijf ik verschrikkelijk vinden.

Waarom zou het Goddelijke gezag verdwijnen bij een niet letterlijke lezing? Is er iemand die mij dat nu eens stapje voor stapje logisch kan uitleggen? Bij mij is dat namelijk niet gebeurd.
Wat is exact die Bijbelse leer? Wat zijn Bijbelse waarheden? Zijn Bijbelse waarheden pas waar en alleen waar wanneer ze letterlijk worden gelezen? Wat een armoe.
Wat is er zo erg aan ‘mythen’ en waarom zou Jezus dan voor niets zijn gestorven?
Ik begrijp er niets van.
Om nog maar eens de definitie van ‘mythe’ van H. van Praag te citeren die naar mijn mening klopt (elke discussie begint tenslotte met goed definiëren):
“de mythe is een superieur middel om in verhalende en symbolische vorm uitdrukking te geven aan ervaringen die zich niet nauwkeurig in woorden laten uitdrukken, niet te concretiseren zijn, maar die intens worden beleefd en voor het individu essentiële betekenis hebben.”
Of van J.J.R Tolkien: “De diepste waarheden kun je alleen in mythen vertellen.”
Dan is er naar mijn mening niets mis met de combinatie schepping/mythe.

De manier van denken in de wetenschap heel anders dan in de theologie. In de wetenschap is het een sport om elkaar vliegen af vangen en in de theologie heet dat ‘ongeestelijk’ te zijn.
In de theologie ligt heel veel vast; in de wetenschap worden voortdurend nieuwe ontdekkingen gedaan en ligt alles open en wanneer je dingen beweert moet je met bewijzen komen die voldoen aan de wetenschappelijke criteria.
Dat is in de theologie niet het geval. Daar voltrekken veranderingen zich echt uiterst langzaam.
Ik heb A. van den Beukel gelezen. (De dingen hebben hun geheim) en geloof ook best wat hij (op pagina 154 van de 18e druk 2001 Ten Have; wat handig dat ik aan belangrijke pagina’s een goudkleurig paperclipje bevestig) beweert dat wetenschappelijke ervaringen in theorie controleerbaar zijn maar dat de praktijk uitwijst dat het zelden gebeurt vanwege gebrek aan middelen, deskundigheid en tijd plus de meestal hoge kosten die dat met zich meebrengt.
Daardoor is de wetenschap gevoelig voor corruptie en dat heeft de tijd ook wel uitgewezen.
Bijvoorbeeld de ‘Piltdown mens’, het Softanon drama. Maar dan nog.
Je kunt deze twee ‘takken van sport’ niet vergelijken. De regels die in de wetenschap gelden kun je niet klakkeloos toepassen op de theologie en andersom. (dus.... net NOMA-principe )
Het is voor mij duidelijk dat de evolutietheorie de meest plausibele verklaring van dit moment is op grond van de opgedane kennis op verschillende terreinen.
Ik durf ook nog wel te beweren dat wanneer de Bijbel als wetenschappelijk boek wordt gebruikt, dat pas erg ongeestelijk is.

In de Times van 10-09-10 stond een mooie opmerking van Jonathan Sacks, de hoogste rabbijn van Groot Brittanië die aansluit bij dat NOMA- principe (misschien heb ik 'm al eens gebruikt):

"There is a difference between science and religion. Science is about explanation. Religion is about interpretation. Science takes things apart to see how they work. Religion puts things together to see what they mean. They are different intellectual entreprises...

It is important for us to understand the misinterpretation Professor Hawking has made, because the mutual hostility between religion and science is one of the curses of our age, and is damaging to religion and science in equal measure."



zaterdag 18 mei 2013

Bonita Avenue

Geschreven door Peter Buwalda. Een debuutroman. Hij stond op de nominatie voor o.a. de Libris Literatuurprijs en won nog wat andere prijzen.
Ik las de digitale editie naar de eerste druk uit 2010.

Bonita Avenue verwijst naar een straat in Berkeley of Oakland, whatever, waar het gezin Sigerius een tijdje heeft gewoond en gelukkig was. Verder heeft het volgens mij geen betekenis.
Van meer betekenis is de vuurwerkramp van S.E. Fireworks in Enschede van een aantal jaren geleden.
Gezin Sigerius omvat de volgende personen: Siem Sigerius met een zoon Wilbert, twee stiefdochters Joni en Janis en zijn vrouw Tineke, de moeder van de meisjes.
Verder speelt het vriendje van Joni, Aaron Beer een grote rol.
Siem, Joni en Aaron ’schrijven’ het boek. Elk hoofdstuk wordt vanuit het perspectief van één van deze drie geschreven en elk hoofdstuk eindigt met een soort cliffhanger. Bij elk hoofdstuk kostte het mij wat moeite om meteen het juiste perspectief op te pikken. Daar bij komt nog dat het voortdurend flash-backs zijn wat me op een gegeven moment de keel uithing en voor mij hondsvermoeiend werd.
Aaron is ook nog eens schizofreen en Wilbert stapelgek en alles en iedereen liegt en wordt bedrogen.
De schrijver fantaseert er lustig op los. Dat mag natuurlijk in fictie, maar het moet in zijn soort wel een béétje geloofwaardig blijven. (vrij naar Vonne van de Meer)
Wanneer een aankomend minister, rector magnificus van een universiteit, gevierd ex-judoka en Nobelprijswinnaar in de wiskunde (hoe verzin je zo’n combinatie) in Enschede naakt over straat rent in een roze slipje van zijn stiefdochter met netpanty’s aan zijn arm, kort na de vuurwerkramp en tijdens een voetbalwedstrijd………..
dan wordt het mij echt te gortig.
Dat is nog maar een deel van meer onsmakelijkheden.
Dit boek heeft de diepgang van een sterrekerszaadje. Je wordt er geen steek wijzer van terwijl er toch meer inzit.
Een interessant onderwerp uit dit boek wat veel dieper uitgewerkt zou kunnen worden is bijvoorbeeld een pornoverslaafde vader die op louche sites waar je voor betaalt plotsklaps zijn dochter herkent. Die dochter wordt met haar vriendje dus stinkend rijk.
In dit boek is het nog de stiefvader, maar wanneer een vader zijn bloedeigen dochter zo ziet…..zou dat dan zijn houding veranderen?
In mijn aantekeningen heb ik ook nog staan dat in dit boek de bloedband tussen familieleden wordt onderschat maar ik weet niet meer waarom ik dat opschreef en ik heb geen zin meer om het op te zoeken.
Met grachtengordelwoorden als ‘meanderen’ en ‘infaam’ maak je nog geen literair werk.
Maar dit is slechts mijn mening.
Een afrader.

vrijdag 17 mei 2013

Lente sterrenhemel

Ook deze keer ben ik in de eerste weken van mei met m’n sterrenboek gewapend naar hetzelfde plekje in Turkije geweest. Het inwonersaantal van Gazi Paşa is gestegen met 300 personen, zo vermeldt het bord. Zou het nieuwe vliegveld daar debet aan zijn?
In de lente zijn er weer heel andere sterren en sterrenbeelden te bewonderen dan in de de herfst. Een volgend stapje in mijn carrière van amateurastronoom.
Het was weer even wennen aan de afstanden in het hemelgewelf maar daarna ontdekte ik op een heldere avond met behulp van mijn boek (nee, ik heb daar geen bereik op mijn telefoon om het via een app’je te doen en met een boek is het veel leuker) het sterrenbeeld Boötes of Berenhoeder of Ossendrijver.
Via de ‘steel’ van de Grote Beer was hij snel te ontdekken. Boötes bevat één van de grootste sterren: Arcturus (=berenhoeder) die rood van kleur zou zijn volgens mijn boek van Klaus Schittenhelm maar dat kon ik met het blote oog niet zien.
Links van Arcturus zag ik de Noorderkroon met de grootste ster Gemma die ook de naam Astharoth draagt. Zij, Astharoth of Astarte komt weer in de Bijbel voor als moedergodin. Of er een verband is weet ik nu niet.
Rechts van Arcturus, ontwaarde ik zelfs het Coma-sterrencluster. Daar moest ik weer een beetje langs kijken in verband met die blinde vlek. (de plaats waar de oogzenuw het oog verlaat en er dus geen staafjes en kegeltjes zitten om de beelden op te vangen)
Nog wat verder naar het zuidoosten zag ik de slang.
In de lente is de Melkweg nauwelijks te ontdekken. Hij zou zich aan de zuidelijke horizon bevinden maar ondanks dat het zicht naar het zuiden open is – ik kijk daar uit over de zee – is hij niet te zien vanwege de luchtvochtigheid.
het blijft allemaal heel fascinerend om je te realiseren dat je zover weg kunt kijken. De dimensie 'tijd' blijft een wonderlijk fenomeen.
Links de Noorderkroon. Wanneer goed kijkt zie je 6 sterren in een halve kring liggen. De grootste ster daarvan is Gemma.

Stille Zaterdag

Geschreven door Désanne van Brederode in 2011. Ik las de digitale editie naar de eerste druk.
Ze heeft filosofie gestudeerd en dat merk je. Eh….ík merkte het omdat ik ook geïnteresseerd ben in de filosofie.
Over de titel heb ik lang moeten nadenken. De rozenblaadjes waren duidelijker. Waarom ‘stille zaterdag’?
Wanneer je niet weet dat de Opstandingsdag daarop volgt zoals de discipelen van Jezus, dan is stille zaterdag een dag om terug te kijken, om te verwerken, om te evalueren in en met al je verdriet.
Zo ook de doodse stille zaterdag in het boek. Maar omkijken is niet zonder risico. Zie de vrouw van Lot en Orpheus en Eurydice

Het boek begint met het mooie gedicht van Gerrit Achterberg: “Verschijning”
Op die zaterdag verongelukt Sara Mijland, doordat ze, kijkend op haar mobieltje de straat oversteekt en de naderende auto niet opmerkt.
Via flash backs door de twee hoofdpersonen wordt duidelijk hoe het zover is gekomen.
Sara is streng gereformeerd opgevoed en heeft het toch tot burgemeester van Amsterdam weten te schoppen. Ze moet als gelovige, vechten tegen haar bekrompen en brave imago. Gelovigen zijn gek. Als burgemeester bezoekt ze de kerken van alle richtingen. Ze heeft haar eigen weg gevonden in het geloof. “wanneer je christelijk wordt opgevoed heb je later heel veel in te halen” Mits je een brede interesse hebt, ja. Ik hoop dat ik mijn kinderen méér heb meegegeven dan alleen het belangrijkste.
Ze komt in contact met Maurice Benders, een kunstcriticus die op jonge leeftijd een godservaring had en Rooms Katholiek is geworden en die op dezelfde manier denkt als Sara:
“Hij was slim genoeg om te beseffen dat een lidmaatschap van de katholieke kerk hem veeleer overal buiten zou plaatsen [..] Zo jong als hij was had hij de vijandigheid al kunnen beluisteren, zelfs in uithalen die hij niet werkelijk snapte. De onverschillige minachtende toon. De giftige meewarigheid. En meestal hapte de gekwetste christenen snel toe, wat het pesten waarschijnlijk erg aantrekkelijk maakte.”
Het klikt tussen die twee. Ze kunnen met elkaar praten over kunst, geloof en moraal en de liefde bloeit op.
Tegelijkertijd weten ze allebei dat het een onmogelijke liefde is want ze hebben allebei een partner (en kinderen) waar ze niet zó mee kunnen praten maar die ze ook niet in de steek willen laten. Het geloof en de trouw staan bij allebei hoog in het vaandel.
Zo blijven ze op een geremde manier om elkaar heen draaien en voeren zij in hun binnenste ieder hun eigen strijd.
“Alles waar ze in haar leven tot dan toe afscheid had moeten nemen [] bleek nog te bestaan, in haar. Haar lichaam. Iets gronderigs en stoffigs was er omgevormd tot iets onbedorven hemels, en al mocht ze geloven dat Rodins kunstwerk het gevoel had losgetrild, ze besefte goed dat het meer nog dan dit beeld, een stem was geweest. Zijn stem.”
Totdat Maurice op een gegeven moment de (platonische) relatie verbreekt omdat hij zich als praatpaal ge/misbruikt voelt door de verhalen over haar werk. Sara reageert daar laconiek op maar beiden lijden onder de breuk.
Op een cruciaal moment verongelukt Sara.

Hoe belangrijk is het om vriendschappen die van beide kanten energie levert te koesteren. Hoe dan ook. Het kan op een dag zomaar voorbij zijn.
Mooie bespiegelingen over een opspattende druppel, via deze druppel naar Golgotha. Over ‘de kus’ van Rodin. Over het Avondmaal, het testament van Jezus. Er komt van alles aan de orde. Misschien wel een beetje teveel.
Nog iets:
De proloog heeft als ondertitel ‘lood’, dat is grijs en zwaar
boek 1 purper en oranje
boek 2 wit en zwart en
boek 3 rood en groen
Het zal wel een betekenis hebben maar daar kom ik als protestants meisje niet helemaal uit.

Bij het rondstruinen op het wereldwijde web naar wat anderen van het boek vonden kwam ik een recensie tegen van Barbara Trappenburg op rkk.nl.
“Met Stille zaterdag schreef Van Brederode een contemplatieve roman. De romance tussen Maurice en Sara is voor de lezer moeilijk mee te beleven. Het geloof maakt hun liefde minder universeel en daardoor minder herkenbaar. Als lezer geloof je wel dat hun keuzes zwaar wegen, maar het echt voelen, nee. Jammer is dat.”
Dat kan voor haar jammer zijn maar ten eerste moet je zelf gelovig zijn en misschien moet je het ook zelf meemaken of meegemaakt hebben om deze roman op juiste waarden weten te schatten.